Arthur Lava, een van de voormannen van de Maximalen, is overleden.
Toekomstmuziek
Geef mij de ballade uit de Hades
of een opgewekte blues, ik swing op elke
hiphopversie van Vivaldi, mijn smaak
kent geen limiet, dus leve het licht ontvlambaar
geuzenlied, de wals voor weduwen en wezen,
de bloedeloze stierenvechtersrapsodie.
En vanzelfsprekend zweer ik bij de alchemie
van een schlager voor de goede zeden
of een nocturne voor de ochtendmens.
Maar wat bovenal moet worden aangeprezen
is een marsmuziek, jawel een marsmuziek,
die de mensheid van marcheren zal genezen.
Arthur Lava (1955-2020)
uit: Bravisssimo! (1994)
Foto: North Sea Poetry.
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail.
DirkJan zegt
Arthur Lava, echte naam Howard Krol (1955-2020) heb ik – dacht ik – een keer zien optreden, voordragen met zo’n beetje alle Maximalen (Tom Lanoye is begonnen als Maximaal) op een avond in 1990 met deze dichters en met performances van de schildersgroep de Nieuwe Wilden (Peter Klashorst) in de grote zaal van het toen nog zo geheten Muziekcentrum Vredenburg in Utrecht. Het was een lange, maar best vrolijke avond.
Gisteren schreef Chrétien Breukers op zijn blog De Nieuwe Contrabas een aardig en persoonlijk in memoriam over de dichter Arthur Lava (Arthur naar Rimbaud) die als Howard Krol zijn loopbaan begon als socioloog, als Arthur Lava medeoprichter was van de Maximalen en onder zijn eigen naam eindigde als zelfstandig ondernemer in tekstschrijven.
https://denieuwecontrabas.blog/2020/09/15/howard-krol-arthur-lava-overleden
__
‘Als er één kunstuiting bestaat die ons tegenwoordig als een geeuwend nijlpaard doet vastkoeken aan de oevers van de verveling, dan is het wel de poëzie. Dat komt doordat veel hedendaagse dichters zich hebben toegelegd op het figuurzagen van fletse stillevens, die geen enkele aantrekkingskracht bezitten.’
Arthur Lava – 1988
__
“In Het Parool omschreef Theodor Holman de verzen in Maximaal! als ‘een kuil met dikke plakken woordpoep’. Trouw sprak misprijzend over de ‘geschifte beeldspraak’ en in de Leeuwarder Courant was het coming man Michael Zeeman die de maximale poëzie omschreef als ‘een tobbe vol rotte vis’. Bij wijze van vergelding kreeg de recensent tijdens het bijwonen van een Maximalen-optreden een emmer met die inhoud over zich uitgestort. Dat statement haalde alle kranten. Toen Remco Campert zich in smalende bewoordingen uitliet over de club, greep Arthur Lava gelijk naar de pen: ‘Er komen nieuwe dichters/ En deze dichters Remco/ komen glaszetten/ in de dichtgemetselde onderonsjes/ op de ambassades van de poëzie Remco/ en wie weet/ laten ze een springlading achter/ op de stoep.’”
René Zwaap – De Groene Amsterdammer 1996
__
Hoe langer je leeft
hoe korter het duurt
Jules Deelder
Ronald V. zegt
Nou, lava zonder hitte en zonder verwoestende kracht. Grote woorden, weinig wol. Sociologisch interessant, poëtcaal echter geen belang.