Door Henk Wolf
Toen ik op de website van de NPO een programma wilde bekijken, kreeg ik eerst een paar reclamefilmpjes te zien. Eentje daarvan begon met de vraag “Nog niet overgestapt van energieleverancier?” Dat vond ik een rare zin.
Dat rare komt door twee dingen. Als eerste: ik kan overstappen best met één voorzetselgroep combineren, maar dat is dan die van het doel of de bestemming van het overstappen. Een zin als “Nog niet overgestapt op een voordeliger energieleverancier?” is bijvoorbeeld prima. In plaats van op had ik daar ook naar kunnen gebruiken. Een zin met twee voorzetselgroepen kan ook: dan begint de eerste met van en drukt de uitgangspositie uit, terwijl de tweede het doel of de bestemming uitdrukt, zoals in “Nog niet overgestapt van een te dure op een voordeliger energieleverancier?”
Het tweede rare ding is het weglaten van een lidwoord of een andere determineerder. Dat wil bij overstappen bij mij alleen als je het in beide voorzetselgroepen doet. “Ik ben overgestapt van trein op bus” kan wel, maar “Ik ben overgestapt op bus” klinkt voor mij niet. En “Ik ben overgestapt van trein” wil al helemaal niet.
Nou kan dat natuurlijk heel persoonlijk zijn, dus ik heb even gezocht. Als eerste heb ik gegoogeld op “overgestapt van” en dat komt best vaak voor. Wel valt meteen op als je in de zoekresultaten kijkt, dat die heel erg vaak betrekking hebben op leveranciers van gas, water of licht. De constructie lijkt dus redelijk sterk gebonden te zijn aan een specifiek domein van het bestaan.
In de onlineversie van het woordenboek van Van Dale staat als relevante deelbetekenis:
(+ op, naar) van product, merk enz. veranderen: overstappen op een ander onderwerp; overstappen naar het bedrijfsleven
Dat komt goed overeen met mijn eigen intuïtie. De combinatie overstappen van ontbreekt.
Ik heb ook gezocht in het grote Woordenboek der Nederlandsche Taal en dat geeft niet expliciet aan welke combinaties van overstappen met een voorzetsel voorkomen. Wel staat in alle relevante voorbeeldzinnen minimaal een voorzetselgroep die een doel of bestemming uitdrukt.
Verder heb ik nog gezocht in het krantenarchief op Delpher. Daaruit heb ik geleerd dat de woordgroep “overgestapt van” pas sinds de jaren vijftig populair is. Daarvoor kwam ze amper voor. Of de doelbepaling kon ontbreken is niet makkelijk na te gaan. Ik heb vrij willekeurig op wat vindplaatsen geklikt en kon er zo snel niet een ontdekken, maar dat kan toeval zijn.
Doorslaggevend bewijs dat de constructie ‘overstappen van energieleverancier’ iets nieuws zou zijn, heb ik dus niet gevonden, maar wel aanwijzingen in die richting. Als ik gelijk heb, is de vervolgvraag natuurlijk: waar komt die constructie vandaan?
Ik vermoed dat die vraag redelijk makkelijk te beantwoorden is. Het bijna synonieme wisselen en veranderen hebben namelijk al lang de mogelijkheden die overstappen blijkbaar bij sommige Nederlandstaligen heeft gekregen. “Ben je al gewisseld van energieleverancier?” is volgens mij een heel normale vraag, net als “Ben je al veranderd van baan?”. Het zou niet heel vreemd zijn als overstappen die combinatiemogelijkheden had overgenomen.
In wisselen van en veranderen van heeft de voorzetselgroep met van voor mijn gevoel geen oorsprongsbetekenis meer. Wie “van energieleverancier” of “van baan” of “van woonplaats” verandert, gebruikt van bijna zonder betekenis. Bij vervangen en inruilen kun je vrijwel hetzelfde zonder voorzetsel uitdrukken: ‘van energieleverancier wisselen’ is bijna hetzelfde als ‘de energieleverancier vervangen’ of ‘de energieleverancier inruilen’.
Henk Smout zegt
‘Van leverancier wisselen’, dat hoor (pardon, lees) ik hier voor ’t eerst!
Als het Duits was, zou ik wel ‘wechseln’ gebruiken, en dan met accusatief.
Henk Smout zegt
‘Van partner wisselen’ vind ik wel normaal, althans taalkundig.
Henk Smout zegt
Beet! Voorbeeld 1 op https://de.wiktionary.org/wiki/Wechsel “Viele Bewohner überlegen sich einen Wechsel zu einem anderen Energieversorger.”
