Door Roland de Bonth
Tijdens de HSN-conferentie 31 die enkele jaren geleden plaatsvond in Zwolle was ik – in HSN-terminologie – ‘kolomleider’ van de kolom literatuuronderwijs. Ik mocht de sprekers introduceren, de spreektijd in de gaten houden en het vragen stellen in goede banen leiden. In de map die ik voor het uitvoeren van die taak kreeg, bevond zich ook een A4’tje met het woord ‘VOL’. Als alle zit- en staanplaatsen bezet waren, moest ik het op de deur van de zaal plakken. Door de vele parallelsessies en de grootte van de zalen leek dat velletje me overbodig. Toch heb ik het moeten gebruiken. Bij een voordracht over Praten over romanfragmenten puilde de zaal uit!
Pratenoverromanfragmenten
Praten over romanfragmenten is een initiatief van Hans Goosen. Samen met zes docenten Nederlands vormde hij een werkgroep die als doel had om gezamenlijk lesmateriaal te produceren bij een aantal boekfragmenten voor de bovenbouw van havo/vwo. Daarbij zou gezocht worden naar mogelijkheden voor uitdagende vragen voor een inhoudsvolle, meer lezersgerichte manier om klassikaal gelezen fragmenten te bespreken.
De werkgroep koos daartoe een boeiend fragment uit een moderne roman – van na 2000 – en formuleerde vervolgens vier à vijf inhoudelijke bespreekpunten die het startpunt voor een explorerende, klassikale bespreking van het romanfragment konden vormen. Uiteindelijk hebben de werkzaamheden van de werkgroep geleid tot de website pratenoverromanfragmenten.nl.
De lezersgerichte aanpak wordt gepresenteerd als een volwaardig alternatief voor de culturele en literair-esthetische vorming die normaal gesproken centraal staat in de bovenbouw van havo en vwo. Het gaat bij een lezersgerichte aanpak namelijk nadrukkelijk niet alleen over belevend en herkennend lezen van literatuur. In de Verantwoording op de website lezen we daarover:
In een leerlijn voor het literatuuronderwijs moet een lezersgerichte aanpak niet beperkt worden tot een bepaalde klas of een bepaald niveau van literaire competentie. Altijd moeten belangwekkende lezersvragen aandacht krijgen. Op alle niveaus van lezen zullen lezers graag recht doen aan hun eigen vragen en gedachten naar aanleiding van wat zij gelezen hebben.
Pratenoverfictiefragmenten
Op Neerlandistiek hebt u kunnen lezen dat pratenoverromanfragmenten inmiddels gezelschap heeft gekregen van een jonger broertje: pratenoverfictiefragmenten.nl, speciaal bedoeld voor leerlingen uit het vmbo en de onderbouw van havo en vwo. De opdrachten zijn opnieuw vervaardigd door enthousiaste docenten Nederlands. De opzet van deze website is gelijk aan die met romanfragmenten: aan de hand van fragmenten uit recente jeugd- en adolescentenromans die binnen een lesuur klassikaal te lezen en te bespreken zijn, en van vragen over de inhoud van de gelezen fragmenten wisselen leerlingen in een open en verdiepend klassengesprek hun antwoorden en (lees)ervaringen uit.
Historische letterkunde
Eind december publiceerden Marijke Meijer-Drees en Erwin Mantingh op de website van de Werkgroep Onderzoek en Didactiek Nederlands (WODN) van Levende Talen Nederlands – Didactieknederlands.nl – het artikel Historische letterkunde deel 1: historische literatuur. Centraal daarin stond de vraag hoe historische letterkunde wordt overgedragen aan toekomstige generaties lezers. (In deel 2 staat de literatuurgeschiedenis centraal, in het te verschijnen deel 3 de didactiek ervan). Het bevat een helder overzicht van (recente) uitgaven van historische teksten, waaruit de liefhebber van oude literatuur met leedwezen zal zien dat enkele fraaie reeksen – als de Alfa-reeks, Deltareeks, Nederlandse Klassieken en Griffioen – gestopt zijn.
