Door Marc van Oostendorp
In de prachtige Nederlandse film ‘Pygmalion’ hoor je hoe Lily Bouwmeester als Liesje Doeluttel van een plat-Amsterdams pratend bloemenmeisje een keurig Nederlands sprekende dame werd. Hoezo is dat keurige Nederlands sindsdien meer veranderd dan het Amsterdams?
DirkJan zegt
Leuk mini-college. Als import-Amsterdammer heb ik de indruk dat in de afgelopen twintig jaar het aantal accenten in de hoofdstad wel lijkt geëxplodeerd. Natuurlijk zijn er de Marokkaanse, Turkse en Surinaamse invloeden, maar ik hoor meer. Ook bij hoogopgeleiden hoor ik een brede variatie aan verschillen, bijvoorbeeld in de r. Ook hoor ik wel kenmerken van het Poldernederlands, maar die vallen nauwelijks op in de mêlee aan variaties. Het lijkt wel of accenten steeds minder groepsgebonden, maar individueler worden, ook buiten Amsterdam.
Marc van Oostendorp zegt
Als dialecten individueler worden (ik weet dat niet en ken er geen onderzoek naar, maar neem dat nu even van u over), is dat niet persé in tegenspraak met het groepsgebonden karakter van talen. Het kan ook betekenen dat mensen steeds meer tot allerlei kleine, zelfgekozen netwerken behoren. Ieders taal is dan een mix van een aantal van die groepstalen. Als niemand tot dezelfde groepen behoort, is daardoor ieders taal verschillend. Aan een echt hyperindividuele taal heeft niemand iets, zei Wittgenstein al.
DirkJan zegt
Ja, dat is ook wel wat ik bedoel, maar in het spreken van diverse kleine groepstalen heb je misschien meer kans dat iemand zelf iets nieuws aan zijn uitspraak toevoegt. Overigens vind ik – zonder dat ik dat fonologisch kan ontleden – uw uitspraak een duidelijk voorbeeld van zo’n gevarieerd, ongebonden accent. 🙂
DirkJan zegt
En nog anders gezegd, iemand kan zo’n mix aan verschillende accenkenmerken hebben dat de individuele klanken niet uniek zijn, maar de optelsom van de gebruikte variëteiten wel.
wim van rooy zegt
Zou het niet eerder zo zijn dat het hele fenomeen te reduceren is tot een vorm van postmoderne slonzigheid en verregaande normloosheid: anything goes – en dat geldt zowel voor Vlaanderen als Nederland; het is een Europees fenomeen waartegen bijvoorbeeld in Frankrijk een filosoof als Alain Finkielkraut zich afzet. Maar ook in andere landen teistert de postmoderne verslonzing zowat elk terrein van de samenleving. Men zet zich bewust of onbewust af tegen de idee dat waarheidsvinding nog mogelijk zou zijn: ieder zijn waarheid dus, ieder zijn ‘meningkje’. Cultuurrelativisme op taalgebied. Enzovoort.. .