Door Willem Kuiper
Archieven en bibliotheken bewaren niet alleen middeleeuwse boeken, soms laten ze die boeken ook restaureren. Daarbij komt maculatuur vrij: strookjes, repen, hele en halve bladen perkament, die door boekbinders gebruikt zijn om de katernen en de boekband te verstevigen. Deze stoffelijke resten worden in een doos bewaard en af toe komt dan (een) Hans Kienhorst langs om die knekelput door te spitten op fragmenten die identificeerbaar zijn. Als het om mooie fragmenten gaat dan zou je die vroegnieuwetijdse binder posthuum een chronische blaasontsteking toewensen omdat hij het over zijn hart kon verkrijgen dat prachtige middeleeuwse handschrift te slopen. Boekbinders kannibaliseerden dolgraag afgedankte perkamenten handschriften, omdat het zulk stevig materiaal was. Maar aan de andere kant, maar al te vaak danken wij onze kennis van het bestaan van een tekst aan het hergebruik door een boekbinder.
Jaren geleden heb ik in een column de wens uitgesproken dat alle bibliotheken hun perkamenten fragmenten zouden digitaliseren en publiceren in een digitale online knekelput. Deze week zocht ik een boek over zieke paarden dat bewaard wordt in de KB Kopenhagen. Ik was benieuwd of dat laatmiddeleeuwse boek, deels Middelnederlands, deels Middelnederduits, al gedigitaliseerd was. Na wat geklik landde ik op deze webpagina:

Zouden ze naar mij geluisterd hebben? Natuurlijk niet. Maar dit is wel wat mij voor ogen stond.
Indachtig de Zaanse volkswijsheid: Een vliegende kraai vangt altijd wat, klikte ik mij door de fragmenten om te zien of er iets Middelnederlands tussen zat. Ik had al snel tuk. Op de tweede pagina vond ik dit Fragm. 2584:

Laat ik dat eens van wat dichterbij bekijken, dacht ik. En toen zag ik dat het toch wel verdacht veel op Middelnederlands leek. Gelukkig waren beide zijden van dit fragment downloadbaar. Dit is kant 1:

En dit is kant 2:

KB Kopenhagen, Fragm. 2584-2
Oostelijk Middelnederlands of toch Middelnederduits? Natuurlijk hoopte ik op het eerste, maar nu denk ik aan het tweede. Gelet op het opschrift gaat het over ‘Water Recht’. Nadat ik wat tekst afgeschreven had, probeerde ik een drietal neutraal gespelde woorden uit op Google, en tot mijn ultieme verbazing hoorde ik al bij de eerste trek de jackpot rinkelen. De titel van dit tractaat luistert naar de haast poëtische naam: Les rooles d’Oléron, ook gespeld als Les rôles d’Oléron, alias Les jugemens d’Oléron oftewel De vonnissen van Oleron. Het is een vertaling van een Franse tekst, die naar men denkt dan wel beweert, dateert van het einde van de twaalfde eeuw, en waaraan de naam van niemand minder dan Eleonara van Aquitanië verbonden is. Op Gallica vond ik dit 14e-eeuwse, uit Rouen afkomstige, handschrift: Parijs BN, Fr. 14571. U kunt het hier digitaal doorbladeren. Ga naar p. (sic) 41, en daar vindt u: CI commenchent lez iugemens et coustumez de la mer dictes doleron. Op Gallica vond ik ook een serieuze editie: J.M. Pardessus, Us et coutumes de la mer ou collection des usages maritimes des peuples de l’Antiquité et du Moyen Age. Tome premier. Paris 1847, Chapitre VIII. Coutumes de la mer connues sous le nom de Rooles ou Jugemens d’Oléron, p. 283-354.
De vonnissen van Oleron zijn bekend onder historici, met name onder hen die zich bezig houden met maritieme geschiedenis en zeerecht. De historische letterkunde heeft ze links laten liggen. De tekst is niet geëxerpeerd voor het Middelnederlandsch Woordenboek, maar wordt wel vermeld in de Bouwstoffen:

