Oh, kind te zijn en op een mooie ochtend te mogen duiken in een zee van kennis. Er is zoveel dat je nog niet weet, zoveel dat interessant is, er zijn zoveel verhalen om naar te luisteren, de wereld is zo groot en wijds en als een leraar je aan de hand neemt valt er overal wel wat moois te zien. Zelfs het kleinste blijkt de moeite waard als je erover nadenkt. De letters van het alfabet, bijvoorbeeld. Waarom zijn het er 26, en waarom hebben ze de vorm die ze hebben? En hoe schrijven ze elders op de wereld en wat voor andere manieren (morsecode, handgebaren) zijn er zoal om letters weer te geven?
Gelukkig is er nu Het dikke alfabetboek van Frank Landsbergen – een boek waardoor je je vanzelf weer jong kunt voelen, ook als je nog der dagen zat was toen je het uit de winkel haalde. Het is lang geleden dat ik een boek heb gelezen waarin het plezier van kennis – kennis om de kennis – zo werd gevierd als in dit boek.
Landsbergen is een gepromoveerd neerlandicus, hij werkt als computertaalkundige bij het Instituut voor de Nederlandse Taal en hij is illustrator en animator. Al die talenten zet hij in in dit boek, dat daarmee helemaal zijn eigen boek is: tekeningen en tekst zijn één, wat natuurlijk heel prettig is in een boek dat gaat over de vorm van letters. Het plezier spat sowieso van dit boek af, plezier in kennis, in kennis overdragen, in boeken maken en lezen.
Er staat nergens op het boek dat het een boek is voor kinderen, dat is ook al zo fijn, al lijkt het me geschikt voor kinderen vanaf een jaar of 12, en dus ook voor mij die me een taalwetenschapper van middelbare leeftijd mag noemen. Er zijn soms heel goede kinderboeken die je doen verlangen dat je zelf weer kind zou kunnen zijn om het allemaal te lezen. Dat zijn boeken die, hoe goed ze ook zijn, eigenlijk toch een beetje op de hurken gaan zitten. Dit is een boek dat iets veel beters doet: het laat je delen in de kinderlijke opgetogenheid van de schrijver die over zijn onderwerp alles weet op een meer dan volwassen niveau.
Van alles wordt erin behandeld: de Fenicische wortels van ons eigen alfabet, het karaktersysteem van het Chinees en het ingenieuze schrift van het Koreaans, zo’n beetje alle andere belangrijke schriftsystemen van over de hele wereld, inclusief die van kunsttalen zoals van Tolkien, de vraag hoe het komt dat ei en ij hetzelfde klinken, pictogrammen, emoji, het verschil tussen Times New Roman en Helvetica, het feit dat Finse kinderen niet meer aan elkaar leren schrijven omdat de Finnen het belangrijker vinden dat ze leren typen, enzovoort. Het is een verhaal dat je verstomd doet staan over al die interessante weetjes – terwijl het je tegelijkertijd almaar verder sleept, een grootser verhaal in.
Het boek is een uitgave van Lannoo, die eerder onder andere de fraaie Atlas van de Nederlandse Taal uitbracht en een Vloekenboek en zich met deze uitgave definitief mag benoemen tot de aanstekelijkste uitgever van taalboeken in het Nederlandse taalgebied.
Full disclosure: Ik ken Frank Landsbergen. Ik vind hem een aardige man.
Frank Landsbergen. Het dikke alfabetboek.Over spijkerschrift, morsecode en katakana, emoji nog veel meer. Lannoo, 2021. Bestelinformatie bij de uitgever.
Weia Reinboud zegt
De uitgever zegt: Non-fictie kinderboeken (< 12 jaar)…