De heer J.H.F. Grönloh bleef het liefst in eigen land. Desalniettemin heeft hij twee reizen gemaakt naar het buitenland waarvan hij wel genoten heeft. Eerst een keer met twee van zijn dochters, en daarna nog een keer met zijn vrouw. In beide gevallen was het reisdoel Frankrijk. Hij verstuurde brieven en ansichtkaarten terwijl hij weg was.
`Tot zover is er niets aan de hand, er gaan zoveel mensen op vakantie, maar de heer Grönloh werd bekend als schrijver van een aantal korte verhalen, onder de naam Nescio. Aan dit feit hebben we nu te danken dat er een boekje is verschenen dat gewijd is aan Grönlohs avonturen in dat verre buitenland.
Het is een klein boekje dat geloof ik vooral verschenen is om te vieren dat er bij dezelfde uitgever, Van Oorschot, een nieuwe editie is verschenen van het Verzameld proza & nagelaten werk. Er zullen vast mensen zijn die genieten van dit boekje; het lijkt me leuk als die hieronder dan reageren.
Waarom zou iemand geïnteresseerd zijn in deze geschiedenis? Op zich is natuurlijk ieder detail van ieders leven de moeite van uitputtende studie waard. Op één plaats weet de auteur van dit boekje, verhoopt Nescio-biograaf Lieneke Frerichs, overeenkomsten aan te wijzen tussen een brief die Grönloh over zijn vakantie schreef en een later verhaal, Insula Dei; dat geeft een soort literatuurwetenschappelijke verantwoording.
Toch verbaast me de keuze voor dit onderwerp van een reclameboekje een beetje. Er gebeurde niet veel tijdens Grönlohs vakanties, en wat je ook over zijn literaire oeuvre mag vinden, een erg interessante denker was hij niet. De titel van het boekje Buitenland is geen land verwijst naar des schrijvers afkeer van het buitenland (in het algemeen). Hoe serieus kun je dan eigenlijk nog genomen worden? Wat is dat voor mening? Voor de biografie valt te hopen dat er toch warempel wel iets interessanters te vinden was in Grönlohs leven dan dat hij weleens in Frankrijk met vakantie ging?
Ik neem onmiddellijk, en zonder ironie, aan dat er mensen zijn die hier anders over denken. Ik hoop dus van ze te horen. En ik vind het dan oprecht fijn dat er kennelijk een niche is van mensen die ‘alles over Nescio willen weten’ en dat een uitgever als Van Oorschot nog altijd bereid is voor een dergelijke niche dingen te doen; ook als ik zelf duidelijk niet in die niche zit.
Lieneke Frerichs. Buitenland is geen land. Nescio in Frankrijk, Amsterdam: Van Oorschot, 2019. Bestellen bij Bookaroo.
Gerard van der Leeuw zegt
Ach, de verhalen van Voskuil over zijn vakanties in datzelfde frankrijk stellen ook niets voor. Zoiets wordt uitgegeven omdat het vak een uitgever nu eenmaal uitgeven s. En Nescio was in =derdaad geen goot denker, maar wel een interessant schrijver. En als je op zon mooi plekje in Amsterdam woont, waarom zou je dan weggaan? Maar het is inderdaad wel erg magertjes…
Rob van Dam zegt
Beter laat dan nooit: ík vind Nescio boeiend en dit boekje iets als een fijne bonbon. Alleen al de illustraties maken het de aanschaf waard.
Een schrijver wordt niet lezenswaardig doordat hij of zij “een interessant denker” is. Nescio is de man die als geen ander onder woorden heeft weten te brengen hoe het is om “verdeeld tussen twee werelden” te leven – enerzijds die van “het dal der plichten” oftewel het burgermansbestaan, anderzijds die van de “goddelijke ontroering”.
Ik vind de afkeer die de titel van het boekje oproept nogal geborneerd. Waarom zou je iemand die niet van het buitenland houdt niet serieus nemen? Overigens klopt uw bewering niet dat Nescio slechts twee buitenlandse reizen heeft gemaakt waar hij wel van genoot. Professor, u kent het onderwerp onvoldoende.
Wat heerlijk dat Lieneke Frerichs het werk en de persoon van Nescio zó voorbeeldig in het licht stelt. De wijze waarop ze het Verzameld Werk heeft bezorgd, de publicatie van het Natuurdagboek, het boekje over Nescio’s verblijf in Zeeland en nu deze “spin-off” van haar komende biografie – ik vind het vakwerk van belang en een genot om te lezen.
Marc van Oostendorp zegt
Zo mag ik het horen! (Dat meen ik.)
Nicolien Mizee zegt
Als je van een schrijver houdt, is een dergelijk uitgaafje om diverse redenen heel prettig. Het is geruststellend dat er blijvende studie verricht wordt naar een groot schrijver. In Engeland is dat heel gewoon, in Nederland is het ongebruikelijk. Het is ook een heel leuk boekje om kado te doen aan mensen die niet zo snel een boek zullen (durven) pakken. Ik ben zelf als kind vaak door plaatjesboeken e.d. (kalenders, teksten boven overlijdensadvertenties, motto’s in boeken) op het spoor gezet van een schrijver die mij nu nog vergezelt in het leven.