Als je een taal leert, verandert er ook iets aan je hersenen. Er komt nieuwe informatie in. Maar als jonge kinderen een taal leren, groeien ondertussen hun hersenen ook nog. En bij die groei lijkt rekening te worden gehouden met het feit dat er taal in moet.
Dit is deel 11 in een serie video’s over hoofdstukken van het boek Human Language onder redactie van Peter Hagoort.
- Bekijk deze video op YouTube
- Peter Hagoort (red.) Human Language. From Genes and Brains to Behavior. Cambridge, Mass; The MIT Press, 2019. Bestelinformatie bij de uitgever.
Rob Duijf zegt
Ik heb het boek nog niet gelezen, maar dat ligt niet aan jouw enthousiasme.
Wat betreft de ontwikkeling van de structuur van het kinderbrein neem ik aan, dat in dit geval het talige brein wordt bedoeld? De frontale hersenschors bijvoorbeeld is nog van het 20ste tot zeker het 25ste levensjaar in ontwikkeling.
Het lijkt mij, dat het horen van sterke klanken in de moederschoot niet alleen van buiten komt – door ‘die muur van vlees en vocht’ – maar ook van binnen, waar de buik- en borstholten van de moeder fungeren als versterkende klankkast! Het ongeboren kind kan de klanken – vooral die door moeder zelf worden geproduceerd – niet alleen horen, maar door resonantie ook voelen. De krachtigste klanken die zich het best kunnen voortplanten zijn immers die met de laagste frequenties.
Ik ken bijvoorbeeld iemand die zegt herinneringen te hebben aan de het spinnen van de kat op de buik van zijn moeder…