• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Neerlandistiek. Online tijdschrift voor taal- en letterkunde

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Categorie
    • Neerlandistiek voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

En scheurde’ aan flarden ’t hijgend lijf zijn eigen honden

18 februari 2017 door Marc van Oostendorp 1 Reactie

Een geschiedenis van het Nederlands in 196 sonnetten (111)
Het Nederlandse sonnet bestaat 452 jaar. Hoe is het de taal in die tijd vergaan?

Door Marc van Oostendorp

Illustratie: Susanne van der Kleij

Hoewel minder bekend dan haar sonnetten vol gevoelige mijmeringen en al dan niet vage klachten over het leven, bestond misschien het sterkste deel van het oeuvre van Hélène Swarth wel uit haar gedichten vol liefdesverdriet. Het onderstaande komt bijvoorbeeld uit een cyclus die ze in 1911, het jaar nadat haar huwelijk met Frits Lapidoth gestrand was, publiceerde in De Gids.

Gelijk de knaap, die dorst Diana koen bespieden,
Wen viel het kuische kleed, door nymfen blank ontbonden,
Wen los de lokkenspang liet vlottend zilverblonden
Een vloed van harenzij – hij voelde ’t bloed doorzieden,
Vol wilden liefdelust, zijn bonzende aadren – vonden,
In ’t krakend kreupelhout, waar blaadren hem verrieden,
En sprongen naar de keel, zoodat hij niet kon vlieden,
En scheurde’ aan flarden ’t hijgend lijf zijn eigen honden; –

Triomflach klonk door ’t woud, doch éen, wier lippen kusten
Weleer zijn rooden mond, bij ’t bloedig lijk bleef treuren,
Alleen, en liet zijn hoofd in wiegende armen rusten.

Gelijk dien jagersknaap zulle’ u ook éenmaal sleuren
Door Levens najaarswoud uw eigen wilde Lusten
En, onder hoongelach van vrouwen, u verscheuren.

Het gedicht geeft de totale verwarring weer van de liefdesverdrietige. De man was ontrouw –je denkt onwillekeurig aan de autobiografische aanleiding, Frits Lapidoth was een soort Prins Bernard van de vroege twintigste eeuw – en verdiende daarom dat zijn ‘hijgend lijf’ ‘aan flarden’ werd gescheurd, en dan liefst door zijn ‘eigen honden’, en dat alles ook nog ‘onder hoongelach’ van vrouwen.

Tegelijkertijd: in het verhaal van Ovidius heeft de knaap (Actaeon) er weinig aan doen: hij ‘dorst’ Diana niet bespieden, nee, hij zag haar toevallig ergens terwijl hij aan het jagen was. Zit hier in dit gedicht niet ook nog de stiekeme hoop verstopt van de bedrogen minnares dat hij het allemaal niet zo meende? En wie is precies die ‘één’ die bij het bloedig lijk bleef treuren?

Hoe dan ook wordt de toon gezet door de majestueuze syntaxis van het sonnet. De eerste zin overspant 11 regels, waarin door allerlei inversies bijzinnen hoofdzinsvolgorde (‘die dorst Diana koen bespieden’ in plaats van ‘die Diana koen dorst bespieden’) krijgen, terwijl in de hoofdzin het onderwerp naar achteren wordt geplaatst (‘en scheurde aan flarden ’t hijgend lijf zijn’ eigen honden’).

Het is jammer dat zulke middelen uit de gratie zijn geraakt. Ze suggereren, juist door de ongebruikelijke lengte en de ongebruikelijke structuur, een enorm meesterschap. Doordat het er allemaal grammaticaal zo ongebruikelijk aan toegaat, voel je als lezer een zekere spanning: waar gaat dat naar toe. En uiteindelijk lost die spanning op.

De dichteres heeft het allemaal kennelijk in de hand, qua vorm. Wat de enorme verwarring van de inhoud (die man moet eerst aan flarden worden gescheurd waarna zij hem als enige liefderijk in de armen houdt) des te feller gevoeld wordt.

