
De Kikvorsch, die zoo groot wil worden als een Os
Een kikvorsch zag een os, dien zij
schoon van gestalte en omvang achtte.
Zijzelve, in haar geheel zoo groot niet als een ei,
blaast zich in afgunst op en rekt zich, om te trachten,
zoo kolossaal te worden als dat beest.
Zij sprak: ‘Zus, let eens op mijn leest.
Is het zóó al genoeg? Zeg op, ben ik er haast?’
Nog lang niet.’ ‘Maar dan nu?’ ‘Volstrekt niet.’
‘Nu dan wel?’
‘Het lijkt er nog niet op!’ De stakker blaast en blaast
en barst gelijk een waterbel.
De wereld wemelt van niet wijzeren dan deze:
de burger bouwt, als een groot heer, uit wijde beurs,
de minste vorst wil van ambassadeurs,
elke markies omringd van pages wezen.
Jan Prins (1876-1948)
uit: Veertig fabels van Jean de la Fontaine (1940)
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail.
Mooi gedicht, mooi plaatje (van wie?). Het is wel aardig dat diezelfde opgeblazen kikker ook staat op de beroemde stier van Potter in het Mauritshuis,
Zoals we onderhand wel weten, reageert Raymond Noë van het Laurens Jz. Coster Project alleen bij heel hoge uitzondering, dus dan kan je beter zelf aan het werk gaan. De afbeelding komt van de DBNL van een andere uitgave met zes rijmvertellngen van de fabels van J. De la Fontaine. En dan even verder googelen.Titel: De Kikvorsch en de os, en andere fabelen. Auteur en tekenaar van deze uitgave uit ongeveer 1870 zijn onbekend, maar de uitgever van deze editie was H.J. Ter Gunne uit Deventer en de (ingekleurde) lithografie van de afbeeldingen werd verzorgd door de firma Emrik & Binger uit Haarlem.
En het is goed mogelijk dat Paulus Potter een kikker op de voorgrond van zijn Stier schilderde vanwege de fabel, maar A: opgeblazen is die kleine kikker niet en B: in de fabel gaat het om een samenspraak tussen twee kikkers (er staan er op de afbeelding hierboven drie) en op het schilderij staat er maar één. Maar Potter nam het ook niet zo nauw met een natuurgetrouwe anatomie van zijn stier die hij naar andere voorbeelden van stieren van verschillende soorten en leeftijden die hij eerder had getekend, samenstelde voor dit exemplaar.
Nog een literair linkje met de Stier van Potter (hij werd maar 28 jaar en ligt begraven in Amsterdam). Op het schilderij is de kerk van Rijswijk te zien en Potter woonde toen in Rijswijk, de plaats waar Ilja Leonard Pfeiffer is geboren en opgroeide en dat ruim voorkomt n zijn autobiografische brievenroman Brieven uit Genua.. 🙂
Harry Reintjes schreef:
Een paar merkwaardige zaken bij dit gedicht.
1. Zoals DirkJan zegt, een samenspraak tussen kikkers en wel 2 vrouwelijke: “zij” en “zus”. Dat blazen is dan merkwaardig, omdat de kaakblaas m.n. gebruikt wordt door mannetjes om vrouwtjes te lokken.
2. Bij het zoeken op google kom ik bij “kikvors” terecht bij een site op wikipedia in een oosters dialect (Twents?Achterhoeks?). Schijnbaar is kikvors geen gangbaar Nederlands. Wel kikker/pad (overigens ook nog onderscheiden).
3. Zou Jan Prins (een beetje) Ovidius hebben willen kopiëren/als voorbeeld genomen hebben? “de stakker blaast en blaast” (sub aqua sub aqua). Alleen is Latona nu zelf een kikker die de lycische boer (de os) niet “omver” krijgt?