Mijn accusatiefconstructie zou zijn “Den Lieferanten/Versorger wechseln”.
Mient Adema zegt
Het “van” uit de hier gebruikte voorbeelden doet m.i. ten onrechte denken aan een oorsprongsbetekenis; het heeft voor mijn gevoel meer het beperkende, het deel zijn van iets in zich. “Ben je al gewisseld van baan?” en “ben je al overgestapt op groene stroom?” hebben semantisch niet dezelfde voorzetselgroep. Het eerste beperkt zich tot de baan (en dus niet de rest, zoals partner, woning, studie enz.), terwijl het tweede puur locatief, richtingbepalend is. En bij overstappen kijk je naar de toekomst, niet in eerste instantie naar het verleden.
Maar de twee betekenissen van “van” (hier althans) kunnen misleiden, doordat ze soms samenvallen (naar ’t schijnt).
Ad Welschen zegt
Ik voel met Mient mee. ‘Van’ in ‘van leverancier wisselen’ is domein-specificerend, te vervangen door ‘qua’. Het is dus geenszins betekenisloos.
Peter Nieuwenhuijsen zegt
Terwijl ‘ben je al van leverancier veranderd?’ heel normaal klinkt, vind ik ‘ben je al van leverancier overgestapt?’ aanzienlijk raarder klinken dan de zin in de advertentie.
Wat leert ons dat? Misschien dat ‘overstappen’ aan het veranderen is, maar dat het proces nog niet is afgerond?
Mient Adema zegt
Net “even” via via de middenjaarse discussie hier gevolgd over het onderscheid tussen bijwoordelijke bepalingen en voorzetselvoorwerpen.
En wat is het dan simpel om te concluderen dat “van leverancier veranderen” een voorzetselvoorwerp heeft en “van leverancier overstappen” een bijwoordelijke bepaling, hè?
Als de kracht van de betekenis van het voorzetsel bepaald wordt door de betekenis van het werkwoord, dan wil het me voorkomen dat naarmate het werkwoord bleker wordt (veranderen t.o.v. overstappen) de acceptabiliteit van de uitdrukking met het betreffende zinsdeel met “van” groeit. De zin “Ben je al van leverancier overgestapt?” zit (bij mij) nog op 7 op de schaal van 1 tot 10. Ik reken dus beide benoemingen goed. 🙂
Harry Reintjes zegt
komt dat laatste niet door gewenning, zoals wel vaker bij contaminaties, want dat is wat ik hierin blijf zien: een regelrechte verwisseling van voorzetsel (veranderen) van en (overstappen) naar.
over (ver)wisseling gesproken. “wisselen” wordt er hier ook bij gehaald. mij lijkt “wisselen (van)” vrijblijvender, minder definitief of bindend. vgl. zullen we van plaats wisselen niet zullen we van plaats overstappen. wisselen betekent vaak ruilen. onderling dus. ik ga van leverancier ruilen? denk het niet.
Mient Adema zegt
Alle drie die werkwoorden, veranderen, overstappen en wisselen, hebben gemeenschappelijk dat er twee aanwijsbare punten zijn waartussen de actie plaats vindt. Etymologisch denk ik dat ze teruggaan naar respectievelijk ander, stap en wissel (steeds een vertrek- en doelpunt) en de daarbij behorende werkwoorden zullen zijn ontstaan met een passend voorzetsel. Overstappen vind ik het meest pregnant en je ziet er iemand zijn voet verplaatsen om van positie te wisselen, waardoor zijn houding verandert. Dat overstappen met naar wordt verbonden vind ik dan ook vrij logisch, en je moet een rare gedachtesprong maken om bij “overstappen van” ook die beweging te zien. Dat zal dan ook de reden zijn dan “van” hier als domeinspeciticerend wordt aangevoeld. Nou ja, de reden, ik bedoel natuurlijk de onbewuste weg die ons taalbrein heeft gevolgd om het juiste voorzetsel erbij te doen.
Wisselen is inderdaad vrijblijvender dan b.v. overstappen en biedt daardoor ruimte aan het abstractere “van”. Overstappen is veel minder “bleek”.
Als we niet al de termen bepaling en voorwerp hadden uitgevonden, zou ik zeggen dat een voorzetselvoorwerp eigenlijk een inwoordelijke bepaling van het werkwoord is. Dat snappen die pubers best.
Harry Reintjes zegt
ja, met een wat minder omslachtige uitleg zouden ze het wel begrijpen. maar of ze er blij van worden? weer een (“eigenlijke”?) grammaticale term erbij om te onthouden, te leren.