Dankzij de BNM-i en het Repertorium van de Middelnederlandse artes-literatuur van Ria Jansen-Sieben (B330) weet ik inmiddels dat dit ‘Purperenbouc’ nu heet: Brugge SA, Oud Archief, reeks nr. 96: Stadscartularia 22. Het is (nog) niet gedigitaliseerd. Nog nergens een foto van dit boek gevonden. De tekst is meermalen geëditeerd als: Dit es de Coppie van den rollen van Oleron van den vonnesse van der Zee, voor het eerst door Leopold August Warnkönig in: Flandrische Staats- und Rechtsgeschichte bis zum Jahr 1305. Erster Band. […] Tübingen 1835, XLL. ‘Alter Text des Seerechts von Damme’, p. (86)-(93).
In het kielzog van de Hanzekoggen is deze tekst meegevaren naar de Noordduitse hanzensteden en daar gekopieerd en aangepast voor eigen gebruik. Twee redacties zijn door H. Deiter uitgegeven in het Jahrbuch des Vereins für niederdeutsche Sprachforschung VII (1881). Leipzig 1882, p. 34-62, als: ‘Dat waterrecht nach einer Emder und Auricher Handschrift.’ Het door mij geïdentificeerde fragment komt het meest overeen met de redactie Emden.
Voor mij is Brugge even ver weg als Brazil of Brisbane, dus ik ga die reis niet maken. Ik heb het stadsarchief gevraagd om telefoonfoto’s van de bladzijden met de vonnissen van Oleron. Die foto’s zullen goed genoeg zijn om de editie van Warnkönig te kunnen collationeren. Als iemand in Brugge die dit leest, mij foto’s van de folia met daarop de Coppie bezorgt dan zal ik een tweetalige editie bezorgen van die vonnissen van Oleron.
Ondertussen popelt u van verlangen om te weten wat er op dat blaadje staat. Welnu, ik ben nog niet 100% zeker van mijn afschrift, en correcties en suggesties zijn welkom, maar dit lees ik:
[*recto] sulcken vrede also de skipmanne hebben also schal hebben de kopman
Eyn schip kompt geladen vnde beholden to syner rechte entlate stede De skipluede willen hebben hure dar synt etlike dede wer bedde noch kisten hebben Int skip de meyster mach er del hure beholden vmme dat skip vedder to bryngende dar se in quemen off he scholen seckerheit doen de vart to volgende
Eyn skipper huret syn skipmans den eynen coren vnde to keren se scholen hebben ere voringe ghedoen vmme gelt se seen dat dat skip geyn vracht vyndet to lande to keren vnde van dan moet waren Men degene de nicht gehuret synt vmme gelt De meyster moet ere hure beteren eyn eweliken na synen liken dar na dat se ghehuret sy by terminen laden se nergen synt schadich to hebbende ere hure Men se moten dat skip helpen brynghen dar [*verso] dar se nemen wil de skipper
Dat geualt dat eyn skip licht to bordeus off anders war van sulker spyse also men et int skip Twe skipmans mogen eyn gerichte dreghen vt dem scheppe vnde alsulken brot also dar bynnen is dar na dat se mogen eten to eynen male Men se mogen dar geynen drank vt dregen vnde se moten drade vedder komen alzo dat dem meyster nichten scheelt Neme de meyster schaden van eren veghen byghebrecke ere se scholen dat betteren vnde dat eyn skipman vondede by ghebrecke van hulpe Se synt em plichtigh to donde hulpe dat he ghenese vnde ere ghebrek van em to betterende Den meyster vnde den ghesellen van der taffelen
Dat geualt dat eyn meyster vorurachtet syn schep eynen kopman vnde bespreken by eyne dat skip to ladende De kopman ladet [**recto] des nicht vnde holden dat skip xv off lenger vnde enyge thiit vorleset de meyster syne vracht by gebreke van dem kopman De kopman is skildich to betterende den meyster alsulken schaden also dar vp gesettet vart vnde dar aff scholen de skipmanne hebben [-ghedan] dat verndel vnde de meyster dat drudden deel vmme redene dat em ere kost vynt
