Uit Hemelingen, de nieuwste bundel van Koen Stassijns.
Er is niet veel nodig
Er is niet veel nodig voor een gedicht,
vaak zijn de meeste woorden overbodig.
Je dooft gewoon het licht. En in het zwart
dat zijn contouren trekt rondom je hart,
duiken enkele uitgespaarde, moeizaam
vergaarde zinnen op. Als gladde vissen
die je telkens weer uit handen glippen
wanneer je denkt: eindelijk heb ik beet.
Wacht op het weinige en maak een kom
van je palmen. Je vangt twee vissen op,
je laat ze vrijuit zwemmen, wennen, en
je kijkt waarheen hun verlangen ze voert.
Met de kruimels van je dagelijks brood
voed je ze, ze raken wel met jou vertrouwd.
Je zwijgt, je luistert, wil hun stilte vatten
en wordt ten slotte zo hun deelgenoot.
Dan laat je ze vallen, op een wit blad.
Ze spartelen eerst nog wat tegen maar
vinden een plek in het nieuwe gegeven:
dat ze alleen zullen zijn en de glans
van hun schubben slechts door één enkeling
wordt gezien. Dat de hand die hen tot leven
schreef enkel bij hen bleef tot hij bekende
dat hij ze waarschijnlijk beter had verzwegen.
Koen Stassijns (1953)
uit: Hemelingen (2019)
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail.
Laat een reactie achter