Henk Smout zegt
Niet omslachtig doen, de genetische volgorde lijkt me van ‘overstappen naar’, uitgebreid tot ‘van … naar’, en bij vervolgens ‘naar’ weglaten blijft ‘van’ over.
De gemiddelde taalgebruiker graaft niet zo diep.
Harry Reintjes zegt
kan ook, maar de contaminatie is ook makkelijk te begrijpen.
Bessel Dekker zegt
In het geheel niet ter zake, vrees ik, maar mij valt vooral de intonatie van deze zin op. Ik hoor die intonatie zodra ik de titel hierboven lees, en het valt me op dat de inspreker een toon van verbazing, zelfs onthutsting in zijn zin legt, met een sterke stijging op “-gie-“: “Nog niet overgestapt op energíéleverancier??!!” Ik herken die intonatie niet uit het (voor mij) gewone taalgebruik.
Dit schijn vaker voor te komen bij lezers van (begeleidende) berichten. De omroepspreker in de Amsterdamse tram doet (deed?) het in het Engels: ongeveer “Travelling on a Public Transport Chip Card??!!” — en in die taal klinkt het even onnatuurlijk.
Bessel Dekker zegt
“schijnt” — sorry
Julius zegt
Argeloos ‘de onlineversie van het woordenboek van Van Dale’ aanhalen, daar moet je mee uitkijken. De geciteerde omschrijving komt uit het gratis woordenboek op de website. De uitgever doet geheimzinnig over de herkomst, maar waarschijnlijk is het de inhoud van het oude pocketwoordenboek van Wolters.
In de online Van Dale-woordenboeken waarvoor je moet betalen vind je in de Dikke:
van het ene tot het andere overgaan
•
van het privaatrecht op het publiekrecht overstappen
•
overstappen op (groene stroom, de e‑sigaret)
•
overstappen naar (een andere internetprovider, een andere energieleverancier)
En in wat voorheen de Hedendaagse heette, die nu ‘Nederlands’ heet:
3 (+naar, op) van het een op of in het andere stappen
▼ betekenisverwante termen
synoniem(en): overgaan tot3
▼ voorbeelden
overstappen naar een andere leverancier
overstappen op een e-reader
Ad Welschen zegt
Ik geloof wel dat de combinatie ‘overstappen van iets’ van meer recente datum is, maar daarmee zou ik het nog niet tot een contaminatie (veranderen van /overstappen op) willen bestempelen, al levert dat wel een (schijnbaar) makkelijke verklaring op. Immers, bij ‘wisselen van plaats’ of ‘veranderen van baan’ hoeven we helemaal niet primair aan een beweging van bron naar doel (van A naar B) te denken. Primair is hier de noodzaak tot specificatie van het domein, niet zozeer die van een doel of richting. Met andere woorden: het voorzetsel is hier primair betrokken op het nomen, en minder op het werkwoord. De betekenis van ‘van’ in ‘wisselen van plaats’ of ‘veranderen van baan’ staat primair in functie van het complement, het nomen, het domein. Daarom moet de generaliserende lexicale omschrijving ook luiden: ‘veranderen/wisselen/overstappen van IETS’ en niet: ‘veranderen/wisselen/overstappen van’. Je mag dat dan weer wel parafraseren tot: ‘een andere plaats/baan/leverancier nemen’. Daarin is de specificatie nog duidelijker gebonden aan het nomen (‘foregrounded’) en is de werkwoordelijke inbreng afgezwakt tot ‘background’. Zo bezien is de combinatie ‘overstappen van leverancier’ volledig in orde. Je kunt immers ook ‘overstappen van baan’. De specificatie is in beide gevallen voldoende aanwezig.
Ad Welschen zegt
Heb ik met de bovenstaande reactie in deze discussie definitief het laatste woord gesproken? Of is zij tijdens de jaarwisseling wat aan de aandacht ontglipt?
Henk Wolf zegt
Ik vind het wel een aantrekkelijk idee, Ad, maar ik zie ook een paar probleempjes. Het voornaamste is dat ‘wisselen/veranderen/overstappen’ normaal gesproken met een bron-voorzetselgroep en een doel-voorzetselgroep te combineren zijn, maar dat die mogelijkheid vervalt als je de hier besproken ‘van’-voorzetselgroep gebruikt. Als die alleen domeinspecificerend zou zijn, is dat lastig te verklaren:
Ik ben gewisseld van energieleverancier. (prima)
Ik ben gewisseld van Jantje naar Pietje. (prima)
Ik ben gewisseld van energieleverancier van Jantje naar Pietje. (raar)
Ik ben van energieleverancier gewisseld van Jantje naar Pietje. (raar)
Dat het geen haplologie-effect is, kun je denk ik zien als je de bron-groep weglaat:
Ik ben gewisseld naar Pietje.
