Verwarwoordenboek vervolg (251)
In het Verwarwoordenboek zijn 600 woordparen behandeld met vaak onduidelijke verschillen: afgunst-jaloezie, bloot-naakt, geliefd-populair, plaats-plek, enz. Nog steeds worden woordparen aangedragen met het verzoek om ook die te behandelen. Vandaar deze wekelijkse rubriek. De aanvullingen worden ook opgenomen in de digitale versie van het Verwarwoordenboek op www.schrijfwijzer.nl.
Wilt u ook een ‘verwarpaar’ behandeld zien? Plaats dan een reactie onder deze rubriek. Kijkt u dan wel even op de website om te zien of de woorden al zijn opgenomen.
duo / tandem
De figuurlijke betekenis van tandem suggereert net iets meer dan duo.
duo twee personen die elkaar aanvullen, twee zaken die bij elkaar horen, ‘met een ander’ (in samenstelling)
- Zij vormen een heel goed duo bij het tennis dubbelspel.
- Wij geven vijf keer een duo kaarten weg aan degenen die het antwoord weten.
- Ik heb een duobaan met een collega die twee dagen werkt.
tandem fiets voor twee personen, duo met ‘synergie’
- Vrijwilligers gevraagd voor tandemfietstochten met blinden.
- Het tandem van directeur en intern begeleider kan een nieuwe samenwerking tot stand brengen.
Een duo is net iets meer dan een tweetal. Een tweetal ziet alleen op het aantal, bij een duo gaat het om bij elkaar horen of elkaar aanvullen. Een duo heeft betrekking op personen of zaken. Op een muziekavond kun je een pianoduo horen en daarna een duo voor gitaar en contrabas. Toch biedt de muziek ook een uitzondering. Zodra het de zangstem betreft, heet het een duet.
Waarom hebben we in onze taal behoefte aan de figuurlijke betekenis van tandem naast duo? Een mogelijke verklaring is de te algemene betekenis van duo. En dan past het beeld van de tweepersoons fiets goed bij een duo dat op een bijzondere manier samenwerkt. Immers, op de tandem (fiets) kun je met zijn tweeën een hogere snelheid bereiken dan ieder apart.
Bij een duo gaat het eerder om de taken, bij een tandem eerder om de meerwaarde. Een tandem is een bijzonder koppel en wekt de suggestie dat één-plus-één meer is dan twee.
En waarom spreken we dan toch van een cabaretduo en niet van een cabarettandem. Tja het cabaret kun je moeilijk zien als een taak. Trouwens, een duobaan zou je een tandembaan kunnen noemen, wanneer zo’n gezamenlijke baan extra resultaat oplevert. O ja, de tandem in de figuurlijke duo-plus-betekenis zie je ook vaak met het lidwoord het. Waarschijnlijk gebeurt dit onder invloed van ‘het duo’. Eens kijken of zo’n poging tot lidwoord-onderscheiding gaat lukken.
Afbeelding van Gonzolive via Pixabay.
Olax zegt
“Toch biedt de muziek ook een uitzondering. Zodra het de zangstem betreft, heet het een duet.”
Dat is niet waar. Een duet is een stuk met een hoofdrol voor twee stemmen; een stuk waarbij een duo de leiding neemt.
Mimi Vermeer zegt
Toch heb ik nog een ander gevoel bij duo t.o.v. tandem. Bij een duo gaat het m.I. om gelijkwaardige deelnemers. B.v. Twee mensen die ieder de helft van een voltijdse baan vervullen, regelmatig met elkaar overleggen, en verder zelfstandig hun taak uitoefenen. Op een tandem zitten twee personen van wie de voorste duidelijk de leiding heeft. De voorste kan en moet sturen, de achterste volgt, kan niet zelf remmen. Daarom is een tandem ook zo ideaal voor een begeleider van b.v. een blinde of iemand met andere beperkingen. Dat verschil in verantwoordelijkheid zit volgens mij niet in het begrip “duo”
Met vriendelijke groet,
Mimi Vermeer