Leerlingen vinden het lezen van historische letterkunde over het algemeen niet eenvoudig. In de eerste plaats werpt de taal een barrière op. Deze valt te slechten door een tekst te herspellen, te hertalen, in te korten of van woordverklaringen te voorzien. Ook de culturele en historische context kan een probleem opleveren tijdens het lezen. Over het algemeen staat die ver van de belevingswereld van leerlingen af. Een uitgebreide inleiding of kaderteksten zoals in de reeks Tekst in context kunnen ervoor zorgen dat leerlingen beter kunnen begrijpen waarom personages in historische romans zich gedragen zoals zij zich gedragen.
Pratenoverhistorischeletterkundefragmenten
Als we te veel de aandacht vestigen op de verschillen in taal en context, verliezen we uit het oog dat er beslist ook overeenkomsten zijn tussen de literatuur uit het heden en die uit het verleden. Vanuit die gedachte zie ik mogelijkheden voor een website die aansluit bij pratenoverromanfragmenten en pratenoverfictiefragmenten. De naam is wat lang maar als werktitel stel ik pratenoverhistorischeliteratuurfragmenten voor. Daarvoor moeten dan fragmenten uit historisch letterkundige werken worden geselecteerd waaraan psychologische, morele en maatschappelijke vragen kunnen worden opgehangen. Een lezersgerichte aanpak van historische letterkunde.
Bij pratenoverromanfragmenten en bij pratenoverfictiefragmenten gaat het steeds om één wat langer tekstfragment. Voor historische werken is het misschien beter om niet één maar meerdere, kortere aansprekende fragmenten per werk te selecteren. De meeste leerlingen zullen zich waarschijnlijk laten afschrikken door 15-20 pagina’s zeventiende-eeuwse Nederlands, al zou een goede hertaling of uitgebreide toelichtingen aan dit bezwaar tegemoet kunnen komen.
Lezersvragen
Wat voor soort vragen zou je kunnen stellen? Ik zal daarvan een paar voorbeelden geven aan de hand van de Beatrijs. Op de DBNL is van deze bekende Middelnederlandse Marialegende de tekst en vertaling te vinden in de editie van H. Adema. Interessant zijn bijvoorbeeld de versregels 397-482. Daarin lezen we hoe Beatrijs door haar man in de steek wordt gelaten en zij een oplossing moet bedenken om in het levensonderhoud te voorzien van haarzelf en haar twee kinderen. Beatrijs weigert te bedelen om brood. In plaats daarvan verkoopt zij liever haar lichaam in het veld aan andere mannen. Toen ik deze tekst zelf als leerling op de middelbare school las vond ik dat een heel merkwaardige keuze en ik stel me voor dat ook hedendaagse leerlingen dat zo ervaren. Hoe zou je zelf handelen als je in een dergelijke situatie terechtkomt? Zou jij bedelaar of prostituee worden? Probeer je zelf de regie in handen te houden? Klop je aan voor hulp? Wie is daar verantwoordelijk voor? Genoeg stof tot nadenken en tot bespreken.
Ook het zeventiende-eeuwse treurspel Joseph in Dothan van Joost van den Vondel bevat interessante fragmenten om te bespreken in de klas. Hiervoor zou de originele tekst op de DBNL of bijvoorbeeld de editie uit de reeks Tekst in Context gebruikt kunnen worden. In het tweede bedrijf beramen de (half)broers van Joseph een plan om hun broertje uit de weg te ruimen omdat hij hen verraadt, omdat hij voorgetrokken wordt door hun vader Jacob en omdat hij hen gek maakt met zijn dromen. Dit levert vast een interessant gesprek op. Hoe ver mag je gaan als je jaloers bent op een gezinslid? Wat zou jij doen als jij duidelijk op de tweede plaats komt?