Delen:

  • Klik om af te drukken (Opent in een nieuw venster) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Opent in een nieuw venster) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Opent in een nieuw venster) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Opent in een nieuw venster) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Opent in een nieuw venster) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Opent in een nieuw venster) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel Tags: 196 sonnetten, 20e eeuw, sonnet

Lees Interacties

Reacties

  1. Nick van Broekhoven, Geldrop zegt

    22 februari 2017 om 15:56

    Gelijk de knaap, die dorst Diana koen bespieden,
    Wen viel het kuische kleed, door nymfen blank ontbonden,
    Wen los de lokkenspang liet vlottend zilverblonden
    Een vloed van harenzij – hij voelde ’t bloed doorzieden,
    Vol wilden liefdelust, zijn bonzende aadren – vonden,
    In ’t krakend kreupelhout, waar blaadren hem verrieden,
    En sprongen naar de keel, zoodat hij niet kon vlieden,
    En scheurde’ aan flarden ’t hijgend lijf zijn eigen honden; –
    …..
    Verrukkelijk dat zo’n gedicht nog eens tevoorschijn gehaald is, met dat signaalwoord GELIJK , aan het begin van wat “de majestueuze syntaxis van het sonnet” genoemd werd.
    Opgeleid ben ik jaren geleden aan de hand van o.a. C. Stutterheims ‘Conflicten en grenzen'(1963) en diens ‘Taalbeschouwing en Taalbeheersing’ (1954), en verder begeleid met het werk van o.a. Kees Fens (‘Broeinesten en bijbelplaatsen’, 1983). Jaren later raakte ik in de ban van Hölderlins gedichten waarin zo’n syntaxis met succes werd toegepast, zoals bijvoorbeeld in “WIE WENN AM FEIERTAGE….”. Heerlijk taalgebruik en dank voor deze parel.

    Beantwoorden

Laat een reactie achterReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Gedicht van de dag

Sint Nicolaas

Zie eens, Mietje! wat al lekkers
U, Sint Nicolaas al bragt;
Omdat ge’ als gehoorzaam Meisje,
Uw verpligting hebt volbragt.

➔ Lees meer

Bekijk alle gedichten

  • Facebook
  • YouTube

Chris van Geel

De koeien schemeren door de heg,
het paard is uit taaitaai gesneden,
in ieder duindal ligt dun sneeuw.

De branding vlecht een veren zee
waar zon over omhoog stijgt, licht waarin
geen plaats om uit te vliegen is.

Bron: Uit de hoge boom geschreven, 1967

➔ Bekijk hier alle citaten

Agenda

2 januari 2026: Vlekflits

2 januari 2026: Vlekflits

5 december 2025

➔ Lees meer
11 december 2025: Anne Frank, schrijfster

11 december 2025: Anne Frank, schrijfster

3 december 2025

➔ Lees meer
11 december 2025: Proefcollege Nederlands

11 december 2025: Proefcollege Nederlands

2 december 2025

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle agendapunten

Neerlandici vandaag

geboortedag
1946 Dick Wortel
➔ Neerlandicikalender

Media

Dichter Esther Jansma (24 december 1958-23 januari 2025)

Dichter Esther Jansma (24 december 1958-23 januari 2025)

2 december 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
De postkoloniale podcast met Remco Raben over Pramoedya Ananta Toer

De postkoloniale podcast met Remco Raben over Pramoedya Ananta Toer

30 november 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Peter van Zonneveld over Tjalie Robinson/Vincent Mahieu (1993)

Peter van Zonneveld over Tjalie Robinson/Vincent Mahieu (1993)

29 november 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle video’s en podcasts

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Inschrijven voor de Dagpost

Controleer je inbox of spammap om je abonnement te bevestigen.

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
 

Reacties laden....
 

    %d