Zoals bijna iedereen vond ik 2021 een afschuwelijk jaar. Er was de pandemie, er waren ziekte en dood die nóg meer dan in andere jaren rondwaarden en die alles bedierven.
En er was wat die pandemie met mensen deed, met de onderlinge verhoudingen. Overal zag je dat misverstanden vergroot werden, dat de communicatie mislukte. Ik ken eigenlijk geen organisatie waar de dingen niet inmiddels minder lekker gaan dan twee jaar geleden.
Het was voor mij persoonlijk het jaar waarin iemand die ik respecteerde, mij vertelde dat alles wat ik voor Neerlandistiek doe, eigenlijk niet telt. Technisch: dat het allemaal samen gelijk staat aan één publicatie. Dat is belangrijk in deze kwantificerende tijden. en geldt voor mijn redactiewerk als de stukjes die ik schrijf. Ze kunnen niet individueel worden geteld – dat zou oneerlijk zijn tegenover bepaalde collega’s die slechts twee keer per jaar een gastcolumn schrijven, wil ik soms beweren dat wat ik doe 100 keer meer waard is? – en dus tellen ze maar als een bijna verwaarloosbaar aandeel, vrijwel onzichtbaar in de statistieken.
Die persoon die ik respecteer, heeft bovendien ook nog wat in de melk te brokken.
Binnen de lijntjes kleuren
Het werd voor mij bovendien het jaar waarin, hoewel iedereen het heeft over nieuwe, minder kwantitatieve vormen van ‘erkennen en waarderen’ duidelijk werd hoe belangrijk die statistieken zijn. Het was het jaar waarin duidelijk werd hoe de mensen die braaf binnen de lijntjes kleuren, en geen bizarre dingen doen als een elektronisch tijdschrift onderhouden dat op geen enkele manier past binnen welk rekenmodel ook, dat door geen visitatiecommissie wordt opgemerkt en alleen wordt gelezen door mensen die niet voortdurend druk zijn met scoren – dat zulke mensen makkelijk geraakt kunnen worden.
Hoe ik mezelf dus kwetsbaar gemaakt heb door zoveel tijd te steken in een project waarom niemand heeft gevraagd, waarvoor niemand betaalt en waarin vrijwel niemand investeert. De stekker kan er gemakkelijk uit worden getrokken: waarom ga ik niet aan het werk?
En dat bovendien te doen door dingen te zeggen waar niet iedereen het al tevoren mee eens is. En laten we eerlijk zijn, door soms een beetje te sarren – iets wat sowieso niet iedereen leuk vindt, zelfs niet als het mensen betreft die ze zelf niet aardig vinden. Veel mensen houden niet van sarren, en wie weet hebben ze daar nog gelijk in ook.
Angst
Er is anderzijds al langere tijd een ontwikkeling gaande die de academie wegtrekt van wat mij ooit in haar aantrok: de voortdurende intellectuele discussie, de grote zoektocht naar hoe het eigenlijk zit, de acceptatie van de gedachte dat we die zoektocht niet kunnen binden aan allerlei externe eisen en kwalificaties, omdat we simpelweg niet weten waar de waarheid zich bevindt, of op welke manier we haar kunnen vinden. In plaats daarvan wordt het academische werk er steeds meer een van ‘professioneel’ de regels volgen, zien steeds meer collega’s hun werk als een baan, studenten hun studie als een stapje op weg naar een baan.
Die mensen hebben daar vast allemaal goede redenen voor, en onder de professionelen die ieder jaar hun lijstjes afvinken zitten aardige mensen. Maar mij is nu duidelijk gemaakt dat ik me meer zorgen had moeten maken over mijn plaats op de ranglijstjes. Had ik meer gevechten binnen de muren van de academie moeten vechten dan me naar buiten te keren en te proberen met de buitenwereld in contact te komen vanuit de ivoren toren.
Trollen
Ik maak me dus zorgen, hier onder de kerstboom. Niet voor mezelf, ik overleef het wel, maar voor het academische klimaat. Er is het afgelopen jaar af en toe gediscusieerd over het enorme gevaar dat de anderhalve student die zich als woke afficheert zou opleveren. Maar het verontrustendste dat wat mij betreft uit die discussies kwam was dat er werd gemeld dat er allerlei docenten zouden zijn die meningen zouden hebben, bijvoorbeeld over dat woke, maar deze uit angst voor hun baan niet naar voren zouden durven brengen.
