De gewone dingen
Als in de dag de schaduwen verflauwen
Omdat het stil geworden licht vermoeid
Begint te raken, keert het zelfvertrouwen
Der dingen weer die hier zijn vastgegroeid:
De tafel met zijn hartelijk gezicht,
En het buffet dat zich voornaam gaat voelen,
De boekenkast die zich heeft opgericht,
De kachel – een pygmee – en de zes stoelen.
Voorzichtig zien zij om zich heen, en schuchter,
Met hun figuur verlegen en vereerd,
Breekt hun gefluister door, en soms ontvlucht er
Een lach die zich te halverwege keert.
En hun onzekere gebaren in
De lege op hun toegeschoven nacht
Verwaaien her en der en zonder zin,
Zo doelloos als zij werden voortgebracht,
En hun verhalen hebben geen begin….
(1942)
Nes Tergast (1896-1974)
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail.
klotzchrist zegt
Ik vind deze bezieling van de wereld der dingen erg mooi. Dit opent een ruimte voor hun verheffing in de sfeer van de mythe.