• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Neerlandistiek. Online tijdschrift voor taal- en letterkunde

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Categorie
    • Neerlandistiek voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

Mozes de marskramer (1829)

21 juli 2019 door Ewoud Sanders Reageer

Jeugdverhalen over joden (47)

Door Ewoud Sanders

Mozes de marskramer (1829)
Auteur: J.H. Du Sart (1783-1867)

Herkomst en drukgeschiedenis

Over Jan Hendrik Du Sart, de schrijver van dit jeugdboek, is vrijwel niets bekend. Tussen 1807 en 1840 publiceerde hij zeker tien jeugdboeken. Voor zover ze werden besproken, werden ze positief ontvangen.
         Lees-geschenk, bestaande in verhalen en gesprekken tot nut en vermaak der jeugd, dat in 1829 te Amsterdam werd uitgegeven door Schalekamp en Van de Grampel, bestaat uit zes gesprekken tussen een onderwijzer en zijn leerlingen. Het vijfde gesprek is grotendeels gewijd aan de joodse marskramer Mozes.
         In 1860 werd dit boek herdrukt door W. Willems te Amsterdam onder de titel Verhalen tot nut en vermaak der jeugd.
         In de samenvatting is geciteerd uit de eerste uitgave.

Samenvatting

De oude joodse marskramer Mozes komt aanstrompelen over een landweg. Hij heeft de hele dag nog niets verkocht en een lege maag.

         Mozes wordt gadegeslagen door twee schooljongens – Willem en Karel – die samen met hun schoolmeester zitten te rusten bij een boerderij, even buiten het dorp.

         Willem vertelt dat hij slechte ervaringen heeft met joden. Ooit kocht hij voor te veel geld een zakmes van een joodse marskramer. Het werd hem verkocht als een degelijk Engels zakmes, maar dat bleek een leugen en het ging snel kapot.

            Karel: ‘Dat was slecht, maar omdat die Jood u bedrogen heeft, zijn toch alle Joden geene bedriegers. Wanneer het nu eens een Christen geweest was, die u het mes verkocht had, zoudt gij dan alle Christenen voor bedriegers houden?’

            Willem: ‘Gij hebt gelijk, dat gaat niet, want dan was ik er ook onder begrepen, en ik wil niemand bedriegen, doch het bedriegen is toch over het algemeen den Joden meer eigen.’

            Volgens Karel kan armoede leiden tot bedrog. Het zou ook verklaren waarom joden vaak veel meer geld voor hun goederen vragen dan christenen, soms wel zesmaal zoveel.

De onderwijzer helpt de onwel geworden Mozes. Gravure door Oosterhuis en Sluyter. Illustratie uit Lees-geschenk, bestaande in verhalen en gesprekken tot nut en vermaak der jeugd.

Samen met de onderwijzer lopen de jongens terug naar het dorp. Daar is Mozes onwel geworden. Hij zit op de grond, er staan mensen om hem heen, maar niemand biedt een helpende hand. Dit tot ergernis van de onderwijzer, die Mozes mee naar huis neemt en hem onderdak biedt in zijn schuur. Daar zoeken Karel en Willem hem de volgende dag op. Karel vraagt waarom Mozes niet onderweg bij een boerderij ‘om nachtverblijf’ heeft gevraagd.

            ‘De Jood’: ‘Ach, jonge Heer! dat verleenen de boeren niet gaarne aan menschen, die zij niet kennen, en vooral aan geen’ Jood. (…) Ik ben al blijde, als de Christenmenschen met mij handelen willen.’

            Willem vraagt of Mozes ook Engelse zakmessen verkoopt, maar die vindt Mozes te duur. Hij verkoopt wel Belgische zakmessen, voor zestig cent ‘doch ook niets minder’. Willem zegt dat hij dat goedkoop vindt.