Dat er mensen zijn die aan een universiteit werken maar liever hun mond houden over wat zij als de waarheid zien, vind ik afschuwelijk. Zo iemand wil ik niet zijn, ik wil eigenlijk niet dat dit geaccepteerd gedrag is, in het geniep smiespelen maar niets openlijk zeggen, want ja, de baan. Als zelfs universitair medewerkers al hun baan stellen boven de waarheid, wie blijft er dan nog over? Moeten onze banen niet sowieso gevuld worden door mensen die wel de waarheid zeggen?
Uit dit alles volgt alleen natuurlijk niet dat wat ik doe dan wél de juiste manier is. Het is daarvoor misschien te eigenzinnig, te weinig open voor correctie. Ik heb mijzelf de baas gemaakt over dit domein, en ik jaag af en toe mensen van mijn erf omdat ik vind dat ze de boel bederven. Maar hoe houd ik werkelijk trollen en mij terecht tegenspreken uit elkaar?
Vooruit
DIt zijn allemaal zwarte gedachten waar ik mee worstel. Gelukkig kan ik mezelf nog voorhouden dat ze té zwart zijn (of misschien is het wel niet ‘gelukkig’ en kan ik mezelf alleen goed voor de gek houden). Er zijn nog heel veel, heel academici met een menselijk gezicht, mensen die anderen helpen, die graag willen dat de dingen lukken en niet mislukken. Die gezamenlijk achter de waarheid willen komen en niet alleen een goed betaalde baan willen. Aan de Radboud Universiteit waar ik werk is iedereen die ik tegenkom nog geïnteresseerd in discussie én in de mens. Er is een beweging gaande om de sfeer aan de academie weer wat opener te maken, wat minder gericht op scoren.
En bovenal ben ik in mijn zwakke momenten eerlijk gezegd best trots op Neerlandistiek, een tijdschrift zoals geen enkel ander vak heeft en waarin we de sfeer van echte interesse en echte discussie nog in leven kunnen houden. Waar we het afgelopen jaar toch echt dingen hebben gepubliceerd die belangrijk zijn, die de maatschappelijke discussie maar soms ook de wetenschappelijke discussie vooruit helpen.Waar volgend jaar een heuse studentenredactie aantreedt: er is écht nog hoop voor de toekomst.
Jan-Willem Swane zegt
Wat een droevig (en begrijpelijk) verhaal.
Als geïnteresseerde leek ben ik erg blij met Neerlandistiek. Haar voortbestaan is me ook wat waard.
Jona Lendering zegt
De constateringen zijn stuk voor stuk correct of minimaal herkenbaar. En dat is tegelijk het echte probleem: dat stukken als dit al dertig, vijfendertig jaar worden geschreven en daardoor op de boven ons gestelden geen enkele indruk meer maken. Vanuit hun perspectief gaat het immers prima.
Ik denk dat het eigenlijke vraag is: waarom verbetert er niets? Of, iets genuanceerder: waarom staat er tegenover elke verbetering een batterij verslechteringen?
Voor mijzelf sprekend: ik heb lang gemeend dat het informeren van mensen, dat dat goed was. Dat is het ook. Maar als het niet leidt tot verbetering, komt de vraag op of ik niet mijn energie aan het verspillen ben. Het vervelende is dat ik geen idee heb op welke manier ik mijn energie zó kan richten dat er wel iets verbetert.
Helge Bonset zegt
Mooi stuk, dat terechte zorgen benoemt. Ik voeg er graag aan toe dat ik Neerlandistiek een waardevol medium vind. Knap hoe je iedere dag weer een aflevering weet te verzorgen!
Berthold van Maris zegt
“Zoals bijna iedereen”? Waar baseer je dat op? Voor mij en velen met mij was 2021 een prima jaar. Ik hoop dat 2022 net zo goed wordt.
Berthold van Maris zegt
Voor wie deze tijden als moeilijk ervaart heb ik deze leestip: Justus Lipsius – De constantia in plublicis malis (Over standvastigheid in tijden van rampspoed).
