
De laatste decennia zijn de genres jeugdliteratuur en young adult ontstaan. Schrijvers hebben zich erin bekwaamd voor jongeren te schrijven en zorgen ervoor dat hun romans aansluiten bij de leefwereld van jongeren en bij thema’s die voor hen aan de orde zijn. De vraag is echter of die scheidslijn zo rigoureus getrokken moet worden. Waarom zouden verhalen, gedichten en essays niet zodanig geschreven kunnen worden dat ze voor jongeren én volwassenen interessant zijn? In de 183 jaar dat De Gids bestaat, heeft het tijdschrift zich uitsluitend tot volwassen lezers gericht. Dit nummer, met als thema ‘Waar wil je bij horen?’, brengt daarin verandering. Met verhalen van Maartje Wortel, Rob van Essen, Iduna Paalman, Sholeh Rezazadeh en Maria Barnas, een beeldverhaal van Ludwig Volbeda, poëzie van Albertina Soepboer, en essays van Arjen en Arthur Mulder en Daan Remmerts de Vries.
Verder in De Gids 2020/3 onder meer een essay van Jozefien Van Beek over de stad waar je op straat een broodje van $14 kunt eten met om de hoek de daklozen die op diezelfde stoep leven, en wat je in dat moment aan kunst hebt, een verhaal van Micha Wertheim met als uitgangspunt de vernielde De Denker van Auguste Rodin uit museum Singer Laren en het stormachtige gedicht ‘Rocket Man‘ van de jonge dichter Lars Ruben. En bijdragen van Merijn de Boer, Sarah Andrea Desplenter, Menno Hartman en Onno Kosters.
Bekijk de nieuwe De Gids op onze website!
Neem een proefabonnement op De Gids en ontvang drie nummers voor €7,50.
Omdat ik Micha Wertheim enigszins volg, heb ik zijn verhaal Broken thinker via de link gelezen. Het is een langdradig non-fictie-stuk over met name zijn opa en gaat nagenoeg niet over Rodin, laat staan over zijn beeld De Denker, waarvan een afgietsel in 2007 werd beschadigd door ordinaire bronsdieven die het beeld hadden gestolen uit de beeldentuin van het Singer Museum in Laren. Het beeld kwam snel terug. Twee kunstenaars begonnen vervolgens een project over dit (beschadigde) beeld met als titel Broken Thinker en wat nu niets te maken heeft met de beeldenstorm die momenteel in de actualiteit staat.
Micha Wertheim noemt aan het begin een keer Rodin bij het zien van een beeldengroep met zijn vader en verder schrijft hij alleen nog:
“Ik vermoed dat ik De Denker voor het eerst gezien heb in 1978, toen mijn opa postuum een tentoonstelling
had in het Singer Museum in Laren. We mochten binnen niet rennen. Gelukkig had het Singer ook een tuin.”
Het kan nog zijn dat Micha Werthem enige dubbele bodems onder zijn verhaal heeft gelegd, maar die heb ik zelf niet kunnen ontdekken.