Foute boeken? Uit de kast (5)
Door Nico Keuning
Op de flaptekst van List en leed, de nieuwe roman van Arie Storm, is te lezen dat protagonist August Voois het manuscript van zijn roman bij zijn redacteur heeft ingeleverd en daarna beseft ‘dat hij de namen van zijn personages niet heeft veranderd’. Een freudiaanse vergissing, zou je kunnen zeggen. Typisch voor Voois, het literair alter ego van Storm, de auteur die de werkelijkheid gebruikt om fictie te creëren. Toch zijn in de personages in het werk van Storm bestaande personen vaak duidelijk te herkennen, soms onder hun werkelijke naam. Dat hoeft geen probleem te zijn. Maar door wat August Voois over hen beweert, brengt hij de schrijver Storm voortdurend in de problemen.
Voois vertegenwoordigt onder veel meer ook het ongenoegen van de schrijver. In het radioprogramma Nooit Meer Slapen (5 mei 2015), zei Storm tegen Pieter van der Wielen dat hij als schrijver allerlei baantjes had: onder andere boekbespreker op de radio en docent Creatief Schrijven aan de VU. Die baantjes raakte hij kwijt door wat hij erover schreef in zijn romans. ‘Voois’ is een huismus. Thuis is hij gelukkig. Daar kan hij schrijven. ‘De rest is verstoring van dat leven.’ En als er in dat leven buiten de deur personen zijn die hem het leven zuur maken, dan zint hij op wraak. ‘Voois heeft een scherp oog voor misstanden.’
Verstoring, misstanden en wraak zijn belangrijke voedingsbronnen voor romans als Luisteren hoe huizen ademen (2013) en Maans stilte (2015). Werkelijkheid in dienst van de fictie. Of, zoals Storm zegt: ‘Als je schrijft, geef je waarde aan het leven.’ (5 mei 2015). Maar die waarde wordt niet altijd erkend door personen die zich in de roman herkennen. Een van hen is radiopresentatrice Mieke van der Weij. Samen met Peter de Bie presenteerde zij de Tros Nieuwsshow (nu Nieuwsweekend). In Luisteren hoe huizen ademen heeft hoofdpersoon August Voois een boekenrubriek op de radio. Over de presentatoren van het radioprogramma zegt Voois: ‘Het radioprogramma werd gepresenteerd door een man die deed of hij nooit een boek las en een vrouw die op haar beurt juist de indruk probeerde te wekken dat ze altijd alles las en alles wist. Het werkte, want de gemiddelde luisteraar dacht dat de man heel dom was en de vrouw heel slim. In werkelijkheid was het precies andersom.’
Na zeven jaar boekbespreken moest Storm opstappen. De sfeer in de studio was te ongemakkelijk geworden. Wim Brands leek het een goed idee dat Storm en Van der Weij eens over de bewuste roman zouden praten. Storms reactie luidde: ‘O, maar dat gesprek hebben we al gehad, maar dat begrijpt ze niet. Ze noemde me geloof ik een verachtelijk mens, of zo. Ja, nee, zij heeft er helemaal geen begrip voor, zij vindt het schandalig. Ja, en dan denk ik dat je toch niet weet hoe literatuur werkt.’
Soms leidt een roman tot ontslag, een andere keer is ontslag de aanleiding voor een roman. Maans stilte (2015) bijvoorbeeld. Arie Storm werkte enige tijd als docent Creatief Schrijven aan de VU onder Ben Peperkamp, hoogleraar Moderne Nederlandse Letterkunde. Het klikte niet tussen de twee, om het zacht te zeggen. Het dictatoriale gedrag van Peperkamp in de vakgroep was aanleiding voor het ontslag, of het vrijwillig opstappen van Storm (dat is niet duidelijk). Storm verwerkte zijn ervaringen in fictie in genoemde roman. August Voois is de hoofdpersoon en de docent met een scherp oog voor misstanden: ‘Van het begin af aan had het August verbaasd hoe ze de grootste idioot met de minste sociale vaardigheden en de geringste wetenschappelijke reputatie deze functie hadden kunnen geven – want dat wás Maan.’
Op een ochtend ligt het lijk van hoogleraar Eddie Maan in een van de liften van de VU. De vele tientallen studenten deinzen achteruit. De liftdeuren sluiten en de lift daalt naar de kelder. Even later gaan op BG de liftdeuren weer open. Het lichaam is verdwenen. Dat was voor Storm de manier om met Peperkamp af te reken. Hoe herkenbaar Peperkamp in het personage ook is beschreven, hij kon het wel waarderen. Het werd voor de buitenwereld pas pijnlijk toen Peperkamp op 18 november 2017 overleed aan een longembolie. Storm had, om met A.F.Th. van der Heijden te spreken, de werkelijkheid naar zich toe geschreven.
In zijn jongste, pas verschenen roman List en leed speelt Storm opnieuw een spel met fictie en werkelijkheid. August Voois wordt Arie Storm, maar de autonome wereld van de roman blijft een andere dan die van de werkelijkheid. Hoogleraar Peperkamp is inmiddels twee jaar dood, maar in List en leed voert de schrijver hoogleraar Eddie Maan weer levend ten tonele: ‘Hier zit Eddie Maan tegenover me en niet zijn tegenhanger, de man die echt dood is gegaan, waardoor alles nu uit balans is geraakt volgens de realiteitsreparateurs van List & Leed.’ Maan is niet veranderd. ‘Dezelfde bazige blik. Hetzelfde cynisme.’
Het romanpersonage Maan zegt: ‘Ik had gedacht de laatste jaren van mijn werkzame leven op de universiteit door te brengen. Maar je weet hoe het is gegaan. Meisjes. Studentes. MeToo. Dat gedoe met jou. Ontsloeg ik je nu of ging je zélf weg? Ik was je voor, hé? Die vrouw die huilend haar beklag over me deed bij de decaan.’ Over zichzelf als lijk in de lift zegt Maan: ‘Het was geweldig.’
De essentie van de ‘realiteitsreparatie’ in de roman is dat de schrijver August Voois in een scène Arie Storm een revolver op het hoofd van Maan laat richten. Na een reis naar Dublin, waar Storm de revolver van John Banville blijkt te hebben gekregen, waarmee hij Maan in de roman kennelijk heeft vermoord, merkt hij op: ‘Ik kijk naar Eddie Maan. Hij is dood, dat is onmiskenbaar het geval. De twee werelden, die van de werkelijkheid en die van de fictie, zijn weer in evenwicht met elkaar.’
Een bedrieglijk evenwicht, wel te verstaan.
Laat een reactie achter