Ik weet zeker dat er meer dan genoeg bekende en minder bekende werken uit de literatuurgeschiedenis zijn die met een hier voorgestelde lezersgerichte aanpak onder de aandacht van leerlingen gebracht kunnen worden. En dat hoeven echt niet alleen bovenbouwleerlingen uit havo en vwo te zijn. Ook onderbouwleerlingen havo en vwo en vmbo-leerlingen– van alle schooltypen – zouden kennis moeten kunnen maken met die prachtige oude verhalen (zie ook de initiatieven Klassiekersindeklas.nl en Literatuur voor beginners). Marita Mathijsen heeft het in een gloedvol betoog op Neerlandistiek al kort en bondig duidelijk gemaakt, dat (goede) literatuur gaat over universele thema’s uit een mensenleven, zoals jaloezie, macht, liefde. Die zijn dus voor iedereen relevant en interessant.
Heb je suggesties voor aansprekende historische literatuurfragmenten, zet ze hieronder in het opmerkingenveld. Zou je met anderen in een online overleg van gedachten willen wisselen over dit idee, stuur dan een mail naar r.de.bonth@hotmail.com.
Jan Uyttendaele zegt
Overtuigend pleidooi! In de benadering van historische teksten in het voortgezet onderwijs moet volgens mij altijd sprake zijn van zowel historisering als van actualisering. Voor een toelichting bij deze begrippen en de uitwerking ervan verwijs ik naar mijn artikel op de leermiddelenwebsite van het Vlaamse Ministerie van Onderwijs: https://www.klascement.net/artikels/67899/middelnederlandse-literatuur-in-het-secundair-onderwijs/ Op dezelfde leermiddelenwebsite kan men ook mijn lessuggesties vinden bij belangrijke canonteksten uit onze Middelnederlandse literatuur, zoals Beatrijs, Van den Vos Reynaerde, Karel ende Elegast enz., waarin ik geprobeerd heb om de didactische principes die ik verdedig in het artikel in de praktijk van het literatuuronderwijs toe te passen. Ik ben ook graag bereid om over de keuze van teksten en fragmenten en van lezersgerichte werkvormen van gedachten te wisselen
Roland de Bonth zegt
Dank de link naar je bijdrage op Klascement, een website die bij docenten Nederlands uit Nederland waarschijnlijk niet zo bekend is (zie ook: https://neerlandistiek.nl/2017/03/websitetip-klascement/#more-12680). Het unieke van de pratenover-websites is juist de lezersgerichte aanpak. Bij historische letterkunde zou je dan kunnen spreken van actualiseren. Hoewel ik me realiseer dat een zekere mate van historiseren juist bij oudere letterkunde noodzakelijk is, zou ik voor een website pratenoverhistorischeletterkunde toch meer de focus leggen bij de lezer. Goed gekozen fragmenten kunnen ook het verschil met het heden duidelijk maken en daarmee kun je ingaan op de historische context.
jokebrasserJoke zegt
Hoi Jan, Ik ga me eens aanmelden bij Klascement om je lessuggesties bij de klassiekers te bekijken. Ik verzamel lessugessties voor de onderbouw op klassiekersindeklas.nl. Hartelijke groet, Joke
Joop Veld zegt
Ik vind het een heel goed en inspirerend idee. Ik zou de volgende suggesties willen doen (in willekeurige volgorde): (1) Vondels Jeptha of Offergelofte. Ook hier kan de vraag geteld worden: wat zou jij doen in zo’n situatie?; (2) Het boek van Sidrac. Via de vragen die daarin gesteld worden, kunnen leerlingen kennis maken met de middelnederlandse artesliteratuur en – na onderzoek – kunnen zij de antwoorden van toen vergelijken met de antwoorden die de moderne wetenschap op de gestelde vragen geeft. Ik meen dat er in 2006 nog een moderne editie van het Boek van Sidrac is verschenen; (3) De Max Havelaar. Stof te over om de uitbuiting van de Indische bevolking van toen te vergelijken met allerlei misstanden op het gebied van mensenrechten nu; (4) Het verhaal ‘De oude kennis’ uit de Camera Obscura over mr. H.J. Bruis die bij een onaangekondigd bezoek aan zijn oude studievriend dr. Deluw op alle mogelijke manieren pech heeft.