Eyn meyster vorurachtet syn skip vnde ladet vmme eyn rese to doende vnde hiir vmme blifft dat skip liggende also lange dat em goldes ghebreket De meyster mach vol sende to synen lande vmme gelt Men he en noet geynen guden wynt vorliggen / dede he dat / he were plichtuch den kopman synen schaden to betterende Men he mach vol nemen van dem kopmanne wyn vnde vorkopen den vnde nemen syne nodrufft aff vnde alzo dat skip komen is in synen rechte [**verso] entlate stede den wyn den de meyster ghenomen hefft is he skildich to betalende also men den anderen wyn vorkopen schal vnde de meyster schal hebben van dessen wyne de wracht ghelich van de anderen wyne
Eyn knappe off leytzman van eyn schippe vnde is gehuret dat skip to bringende dar dat entlate schal dat In dat Inder hauen syn kede off slote dar men bynne schepe entlate De meyster is schuldich den skipman to vorseende de stede dar men de skip Inleit vnde syne retouwe so vt to settende dat de kopman nemen nenen schade by ghebreke van den touwen De meyster moet betteren de leydesman schal syn vort hebben ghedan alzo he dat schep hefft gebracht to den keden vnde nicht vorder en is he it plichtich to bryngende vnde dan so blifft dat skip vp de meyster vnde vp de skiplude liggende
De codicologen en filologen onder u hebben onmiddellijk gezien dat het fragment het binnenste blad van een katern geweest is, en vandaar dat de tekst doorloopt. Dat maakt vergelijking met andere versies en redacties een stuk gemakkelijker. Maar dat bewaar ik voor een volgende keer.
Wordt vervolgd
Dag Willem,
Ik herinnerde me dat het zeerecht van Oléron van invloed was op het zeerecht van Westkapelle en het zeerecht van Damme. Hier een klein artikel met nog meer literatuur: https://www.zwinstreek.eu/geschiedenis/heemkundige-kringen/zoeken-in-publicaties/1585-mededelingen-het-zeerecht-van-damme-1978-01
Groet,
JdP
Dank je wel, Jan. Er is op het internet het nodige te vinden over het zeerecht van Damme, dat weer overgenomen werd door Westkapelle en andere havensteden. Vooralsnog concentreer ik mij op de oudste bekende redactie / versie van de Vonnissen van Oleron, van Brugge / Damme. Zodra ik een passende Franse brontekst kan vinden, zal ik een vierkoloms editie fabriceren: Frans, Brugge, Kopenhagen, Emden. Dat zal het begrip van de tekst van het fragment er een stuk gemakkelijker op maken alsook de onderlinge verwantschap laten zien.
Dag Willem,
Amand heeft me gevraagd om even te kijken of er een Deense of Scandinavische inslag in de tekst te vinden is. Het antwoord is eenduidig: njet! Dit is zuiver Westgermaans. Eerder Middelnederduits dan Middelnederlands zou ik zo zeggen – maar dat is een eeuwig probleem. Fijn dat je op deze tekst gestoten bent!
Hartelijke groet
Joost
Via Amand Berteloot heb ik de tekst van dit fragment onder ogen gebracht van taalkundige Joost Robbe, kenner van het Middelnederduits. Als alles gaat zoals het gaan moet dan leest u in de volgende reactie zijn mening over de taal van het fragment.
Jan Burgers (Huygens ING en UvA) bedankt voor zijn collatie, die geresulteerd heeft in enkele verbeteringen in mijn afschrift van het fragment.
Anders dan ik hierboven schreef heeft het MNW wél enkele vindplaatsen uit de Vonnissen van Oleron overgenomen. Zie: Hist. de Damme
Is het ook overgenomen in later recht, dan wel vertaald naar meer hedendaags Nederlands of Duits?
Denk het wel, maar dat onttrekt zich aan mijn expertise. Zoek met Google naar ‘Zeerecht van Damme’ of ‘Zeerecht van Westcapelle’ of ‘Rolls of Oleron’ of Rôles d’Oleron’ en er komt van alles downloasbaar langs varen.