in Het jaagpad op en af, de nieuwe bundel van Saskia de Jong.
hot! hot! hot! hittegolf
een zekere zon glom buiten zijn grenzen
pupillen kieperen het licht naar binnen
ingezwachteld mijn volksmond
eet een zoutje wat weerhoudt je
van de vertering van de violente vragen
(er eentje opborrelen)
welk gat de diepte draagt
(waar twee al overkoken heet)
als slaap het voorvocht van de dood is
louter schommeling golven die drei-
nen het naakt op de voorsteven
kopt stug een glimlach terug
na elke zucht prijs je jezelf
(je bent een prijsdier)
*
toen de a voor een b aangezien
waarop ik stuitte toen ik stuitte op
het fopoppervlak de oerverdenking
kluwenmanagement
vele duizenden vinden strandtenten
het mysterie spreekt niet tegen
ik spreek het mysterie niet tegen
de bal is me (inderdaad) niks verplicht
en ook ik ben de bal niets schuldig
verbanden passeren, principes hebben we
trainbaar gemaakt, de vierde wand van taal
het kost een rozijn meer om diep na te denken
Saskia de Jong (1973)
uit: Het jaagpad op en af (2020)
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail.
Laat een reactie achter