Iemand vermengt het nuttige met het aangename in De verleden tijd van lijken.
Door Marc van Oostendorp
“Wouter!” zeiden Femke en Sophie, respectievelijk de in een manager veranderde postdoc en de in een manager veranderde promovenda tegen de in een manager veranderde hoogleraar Financiële Letterkunde. “We pikken het niet langer!”
Wouter keek op van het nieuwe systeem om collegereeksen te organiseren op zijn laptop. “Is het weer zover?” vroeg hij vermoeid. “Heeft Joop ook dit weekeinde weer aan zijn onderzoek gewerkt?” Al wekenlang was er steeds hetzelfde probleem: Joop wilde kennelijk zijn vierdelige standaardwerk over middelnederlandse voegwoorden (deel I: dat; deel II: of; deel III: as; deel IV: ‘other forms’) afmaken en besteedde daar zijn weekeinden aan. Terwijl er duidelijk was afgesproken dat men zou onthaasten.
“We hebben een idee,” zei Sophie.
“Jullie gaan het terrein bij scheikunde bezetten.”
“Nee,” zei Femke. “Een veel beter idee! We gaan een blog beginnen.”
Wouter keek even verbaasd. “Dat is toch iets van 15 jaar geleden? Dat deed toch niemand meer? Kunnen jullie niet beter een Instagram-account starten? Dat spreekt jongeren veel meer aan, heb ik gehoord.”
“Jongeren wel”, legde Sophie uit. “Maar NWO niet. In de krant stond een paar weken geleden dat NWO blogs moest gaan subsidiëren, wetenschappelijke blogs, waarin de wetenschap wordt uitgelegd. Als wij nu eens een kritische blog beginnen, waarin we de misstanden uit de wetenschap aan de orde stellen! Zoals dat we eigenlijk geen geld meer krijgen van NWO voor onderzoeksvoorstellen.”
“Maar dan dus hopelijk wel voor een blog”, vulde Femke aan.
“En dat sommigen van ons zelfs nog in het weekeinde moeten doorwerken! Vanwege de werkdruk!”
“Wat een goed idee,” vond Wouter. “Met blogs bereik je waarschijnlijk de beleidsmakers ook beter. Dat genre kennen ze. Alleen hoe gaan jullie het vullen? Ik meen weleens gelezen te hebben dat je op een goed blog toch wel dagelijks iets moet plaatsen, willen de mensen terugkomen.”
“Ah, maar dat mensen terugkomen, is ook niet zo nodig. Bovendien…” Femke keek enigszins samenzweerderig, “… kunnen we Joop natuurlijk vragen om stukjes te schrijven.”
“Als hij dat dan maar niet in het weekeinde doet”, zei Sophie.
Laat een reactie achter