Augustusoverwegingen over ons vak (15)
Deze week van augustusoverwegingen over het onderwijs wil ik afsluiten met een vorm van onderwijs die nog nauwelijks bestaat: het gratis onderwijs voor iedereen die het wil volgen, op ieder moment. In een ideale wereld (of, nou ja, in een op bepaalde aspecten geïdealiseerde vorm van onze huidige wereld) zou iedereen op ieder moment alles in eigen tempo kunnen inhalen wat ik de afgelopen dagen heb geschetst, en zij op de een of andere manier heeft gemist.
Er zou, kortom, online een cursusprogramma online staan vanaf groep 3 van de basisschool tot en met de master neerlandistiek, inclusief een lijn voor anderstaligen van ‘Goedemorgen, ik ben Piet’ tot diezelfde master.
Nieuwe dingen
Ik bedoel daarbij geen wetenschapscommunicatie, zoals hier op Neerlandistiek gebeurt. Daarover meer aanstaande maandag. Ik bedoel onderwijs. Dat wordt hier nauwelijks gegeven: je leest op deze website actualiteiten over het onderzoek, over het algemeen in hapklare brokken, en soms een serie zoals je nu aan het lezen bent. Maar dat alles is geen onderwijs. Onderwijs is systematischer, tijdens onderwijs leer je het jargon waarvan wetenschapscommunicatoren weten dat ze het moeten mijden, onderwijs bestaat uit meer dan een verzameling informatie, maar ook uit de uitwisseling van vragen en antwoorden tussen docent en leerling, uit allerlei soorten toetsen, enzovoort. Wetenschapscommunicatie is altijd vrijblijvender, op de manier waarop journalistiek vrijblijvender is.
Wetenschapscommunicatie vertelt je iets, waarna je over kunt tot de orde van de dag, terwijl onderwijs altijd gebaseerd is op bouwen: het bouwt voort op wat je weet en legt de basis voor nieuwe dingen die je zou kunnen leren.
Kans
Goed, en zulk onderwijs is er dus nauwelijks. Er bestaat in Groningen een beginnerscursus Dutch for beginners en daarmee is het eigenlijk wel gezegd. (Bij het afscheid van Frank Willaerts in Antwerpen maakten collega’s een MOOC Middelnederlands, maar die vormt geen onderwijs in de hierboven bedoelde vorm; ik maakte zelf een Engelstalige inleiding taalwetenschap, die ik beschouw als een hoogtepunt in mijn bescheiden oeuvre, maar niet gerekend kan worden tot de neerlandistiek. Op het niveau van het middelbaar onderwijs zijn er de filmpjes van Arnoud Kuijpers en Vlogboek, maar die vormen nauwelijks een systematisch programma, net zo min als het vele materiaal op de Drive van de Facebookgroep Leraar Nederlands, dat ook meer gericht is op leraren die materiaal zoeken dan op leerlingen die zelf iets willen leren.
De urgentie lijkt me hier ook het meest te liggen bij het hoger onderwijs, zoals er van oudher ook altijd volksuniversiteiten waren en geen volkslycea: plaatsen op het internet waar systematisch materiaal wordt aangeboden waarmee iemand die dat wil kennis kan nemen van het soort onderwijs dat je ook op de universiteit kunt doen. Niet omdat ik denk dat zulk onderwijs overbodig is, want als de afgelopen anderhalf jaar ons iets geleerd hebben is dat fysieke colleges niet vervangen kunnen worden, maar wel omdat iedereen in ieder geval de kans geboden moet worden om op dat niveau te komen. Ik denk trouwens ook dat zulk online-materiaal wel wervend kan werken voor de bestaande cursussen.
Diploma
Iedere neerlandicus klaagt weleens over het gebrek aan rudimentaire kennis over taal en literatuur bij zelfs de spraakmakende gemeente. Zulke klachten hebben weinig betekenis als we zelf die rudimentaire kennis niet ergens aanbieden.
Er zweven ook wel ideeën in de lucht, bijvoorbeeld om een podcast te maken met hoorcolleges, of een YouTube-kanaal met de thuis opgenomen versies van die hoorcolleges, maar ook om online-versies te maken van leerboeken zoals we die gebruiken.
Het probleem bij dit alles is dat niemand er tijd voor heeft. Ik ook niet. Terwijl het feitelijk wel een cruciale taak is voor iedereen die in het hoger onderwijs werkt: hoger onderwijs voor iedereen die dat wil, wat iets anders betekent dan een diploma voor iedereen.
maanantai zegt
Kan Dhr van Oostendorp geen boek uitgeven bij DasMag? Iedereen Gratis Geld, Iedereen een boek en dus belezen, als goede herder moeten dit soort kreten wel heel verslavend zijn.
Berthold van Maris zegt
Wat doe je in zo’n programma van neerlandistiek “van de wieg tot het graf” met mensen die hun interesse in de Nederlande literatuur zouden willen combineren met een bredere interesse in literatuur, geschiedenis en kunst? Of die hun interesse in de Nederlandse taal willen combineren met een veel bredere interesse in taal cq interesse in een aantal andere talen?