Door Jan Stroop
“Wat zou u ervan vinden om ook eens dialectopnames te gaan maken”, vroeg mevrouw Daan me onverwacht. Ik was verrast want ik had dat nog nooit gedaan en ik vroeg of ik dat wel zou kunnen. “Nou, zo moeilijk is dat niet. U hebt toch wel eens met een bandrecorder gewerkt? ’t Belangrijkste is dat je je mond houdt en de mensen laat praten. U gaat met juffrouw Francken en die heeft genoeg ervaring.” ’t Leek me ook wel een mooi avontuur. OK dus. [opname in Melik (L.), 23 maart 1972]
Zo’n opnametoer begon ermee dat we onze correspondent ter plaatse opbelden met ’t verzoek geschikte dialectsprekers te zoeken. Zaak was om maar meteen te zeggen dat ’t niet persé om hoogbejaarde mensen ging, liever niet eigenlijk want die hebben vaak geen goed gebit meer; dat kwam nog wel eens voor in de jaren 60. En ook geen echtpaar, want die praten niet met elkaar, en zeker niet met vreemden erbij. Vervolgens moest er ook nog een hotel geregeld worden, want we bleven altijd een paar nachten weg.
Op de afgesproken ochtend pikte juffrouw Francken me bij ’t station op en dan ging ’t zuidwaarts, want daar lag ons opnamegebied. Mevrouw Daan deed ‘boven de rivieren’. Onze dagindeling kende gewoonlijk twee opnames in de ochtend, een smiddags en soms ook savonds nog een. Omdat er toen nog geen TomTom bestond, moesten we om ’t juiste adres te vinden, de kaart hanteren en op ’t laatst afgaan op onze intuïtie; die bedroog ons zelden.
Memorabel is onze opname in Kerkrade, waar we ontvangen werden door de volkskundige Dr. Winand Roukens (spreek uit ‘Roekens’) met een “welkom in ’t zuiden”. Dat welkom kreeg gestalte door wat ons aangeboden werd: koffie, vlaai (kroenselevlaai, meen ik, met slagroom) en zelfs op de vroege morgen al een borrel en een sigaar. Dat overkwam ons in Limburg trouwens wel vaker. Nog een geluk dus dat ik niet hoefde te rijden.
Maar dan die boer in Schelluinen die meteen vroeg “wat schuift ’t?’’ . Toen we niets te schuiven hadden, ging de opname mooi niet door.
Hoe een opname door een stommiteit van mij niet doorging en hoe we door vrijmoedigheid en geluk een oplossing vonden, daarvan doet juffrouw Francken verslag in haar ‘logboek’. Juffrouw Francken, die ik mijn vorige stukje ‘onderwijzeres’ genoemd heb, was Neerlandica (Nederlands MO.A). Ze ging als lerares Nederlands naar Indonesië en was achtereenvolgens werkzaam in Semarang, Surabaya, Batavia en Bandung. Van 1951-1954 was ze directrice van de Hollandse HBS in Surabaya. In 1955 vertegenwoordigde zij de Nederlandse vrouwen bij de conferentie van The International Alliance of Women in Colombo op Ceylon (Sri Lanka); ze correspondeerde met Soedjatmoko, één van haar vroegere leerlingen, die later de Indonesische vertegenwoordiger bij de Verenigde Naties werd.
Juffrouw Francken, Mariet zoals mevrouw Daan haar noemde, hield nauwkeurig aantekeningen bij van onze wederwaardigheden. Zo ook van dat voorval op 26 maart 1968. Dit is haar relaas:
“En toen we ’s middags ons melden(!) bij de school in Nieuwendijk, bleken we bij een geheel verkeerde plaats te zijn! Alles was voor ons georganiseerd in Nieuwendijk in N. Br.! (ten z. van Gorinchem). Opbellen in een café bracht ons tot deze vreselijke ontdekking, nadat het H. d. S. ons op deze meer voorkomende vergissing had gewezen. Ik had het land, want ik zag ons al thuiskomen met slechts één opname na een volle dag wegwezen! We probeerden ons geluk bij een grote boerderij ‘beneden’ ons (want van ellende was ik een kluft naar het Haringvliet opgereden, waar we een prachtig uitzicht hadden. Want het was zowat de eerste mooie voorjaarsdag.
De hr. en mw. N., ontvingen ons zeer vriendelijke en waren onmiddellijk bereid tot een opname, in het uurtje dat hun restte voor ze zelf naar R’dam moesten voor een med. onderzoek.”
Ik had gewoon bij de eerste de beste boerderij aangebeld en daar onze situatie (mijn blunder) uitgelegd. Ik had de indruk dat ze wel blij waren met deze onverwachte afleiding. En ’t werd nog een goede opname ook.
