Door Mathilde Jansen
Waarom hebben wij mensen taal en dieren niet? Wat kunnen we allemaal doen met taal, behalve opstellen schrijven? Hoe leren we eigenlijk een taal? Allemaal vragen die iedereen boeiend vindt, want kennis over taal is kennis over onszelf én de wereld om ons heen. Waarom leren we op school wel hoe ons lichaam werkt, hoe de natuur werkt en de politiek, maar bijna niets over taal?
Het vak Nederlands draait meer en meer om taalvaardigheid: spreken, luisteren, lezen en schrijven. Stuk voor stuk nuttige vaardigheden, maar leerlingen zullen zich niet altijd even gemotiveerd op hun zoveelste opstel storten. Verschillende taalkundigen hebben hier in het (recente) verleden al kritiek op geleverd, omdat daardoor te weinig aandacht wordt besteed aan de kenniscomponent.
De nadruk ligt nu op het aanleren van conventies: hoe hoort het? Leerlingen worden echter pas enthousiast als ze waarom-vragen mogen stellen, en daar leent de taalkunde zich uitstekend voor: Waarom is het zo moeilijk om een robot taal te leren? Waarom praat je anders met je ouders dan met je vrienden? Waarom slikken we vaak bepaalde klanken in, zoals de d in Nederlands?
Maar hoe combineer je dit met de verplichte lesstof? Een paar voorbeelden. Begrijpend lezen krijgt een extra dimensie als leerlingen een tekst lezen over een taalkundig onderwerp: de manier waarop politici kiezers manipuleren door hun taalgebruik, of de manier waarop dieren communiceren. Vervolgens kun je daar een kort lesje taalkunde aan koppelen, waarin je leerlingen kennis laat maken met het begrip framing, of je een documentaire laat zien over chimpansees die gebarentaal leren.
Of laat leerlingen een spreekbeurt houden over een willekeurig taalkundig onderwerp. Daarmee oefenen ze hun spreekvaardigheid, en tegelijkertijd steekt de hele klas wat op over taal. Voor onderwerpen verwijs ik naar de website van de taalcanon (www.taalcanon.nl). De taalcanon is in 2012 in boekvorm en als website verschenen. Op de website zijn inmiddels meer dan 50 taalkundige onderwerpen te vinden, gepresenteerd in aantrekkelijke artikelen. Die zijn geschreven door taalkundigen verbonden aan verschillende Nederlandse (en enkele Vlaamse) universiteiten, en toegankelijk gemaakt voor de bovenbouw van het voortgezet onderwijs.
Van 2012 tot 2015 hebben we met een team van leraren uit het voortgezet onderwijs lesmateriaal gemaakt bij de onderwerpen uit de taalcanon, dat terug te vinden is op www.taalcanon.nl/onderwijs. Bij elke lesbrief staat het onderwijsniveau en een schatting van de lesduur vermeld. In de komende nieuwsbrieven van Neerlandistiek voor de Klas zullen we een aantal van die lesbrieven uitlichten en meer tips geven hoe u de taalcanon kunt gebruiken in de klas. Momenteel wordt er ook gewerkt aan animatiefilmpjes bij de taalcanon, en ook daar zullen we u uiteraard op attenderen.
Dit is een verkorte versie van een artikel dat eerder verscheen in FONS magazine.
Over de auteur:
Mathilde Jansen werkt als wetenschapsjournalist en redacteur o.a. voor Kennislink en het Meertens Instituut. Ze was parttime taalkundedocent aan de lerarenopleiding Nederlands van de Hogeschool Utrecht en deed de eindredactie van De taalcanon.
Laat een reactie achter