Gert de Jager zegt
Alleen al vanwege Neerlandistiek vond ik 2021 geen afschuwelijk jaar. Het vervult bij uitstek de maatschappelijke functie van de neerlandistiek en dat is niet het najagen van een kennisideaal, maar cultuuroverdracht. Kennis vormt daar een onderdeel van. Neerlandistiek moet als de wiedeweerga ingebed worden in de instituties en mijnheer Van Oostendorp moet een lintje krijgen of iets wat echt belangrijk is. Kom op, dames en heren!
erik+harteveld zegt
Ik vind dat Neerlandistiek veel statuur heeft.
Dat geldt dus ook voor Van Oostendorp.
Robert Kruzdlo zegt
Ik moest denken aan J.J.Voskuil, soap voor intellectuelen’ en de ‘Voskuilgekte’. Meestal is er maar een oplossing voor het zwart denken: een dik boek over schrijven. De eerlijkheid siert je heer van Oostendorp. Het Machiavellisme zit in ieders bloed behalve zij die eigenbelang schuwen.
“Maar hoe houd ik werkelijk trollen en mij terecht tegenspreken uit elkaar?”
Antwoord: Macht, en mensen bijeen brengen die je werkelijk intellectueel steunen.
Macht leer je niet, dat zit in de genen. Gelijkwaardige mensen, die niet alleen willen scoren, om je heen vormen komt ook niet uit de hemel vallen. Er is voor 2022 maar een antwoord mogelijk: waar zitten die zwarte gedachten in je hoofd¿
Neerlandistiek is niet zwart-witdenken. Daarom, ga door met dit werk.
Een goed 2022
Jaap Goedegebuure zegt
Vandaag vroeg Coen Peppelenbos op Tzum naar aanleiding van dit stuk om een hoeraatje voor Marc van Oostendorp. Die oproep steun ik graag. Daarom bij deze: Hoera Hoera Hoera!!! En dat neerlandistiek.nl nog maar lang mag leven!!!
Robbert-Jan Henkes zegt
Kop op Marc. En niet zo zelfbewust! Of wou je soms dingen schrijven waarmee iedereen het eens is en tegelijkertijd academia redden? Ik heb zo’n zwart vermoeden dat die dingen elkaar uitsluiten… Ik lees Neerlandistiek net pas, een paar maanden, dus ik heb nog veel verleden spul in te halen, wat ik met plezier doe. En leuk om elke dag iets nieuws voor de neus te krijgen. Overigens worstelen vertalers ook veel met kwesties aangaande de Nederlands, je zou de krachten eens moeten bundelen. Kijk op de filtersite bv, er staat net een dossier over herhalingen waarvan ik best een paar stukken zie staan (in mijn geestesoog dan) op Neerlandistiek. Reacties pakken geen urls, dus het is tijdschrift-filter punt nl schrapstreep webfilter schrapstreep dossier en dan maar klikken.
Iris Pronk zegt
Ik begin de dag vaak met het lezen van neerlandistiek.nl. Wat een leuke artikelen: toegankelijk, aantrekkelijk gepresenteerd, vaak heel actueel. #Metoo & Saartje Burgerhart, de precaire relatie tussen influencers en hun volgers (beschouwd vanuit de argumentatietheorie): de verhalen laten zien hoe relevant neerlandistiek kan zijn. De Radboud Unviversiteit mag trots zijn op zo’n prikkelende site, in een tijd waarin de Nederlandse taal- en letterkunde onder druk staan.
Marten van der Meulen zegt
Ik vind Neerlandistiek een groot goed, en ik vind het ontzettend vervelend te horen dat je dit jaar zo hebt ervaren Marc. Maar ik worstel enorm met je (herhaalde) opmerking/vraag “Moeten onze banen niet sowieso gevuld worden door mensen die wel de waarheid zeggen?”. Academia stikt van de mensen die leven van tijdelijke contracten, die daarmee afhankelijk zijn van leidinggevenden. Lever je kritiek, dan vlieg je er misschien niet direct uit, maar dan word je misschien niet nog eens gevraagd. Voor jou immers tien anderen. Daar sta je dan: je hebt fijn de waarheid gezegd, maar je moet de bijstand in. Misschien ben je alleenstaand, met een kind, en een torenhoge huur. Ik vind het doodnormaal dat je er dan voor kiest anoniem te klagen, dat je baanzekerheid verkiest boven de drang om je mening uit te venten. Het zou getuigen van een volstrekt gebrek aan empathie en solidariteit om mensen om die keuze te bekritiseren. Zij zijn niet de schuldige hier, dat is het systeem.