DirkJan zegt
Leuke serie, maar ik wilde nu nog een keer terugkomen op het Poldernederlands dat Jan Stroop heeft bedacht en beschreven.
Ik heb altijd begrepen dat Trijntje Oosterhuis twintig jaar geleden wel het grootste exponent van het Poldernederlands was, maar ik hoorde haar van de week in een interview en nu lijken al die kenmerken behoorlijk te zijn verdwenen. Trijntje is 44 en spreekt tegenwoordig tamelijk netjes Standaardnederlands met een wat Amsterdams accent, vooral in de s-en. En ik wil het Poldernederlands niet ontkennen, maar ook hiermee wel verder relativeren.
Mijn grootste bezwaar is, dat als je een tiental willekeurige mensen (vrouwen) met kenmerken van het Poldernederlands analyseert, zij wel Poldernederlandse overeenkomsten hebben, maar op veel andere punten weer allemaal verschillen in hun uitspraak. Ik vind het dan ook nogal overtrokken om hier toch een apart label op te plakken. Er zijn tegenwoordig zoveel individuele accenten dat je dan nog wel een paar honderd andere labels kan verzinnen.
Een ander punt van kritiek blijft dat Jan Stroop destijds voorspelde dat iedereen op termijn Poldernederlands zou gaan spreken, wel daar is naar mijn idee niets van terechtgekomen, sterker nog, het Poldernederlands is naar mijn waarneming eerder weer aan het verdwijnen.
Jan Stroop zegt
LUISTEREN (de links naar de opnames vind je hier: http://www.janstroop.nl/poldernederlands/
Rosanne Hertzberger en Janine Abbring in Zomergasten, 23 juli 2017
Trijntje Oosterhuis bij de NATIONALE HERDENKING 4 mei 1997
Janine Abbring, presentator Zomergasten 2017, voorheen o.a. Vroege Vogels
Marieke Blom , hoofdeconoom bij ING (opname Nieuwsuur, 5 januari 2015; vanaf 11:20)
Claudia de Breij, cabaretière, presentatrice en radio-dj (opname DWDD Summerschool 11 juni 2015; scrollen!)
Floortje Dessing, presentatrice (opname RTL Late Night, 12 januari 2016)
Beatrice de Graaf (Putten, 19 april 1976), hoogleraar ‘History of International Relations & Global Governance’, aan de Universiteit Utrecht. (fragment uit DWDDUniversity, 12 maart 2016)
Sophie Hilbrand (Alkmaar, 5 oktober 1975) is een Nederlandse televisie- en radiopresentatrice en actrice. (opname programma Pauw, 31 augustus 2015)
Eva Jinek (Tulsa (Oklahoma, 13 juli 1978) is een Nederlandse journaliste en presentatrice. (opname Jinek, 21 december 2014; vooraf 30 sec. reclame!!)
Siham Raijoul, presentatrice van ‘t Jeugdjournaal (opname 6 augustus 2013)
Ionica Smeets (8 oktober 1979), hoogleraar wetenschapscommunicatie, Universiteit Leiden (opname 13 mei 2016)
Willemijn Veenhoven (Amsterdam, 19 november 1974), radio-presentatrice (opname DWDD 3 oktober 2012)
Simone Weimans (presentatrice NOS-journaal; opname 12 juli 2015)
Willemijn Hoebert (weervrouw NOS-journaal; opname 5 maart 2016)
Carice van Houten (actrice; opname De Taalstaat, 3 september 2016)
wordt vervolgd
DirkJan zegt
Ik ontken deze kenmerken niet, maar vind het te mager om er een apart en heel bijzonder label op te plakken. Als ik gewoon luister naar de meeste van deze vrouwen hoor ik niets bijzonders, of hoor ik ook veel andere verschillen. En op Wikipedia staat nog:
“Critici van het concept Poldernederlands wijzen erop dat het verschijnsel van de lager aangezette diftongen op zichzelf helemaal niet nieuw is. De verlaging van de diftongen in de Hollandse dialecten is reeds sinds de zestiende eeuw gaande, zowel in het Nederlands als in de andere West-Germaanse talen. ”
https://nl.wikipedia.org/wiki/Poldernederlands
Jan Stroop zegt
Zie: https://neerlandistiek.nl/2014/12/t-poldernederlands-is-toch-echt-iets-aparts/
DirkJan zegt
Hier twee recente opnames van Trijntje Oosterhuis, in interviews praat ze zoals ze zingt.
https://www.youtube.com/watch?v=Z_7vskXKbj4
Anton zegt
De verlaging is alleen aan te tonen voor de oorspronkelijke diftong ei, niet voor ij die er veel later mee samenviel in een eerst niet verlaagde vorm.