Door Willem Kuiper
Volgens Edith Wickersheimer, die in 1923 Le roman de Jehan de Paris opnieuw uitgaf, werd deze tekst te Lyon geschreven tussen eind november 1494 en begin december 1495 door een anonieme hoveling van en vermoedelijk voor koning Charles VIII (1470-1498) en diens vrouw Anne de Bretagne (1477-1514). De auteur zelf noemt in de proloog zijn boek een “histoire joyeuse”, een plezierige geschiedenis, en dat is het ook.
Jehan de Paris bleef bewaard in twee sterk op elkaar lijkende handschriften van omstreeks 1500 en in een aantal drukken, de oudste uit Lyon. Parijs volgde pas enkele decennia later. Wanneer, waar, voor wie en door wie de Nederlandse vertaling gemaakt werd, weten wij niet. Wel kan op basis van fouten en varianten worden vastgesteld dat die Nederlandse vertaler een Parijse druk volgde, geredigeerd door een telg van het drukkersgeslacht Bonfons.
In 1586 werd Jan van Parijs gekeurd en goed bevonden om gelezen te worden op Antwerpse scholen, maar dit hoeft niet te betekenen dat dit het jaar van de eerste druk is. In de loop van de zestiende eeuw nam de maatschappelijke, politieke en religieuze onrust in Antwerpen zo sterk toe dat het wereldlijk en geestelijk gezag alle boeken die op dat moment gebruikt en uitgegeven werden door één of meer censoren liet keuren of herkeuren. Als wij deze gevisiteerde en geapprobeerde redactie vergelijken met de Franse brontekst dan zien wij dat de censor de tekst (gelukkig voor ons) ongemoeid gelaten heeft.
Helaas is er geen zestiende-eeuwse druk van Jan van Parijs bewaard gebleven. Het oudste exemplaar van deze exemplarische middeleeuwse longseller, die tot in het begin van de negentiende eeuw herdrukt werd, wordt bewaard in de oude Duitse universiteitsstad Göttingen, Omdat het een vroeg-zeventiende-eeuws boek is, ligt het niet bovenop de stapel van te digitaliseren boeken, zo het al op die stapel lag.
Jan van Parijs is niet de enige Nederlandse druk die in Göttingen bewaard wordt. Zij hebben ook Rijckaert zonder Vreese in het magazijn staan, gedrukt door Hieronimus Verdussen, Antwerpen 1619. Dankzij persoonlijk ingrijpen van Marieke van Delft, conservator oude drukken KB Den Haag werd dat boek recentelijk gedigitaliseerd. Dus toen ik hoorde dat zij wederom naar Göttingen zou reizen, heb ik haar mijn wens meegegeven. En weer heeft zij het voor elkaar gekregen! Want sinds deze week staat Jan van Parijs te pronk op de digitale boekenplank van de website van de Niedersächsische Staats- und Universitätsbibliothek en is hij opgenomen in de Lijst van gedigitaliseerde Middelnederlandse handschriften en drukken in binnen- en buitenlandse bibliotheken
Met deze digitale druk op tafel samen met een handvol gedigitaliseerde Franse drukken uit Lyon en Parijs zal ik over een maand of wat mijn huidige editie van Jan van Parijs vervangen door een herziene en waar nodig verbeterde editie.
Laat een reactie achter