Maar misschien bedoel je met ‘onze banen’ de mensen die een vast contract hebben. In dat geval ben ik het grondig met je eens. Ja, die mensen moeten zoveel mogelijk de waarheid zeggen, over hoe ze voelen over woke, maar ook over oneerlijke behandeling, slechte arbeidsvoorwaarden en wat al niet. Ze moeten dat zelfs extra doen omdat zij moeten opkomen voor hun minderbedeelde collega’s, die misschien de waarheid wel wíllen zeggen, maar dat niet durven, want ‘ja, hun baan’. Je kunt er smalend over doen, maar sommige mensen hebben hun baan gewoon hartstikke hard nodig.
Marc van Oostendorp zegt
Laat ik het zo zeggen: carrièretechnisch is het volgens jouw redenering onverstandig dat jij dit commentaar hebt geschreven, want misschien kom je me nog eens tegen bij een sollicitatie. Maar voor mij werkt het niet zo: ik vind het een plus dat je je uitspreekt, ook al ben ik het niet met je eens, want alleen zo komen we verder. Als er twee vergelijkbare kandidaten zijn, waarvan één mij tegenspreekt en de ander er het hare van denkt om de lieve vrede te bewaren, neem ik de tegenspreekster.
Als mensen zich financieel-economisch met huid en haar uitleveren aan het systeem, en er daarom maar het zwijgen toe doen, zullen ze dat systeem nooit veranderen. Dit ondersteunen creëert een selectiemechanisme waarmee alleen de braafste van die tijdelijke medewerkers uiteindelijk een baan vinden. En die hebben net zo goed hun hele leven in eigen ogen goede redenen (hypotheek, de studie van de kinderen, op een bepaald moment word je echt te oud om van baan te veranderen) om hun mond te houden. Het is altijd verstandiger er het zwijgen toe te doen en daarom verandert er nooit iets.
Je moet kortom niet bij mij zijn met klachten als ik mensen opstook om hun mond open te doen (ik doe dat aantoonbaar al 30 jaar, in wat voor positie ook), maar bij degenen die stimuleren dat iedereen braaf zijn werk blijft doen. Het is een beetje alsof je Marx en Engels gebrek aan empathie met de proletariërs verwijt omdat ze opriepen ‘verenigt u!’ terwijl die proletariërs aller landen liever thuis een pijpje wilden smoken.
Berthold van Maris zegt
Een mogelijke oplossing is: freelance onderzoeker en freelance publicist worden. Allicht zal dat financiele gevolgen hebben, maar je hebt dan wel de vrijheid die je wilt hebben.
Marc van Oostendorp zegt
Daar heb je gelijk in. Het lijkt mij alleen zo eenzaam, dat weegt voor mij misschien wel zwaarder dan de financiële consequenties, die er ongetwijfeld ook zouden zijn: ik werk ondanks alles graag samen.
Robert Kruzdlo zegt
Het innerlijk conflict -de negatieve gedachten- waarmee elk mens in meerdere of mindere mate worstelt tussen het nastreven van eigen belang en altruïsme, het brengen van offers voor de gemeenschap, kun je bestuderen op allerlei manieren. Zelfs als groepsdier. Zelfs tussendoor als eenzame schrijver. Het een sluit het ander niet uit. Ik denk dat je je weg nog moet vinden. Eenzaamheid kan ook helpen. Al deze emoties, gevoelens, bepalen je gedrag. Toch zou ik er eens een boek over willen lezen: De vrijheid op het instituut.
Lieke van Boven zegt
De dagelijkse (!) aflevering van Neerlandistiek is voor mij elke dag een lichtpuntje in een niet zozeer afschuwelijke maar wel nogal saaie tijd. Ik lees de stukken met veel plezier en niet zelden zend ik de gedichten van de dag door naar anderen, om ook hun dagen een beetje te verlichten. Volgend jaar een studenten redactie? Dat is helemaal geweldig.
Lang leve Neerlandistiek en Hoera voor Marc van Oostendorp.
Greet Stevens zegt
Neerlandistiek is een fantastisch project. Het biedt een erg toegankelijk en gevarieerd forum aan een zeer ruim publiek van geïnteresseerden, al dan niet universitair geschoold. Volhouden dus!
Marcel Meijer Hof zegt
Zeer Weledel Hooggeleerde !
