Door Emma Kemp
Als mij gevraagd wordt hoe lang ik al vegetariër ben, heb ik daar eigenlijk geen antwoord op. Er is geen datum waarop ik besloot te stoppen met vlees eten, maar door berichten uit mijn omgeving ben ik wel steeds bewuster geworden van de desastreuze gevolgen van de vleesindustrie. Eerst stapte ik over op biologisch vlees, maar langzamerhand is het als vanzelf van mijn bord verdwenen. Soms verschijnt er nog een vis op mijn bord (altijd biologisch, zeg ik schuldbewust) en kauw ik onbewust op een snoepje dat glimt van de gelatine.
Ik ben dus eigenlijk geen vegetariër, en het voelt ook niet zo. Door de nadruk te leggen op mijzelf als iemand die afwijkt van een norm, lijkt het veel minder om de réden te gaan dat ik geen vlees eet. En als er dan een keer vis op mijn bord verschijnt, word ik door mijn stempel van mijn geloof geduwd. Daarbij komt dat ik geen verpakkingen lees om op zoek te gaan naar sporen van dieren, niet aan de kaasboer vraag of er stremsel in de kaas zit, en ik dus regelmatig vegetarische instinkers binnenkrijg.
De definitie van vegetariër
Op de vraag of ik vegetariër ben, antwoord ik wel altijd ja. Zeggen dat ik flexitariër of pescotariër ben, behoeft namelijk een hoop uitleg. Vegetariër zijn is naar mijn idee geen rotsvast begrip, en soms is het ook gewoon makkelijk om te zeggen dat je vegetariër bent, zonder toe te geven dat je af en toe zondigt. Bovendien hebben we allemaal een ander idee van wat een vegetarisch dieet of vegetarische levensstijl inhoudt, en er bestaan ook verschillende definities voor.
Volgens de Vegetariërsbond is een vegetariër ‘iemand die niets eet van het gedode dier’. Hier voegen ze aan toe: Wij vinden dat iedereen zich zo moet noemen waar hij of zij zich prettig bij voelt en verliezen ons liever niet in discussie over wanneer je je precies wel vegetariër mag noemen en wanneer niet.
Opmerkelijk is dat de definities van veganist wat ‘milder’ zijn. Op Veganisme.org wordt een definitie van veganisme gegeven: Veganisme is een levensstijl waarbij – voor zover mogelijk en praktisch haalbaar – wordt afgezien van alle vormen van exploitatie van, en wreedheid naar, dieren voor eten, kleding of andere doeleinden. En Wikipedia meldt: Veganisme is een levenswijze waarin gestreefd wordt naar het vermijden van het gebruik van dierlijke producten. Veganisten lijken het dus makkelijker te hebben dan vegetariërs, omdat ze zo veel mogelijk probéren dierlijke producten te vermijden, en als dat niet lukt, is er ook geen schaap overboord. Vegetariërs eten per definitie geen vlees, het gaat er daarbij niet om of het haalbaar is of niet. Maar de overstap van vleeseter naar vegetariër is in mijn optiek net zo groot als vegetariër naar veganist. Bij het uitzoeken van wat wel en niet in je eetpatroon past (mag!?), kun je zowel als vegetariër en veganist nog altijd de mist in gaan.
Afgaande op bovenstaande definities ben je nog steeds veganist als je per ongeluk een glas muntthee met honing drinkt, maar als je als vegetariër een puntje kant-en-klare cheesecake (met gelatine) eet, mag je jezelf geen vegetariër meer noemen.
Je bent wat je eet
Zeggen dat ik vegetarisch éét, maakt het duidelijk dat er nooit vlees op mijn bord terecht komt. ‘Vegetarisch eten’ is minder verbonden aan mij als persoon, maar legt nadruk op wat er níet op mijn menukaart staat. Zo zullen je overwinningen ook veel waardevoller zijn dan je zondigheden. Een gummibeer eten en de vraag ‘maar je bent toch vegetariër?’ klinkt als een aanval. De reactie ‘maar je eet toch vegetarisch?’ horen, is dan niet relevant meer. Dan gaat de afwijking om het moment, en niet om mij als mislukte vegetariër.
Ter vergelijking: “ik speel gitaar” vs. “ik ben gitarist” of “ik zet koffie” vs. “ik ben barista”. Stel jezelf eens voor als barista, ’s ochtends in je eigen keuken aan de gang met je Italiaanse percolator. Als dan iemand binnenkomt en aan je vraagt of je koffie aan het zetten bent, antwoord dan eens met “ik ben barista”. Hoge verwachtingen gegarandeerd. Als de koffie dan maar niet mislukt.
Wouter van der Land zegt
“Volgens de Vegetariërsbond is een vegetariër ‘iemand die niets eet van het gedode dier’”
Een betere definitie lijkt mij: ‘iemand die uit overtuiging niets blieft te eten dat direct van een dierlijk lichaam afkomstig is’.
Het achtervoegsel -iër suggereert dat er een principe aan te pas komt. Verder hoeft een dier niet dood te zijn om ervan te eten en kun je per ongeluk iets dierlijks eten, zoals hierboven wordt beschreven. Je kunt een stuk van je wang bijten en dit doorslikken. En je kunt onder omstandigheden je principes overboord zetten. Een vegetariër die schipbreuk lijdt op een eiland zonder vruchten of wortels zal uit lijfsbehoud de rondscharrelende varkens eten.
Lucas zegt
Ah, het onbewoonde eiland, de eeuwige plaag van elke veganist en vegetariër. Het is een wonder dat het ons lukt om ondanks de vele schipbreuken die we continu lijden toch nog vlees te vermijden.
Tevens, wat zijn de principes die zo van belang zijn voor die andere -iërs zoals dinosauriërs, parlementariërs, en agrariërs?
Henk Smout zegt
Kan een vegetariër levende oesters eten?