Ik ben gewisseld van energieleverancier naar Pietje. (raar)
Ik ben van energieleverancier gewisseld naar Pietje. (raar)
Ad Welschen zegt
Je geeft mij mooi de gelegenheid om mijn analyse nader te adstrueren en toe te spitsen. Welnu:
I. Je kunt ‘wisselen’ op twee onderscheiden manieren specificeren:
— van domein (éénplaatsig):
a) Ik ben gewisseld van energieleverancier;
— van bron naar doel (tweeplaatsig):
b) Ik ben gewisseld van A naar B.
Impliciet tweeplaatsig is:
c) Ik ben overgestapt op / naar B.
Eénplaatsig is daarentegen:
d) Nog niet overgestapt van energieleverancier?
II. Je kunt beide typen specificatie niet echt gemakkelijk combineren:
c) # Ik ben gewisseld van energieleverancier van A naar B;
d) # Ik ben van energieleverancier gewisseld van A naar B.
Daarbij vind ik d) overigens al wel makkelijker (meer acceptabel) dan c). Uit wat volgt laat zich dit graduele verschil verklaren.
Je kunt een dergelijk predikaat (‘wisselen’, etc.) blijkbaar niet zo gemakkelijk dubbel-op specificeren in dezelfde uitspraak (eerst al éénplaatsig en vervolgens nog eens tweeplaatsig). Er zou dan voor ‘van A naar B’ minstens een komma nodig zijn, of liever een nadere toevoeging als ‘en wel’. Het zijn ook specificaties van ongelijk niveau. Dat komt omdat ‘#wisselen van’ tenminste een eenplaatsig complement (voor het domein) eist (namelijk ‘wisselen van iets’), terwijl zo’n tweeplaatsige bron-doelspecificatie (‘wisselen van A naar B’) meer als een nadere adstructie gezien kan worden, en dus niet echt (of niet slechts) als complement fungeert. Zo’n tweeplaatsige bron-doelspecificatie maakt echter wel een eenplaatsig complement onnodig /overbodig. Zij vult die open plaats blijkbaar evenzeer op, zij het op een andersoortige wijze. Het is als het ware een ‘rijkere’ invulling daarvan.
Het verschil in status van beide typen specificatie moge blijken uit de ontoelaatbaarheid van ‘en wel’ in a’) versus de wat grotere accepteerbaarheid daarvan in b’):
a’) * Ik ben gewisseld ‘en wel’ van energieleverancier;
b’) Ik ben gewisseld, ‘en wel’ van A naar B. (lossere toevoeging)
Vergelijk ook:
a”) Ik ben gewisseld QUA energieleverancier. (–> complement, geen vrije adstructie)
III. Anders ligt het nog bij:
e) *Ik ben gewisseld van energieleverancier naar B;
f) *Ik ben van energieleverancier gewisseld naar B.
In e) en f) wordt de domeinspecificatie halverwege de constructie oneigenlijk aangewend als een bronspecificatie. Dat klopt inderdaad echt niet, dan heb je een verkeerde wissel genomen. Ook hier kun je deze constructie ‘ontdubbelen’ door ‘en wel’ toe te voegen:
e’) Ik ben gewisseld van energieleverancier, en wel naar B;
f’) Ik ben van energieleverancier gewisseld, en wel naar B.
Ad Welschen zegt
De oplettende lezer zal geconstateerd hebben dat ik bij de alfabetische markering van de voorbeeldzinnen hierboven de markeringen c) en d) tweemaal heb gebruikt. Excuus voor dit ongerief! Het komt omdat ik de voorbeelden:
“Impliciet tweeplaatsig is:
c) Ik ben overgestapt op / naar B.
Eénplaatsig is daarentegen:
d) Nog niet overgestapt van energieleverancier?”
achteraf heb ingevoegd en het lastig vond alle volgende markeringen daarna nog handmatig aan te passen. Achteraf corrigeren in een reeds gepubliceerde reactie is hier niet mogelijk, maar ik had hier beter bij deze eerste voorbeelden c) en d) als alfabetische markeringen bijvoorbeeld x) en y) kunnen kiezen, dan was de lezer dit ongemak bespaard gebleven.