U slaat de spijker op de daartoe bedoelde kop: Binnen de lijntjes kleuren is de dood in de pot voor het creatieve en kleurrijke leven. Mij lukte dat al nooit, zodat n’importe welke loopbaan mij bespaard bleef en ik ook niet, sluipenderwijs, geketend werd door geld of goederen. Ter geruststelling; mijn hypotheek is afgedekt.
De doel een beetje opschudden kan nooit kwaad wanneer wij te maken hebben met volwassen mensen. De ramen openzetten is, opnieuw, gezond en heilzaam gebleken. Daarbij, U bent een bezem gezegend met brede kennis en kunde, met veel ervaring en verfijnde humor – alleen al dat laatste rechtvaardigt reeds een menselijk bestaan.
Bijna al Uw artikelen lees ik met veel genoegen, en Neerlandistiek in het geheel draagt soms op onverwachte wijze bij aan mijn algemene ontwikkeling. Mijn dank, mijn dank, mijn Grote Dank.
Een goede start in een blijmoedig en standvastig Nieuw Jaar.
P.S.
Uw zorgen om het academisch klimaat deel ik al sinds de tijden van Minister Deetman.
bettyminds zegt
Ik word elke dag opnieuw blij van Neerlandistiek en met name van de stukjes van Marc van Oostendorp. Niet ophouden alstublieft!
ChrisBernasco zegt
Als leek (neerlandicus afgestudeerd in 1989, werkzaam als tekstschrijver) lees ik Neerlandistiek bijna dagelijks. Het online magazine biedt het interessante stukken over taal en literatuur die ik niet zou willen missen.
Louise Cornelis zegt
Ik ben gepromoveerd, ben af en toe nog een beetje bij de universiteit betrokken als inval-docent en werk verder als eigen baas die veel vakkennis nodig heeft. Zodoende wil ik graag op de hoogte blijven van wat er in het vak en op de universiteit gebeurt. Dat is in deze tijd nog lastiger dan anders – ik keek bijvoorbeeld uit naar het VIOT-congres in januari, maar dat is geannuleerd. Neerlandistiek.nl in het algemeen en de bijdragen van Marc in het bijzonder voorzien daarom voor mij in een behoefte. Als nou iets ‘valorisatie’ is, is dit het wel.
Enne – ik denk ook al lang dat de universiteiten de mensen met de meeste ‘ballen’ (m/v/x) wegjagen uit hun gelederen. Je bent al gauw te kritisch, creatief, ondernemend en/of empathisch om in die omgeving gelukkig te kunnen worden. Helaas. Gelukkig is er ook leven buiten de universiteit.
Louise
Hubert Meeus zegt
Beste Marc,
‘de mensen die braaf binnen de lijntjes kleuren, en geen bizarre dingen doen’ horen thuis in de ivoren toren en zorgen ervoor dat er aan de universiteit een boekhoudersmentaliteit heerst, die op langere termijn alleen maar nefast kan zijn voor het voortbestaan van een Letterenfaculteit.
Je mag blij en trots zijn dat jij daar niet toe behoort. Ook al wordt Neerlandistiek.nl niet geëxcerpeerd in het Web of Science het is veel belangrijker voor het voortbestaan van de Neerlandistiek dan menig (Engelstalig) A1-artikel.
Gert Rijlaarsdam zegt
Marc, misschien dat de door jou zo gerespecteerde hoger geplaatste het goed met je voor heeft, en met de Neerlandistiek en met het shcoolvak Nederlands enzovoorts. Dan gaan we ervanuit dat de zo gerespecteerde hoger geplaatste zelf ook wel een beetje in de (zijn.haar) maag zit met hoe het turflijstje voor jou uitpakt.
Dan bieden we hier de oplossing. Zoals de filosofen een hoogleraar filosofie in het publieke domein /publieksfilosoof benoemen – Marli Huijer – stelt je gerespecteerde hogergeplaatste een leerstoel Neerlandistiek in het publieke domein in. Uit eigen faculteitsfinancien, want zoveel meer kost het niet. Als de gerespecteerde hogergeplaatste een beetje schraperig is, wat niet de aard is van jouw universiteit, is er de mogelijkheid om financien te regelen bij het Dekanenproject Geesteswetenschappen Vooruit! (daar is veel geld wordt gezegd), de Taalunie , Onze Taal, Levende Talen Nederlands. Dat houdt de boel natuurlijk flink op, dus die suggestie houden we achter de hand.