Door Marc van Oostendorp
De klacht van Johan Oosterman over het Engels in de Nijmeegse universiteitsbibliotheek, gisteren op Neerlandistiek, deed me aan Geert Wilders denken.
Als je een marsmannetje was en je kwam de politieke situatie in Nederland eens peilen – hoe wanhopig kun je zijn als marsmannetje –, zou je verwachten dat het Engels inmiddels een punt zou zijn van heftige tweetstorms, grote media-aandacht, duidelijke meningen van alle politieke partijen en grote grimmigheid.
De heftigheid van het huidige politieke klimaat wordt wel geweten aan een kennelijk plotseling gevoelde kloof tussen hoger- en lageropgeleiden. De eerste groep is kosmopolitisch en liberaal, voor Europa en tegen kneuterigheid. De tweede groep is nationalistisch en conservatief, voor Nederland en tegen het verkwanselen van de eigen cultuur.
Stelselmatig
Op het eerste gezicht is het Engels daarvoor een uitstekend symbool. De universiteiten – niet alleen de Nijmeegse UB – schakelen steeds meer over op die taal, de ‘elites’ gebruiken hem in meer situaties, en laten daarmee ‘het volk’ dus achter zich. Alle reden dus, zou je zeggen, voor een beetje populist om flink werk te maken van dat Engels.
Maar hoewel ik me meen te herinneren dat de PVV zich ooit wel minachtend heeft uitgelaten over het Arabisch, heb ik nog nooit een bezwaar gehoord tegen het Engels. Integendeel, er is slechts één Nederlands Kamerlid dat stelselmatig in die taal twittert:
“50 million Muslims are prepared to use violence”
We MUST deislamize in order to survive!#MakeTheNetherlandsGreatAgain#NoMoreIslam https://t.co/hygwlgcUs3
— Geert Wilders (@geertwilderspvv) 4 januari 2017
Wilders twittert weliswaar ook in het Nederlands (het bovenstaande bericht verscheen in allebei de talen), maar het Engels speelt een belangrijke rol.
Buurthuis
De boodschap ervan is duidelijk: hij heeft de ambitie om deel te zijn van een wereldwijde omwenteling. Sommige van zijn Kamerleden schijnen zich ook wel zorgen te maken over laten we zeggen dierenleed en ouderenzorg – meer nationale punten. Wilders zichzelf wel als Michiel de Ruyter (strijder tegen de Engelsen!) laten fotograferen, of tegen de achtergrond van een windmolen. Maar feitelijk is zijn programma internationaal: weg met ‘Europese elites’, de ‘wereldwijde islam’, enzovoort.
Het is bij mijn weten nog weinig geobserveerd dat juist Wilders van die internationaliteit een punt van campagne lijkt te maken. Er wordt wel gesuggereerd dat dit zo is om buitenlandse sponsors vast te houden, maar ik vermoed dat er ook electoraal wel wat te halen valt bij het idee dat je echt bezig bent met gigantisch grote problemen, en niet alleen maar met de vraag of de kerstboom in het buurthuis moet blijven staan.
Het is wat dat betreft eerder vreemd dat pakweg Lodewijk Asscher, Jesse Klaver en Alexander Pechtold de truc nog niet hebben ontdekt: twitteren in het Engels over Europa, over sociale problemen, over Oekraïne, en niet alleen maar in het Nederlands. Wie hoort er hier eigenlijk tot de elite?
Paul Valens zegt
Tegen Brussel niet gelijk aan tegen Europa.
Marcel Plaatsman zegt
Het lijkt me eerder een strijd tussen het ideaal van schaalvergoting (globalisering, centralisatie, vrijhandel, open grenzen) en de roep om schaalverkleining (eigen identiteit, decentralisatie, lokale productie, grenzen dicht). Die tegenstelling gaat langs veel meer grenzen dan links-rechts, elite-volk, Wilders-onwilders, dat is nu juist het interessante, en voor politici: het lastige.
Wilders is gewoon een carrièrepoliticus die denkt een interessante doelgroep gevonden te hebben, dat zegt meer over hem dan over die doelgroep.