            Mozes: ‘Ik weet wel, dat er Joden zijn, die altijd veel geld vragen, en daardoor de Christenen afschrikken om van een Jood te koopen, of genoodzaakt zijn hem dikwijls een geringen prijs te bieden; neen! zóó handel ik niet, en daarom willen de Christenmenschen altijd van mij koopen; Mozes bedriegt hen niet, en zegt in ééns den naasten prijs.’

            Willem: ‘Gij bevalt mij, gij zijt een brave Jood; van u moeten wij wat koopen, laat ons alles zien wat gij hebt?’

            Daarop kopen de jongens ‘eenige kramerijen’ van Mozes die hen hiervoor ‘duizendmaal bedankte’. Vervolgens vertrekt hij ‘onder vele toewenschingen van zegen en gezondheid’ en ‘met zigtbare tevredenheid’.

            De onderwijzer houdt de jongens voor dat zij anderen ‘nimmer te haastig’ moeten beoordelen.

Doelgroep en receptie

Volgens J.H. Du Sart waren de verhalen bedoeld ‘ter verpoozing in (…) ledige uren’, maar vormden ze tegelijk de grondstof voor een deugdzaam leven. Du Sarts Lees-geschenk werd in 1830 samen met drie andere jeugdboeken genoemd in het Letterkundig magazijn van wetenschap, kunst en smaak. ‘Deze vier bovenstaande Werkjes kunnen met nut in de scholen gebruikt, en, als Leesboeken, der jeugd in handen gegeven worden. Wij twijfelen niet, of zij zullen algemeen aan dezelve bevallen’, oordeelde het tijdschrift.

Delen:

  • Klik om af te drukken (Wordt in een nieuw venster geopend) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Wordt in een nieuw venster geopend) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Wordt in een nieuw venster geopend) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Wordt in een nieuw venster geopend) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Wordt in een nieuw venster geopend) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Wordt in een nieuw venster geopend) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel Tags: 19e eeuw, jeugdliteratuur, Jeugdverhalen over joden

Lees Interacties

Laat een reactie achterReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Gedicht van de dag

Anouk Smies • Ik ben geen natuurlijk persoon

Elk antwoord dat niet uit het hart komt
heet geleende kennis en vervalt
Ik draag alleen bij
aan de wereld die ik verlang

➔ Lees meer

Bekijk alle gedichten

  • Facebook
  • YouTube

Chris van Geel

Als in de verte de zee zich verliefd toont,
heldere golven steeds nemen elkaar,
denk ik vol spijt aan het plein waar mijn lief woont:
zeeheldenbuurt waar geen viking meer vaart.

Bron: datering: 1948-1955; postuum gepubliceerd, in Tijdrovertje, 1992

➔ Bekijk hier alle citaten

Agenda

25 mei & 21 juni 2025: Leidse Zang voor Kerk en Kroeg

25 mei & 21 juni 2025: Leidse Zang voor Kerk en Kroeg

21 mei 2025

➔ Lees meer
21 juni 2025: J.H. Leopold-lezing

21 juni 2025: J.H. Leopold-lezing

19 mei 2025

➔ Lees meer
20 juni 2025: Lezingenmiddag Indische Letteren

20 juni 2025: Lezingenmiddag Indische Letteren

19 mei 2025

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle agendapunten

Neerlandici vandaag

geboortedag
1920 Sonja Witstein
sterfdag
1997 Herman de Coninck
➔ Neerlandicikalender

Media

Van Hogwarts naar Zweinstein

Van Hogwarts naar Zweinstein

20 mei 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Verschenen: Romanreuzen

Verschenen: Romanreuzen

15 mei 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
25. alkalommal rendezték meg a Magyarországi Néderlandisztika Napját

25. alkalommal rendezték meg a Magyarországi Néderlandisztika Napját

15 mei 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle video’s en podcasts

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Inschrijven voor de Dagpost

Controleer je inbox of spammap om je abonnement te bevestigen.

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
 

Reacties laden....
 

    %d