Dikke Dinges R.I.P.
Dikke Dinges was verscheiden,
in zijn Heer en litjemaux,
de professor kwam en zeide:
`Hum, Hum, Hum, …’ en liet het zoo.
Doodkist werd besteld, gemeten,
afgebiest met plint en lat.
die, met zillever besmeten,
krap, fataal en poenig zat.
Zeven bidders wiegewankten
in d’r grafgezanten vlijt
met de kostbaar ingeplankte
vieze dikke dooiigheid.
Van de traphal naar den wagen,
van den wagen naar het graf …
trapten in plechtstatig dragen
voormans hak en hielen af.
Heel de Dingespermetasie
vormde om den kuil een O,
dominee hield predekasie
over Christenheil en zoo,
over dood en over leven,
zoo kortstondig als het gras;
treurend snoten al de neven,
om den duur van het gewas.
Hier ligt in z’n Heer ontslapen
(oogen toe en zonder weet)
de geliefde, zeer rechtschapen
makelaar in kinderleed.
Spekulant in graan en krotten,
zwaar geschut en menschenwee.
God z’n ziel! … Het graf z’n botten!
Dikke Dinges R.I.P.
Willem van Iependaal (1891-1970)
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail.
Laat een reactie achter