• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Neerlandistiek. Online tijdschrift voor taal- en letterkunde

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Categorie
    • Neerlandistiek voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

Van Zeezicht kon ik een week stil leven

29 maart 2022 door Marc van Oostendorp Reageer

De dichtbundels van Nachoem M. Wijnberg lijken van alle dingen op de wereld die geen dichtbundels van Nachoem M. Wijnberg zijn misschien het meest op neurale netwerken. Netwerken waarin een aantal onderwerpen aan elkaar worden verboden – sommige sterker en andere minder sterk – zodat je als je aan het ene denkt voortaan ook aan het andere denkt. Als je zo’n bundel gelezen hebt, zijn je lezershersenen voor altijd veranderd, behalve (misschien) als je Nachoem M. Wijnberg zelf bent.

De bundels gaan altijd ergens over. In Namen noemen, Nachoems nieuwste, gaat het bijvoorbeeld over eigennamen, over het dichten en het dichterschap, over dromen, over Nederland en het Nederlands, en ongeveer alle mogelijke kruisverbanden tussen die onderwerpen. Sommige van die verbanden liggen voor de hand – dichten en dromen! – en worden daarom nauwelijks uitgewerkt.

Andere zijn misschien nooit eerder beschreven: het feit dat je als je toevallig de aanleg en de zin hebt om in het Nederlands te dichten, je ineens te maken krijgt met andere Nederlandse dichters. Je zit achter je bureau en schrijft wat op, maar als het uitgegeven wordt, heb je ineens met anderen te maken, een gemeenschap van mensen die genomineerd zijn voor dezelfde prijzen, met wie je vergeleken wordt, die je tegenkomt tijdens een optreden of op Facebook, die je zelf leest, die naar dezelfde supermarkt gaan. Je bent, zoals de literatuurwetenschappers zeggen, ineens lid van het literaire veld. Namen noemen brengt dat veld poëtisch in kaart en laat zien wat dat is, een neuraal netwerk:

Ik woon in de Dorpsstraat in het dorp,
waarin ook Hans Faverey woonde en Elisabeth Eybers,
en Faverey had ik kunnen zien winkelen en ook Elisabeth Eybers

die regels heeft zoals ‘Nog nooit só ver van mijn aanvang geweest.’

en ik denk, elke dag hier ben ik zo ver van het begin als ik ooit was
of bedoelt zij ook hier zo ver van wat zij nog weet hoe het was

dat zij met rust gelaten wordt?

Elisabeth Eybers is iemand die ook in Amsterdam woonde, werkte en winkelde, net als Wijnberg. Maar ze is óók iemand die een bepaalde dichtregel dichtte. En iemand die, anders dan Wijnberg, niet in Amsterdam geboren is. En dan is ze ook nog iemand met een naam met EY erin, net als Faverey. Die ook in Amsterdam woonde, maar daar ook niet geboren was. Het zijn allemaal feitjes op heel verschillende niveaus en zij zijn allemaal met elkaar verbonden, in ieder geval voor wie dit gedicht heeft gelezen.

De ik staat in het centrum van dit netwerkje: hij woont hoewel hij geen Weynberg heet niet alleen in het ‘dorp’ van die andere dichters, maar zelfs in de Dorpsstraat van dat dorp. Bovendien is hij daar in die Dorpsstraat ‘zo ver van het begin als hij ooit was’ – hij is er altijd geweest.

Eigennamen spelen in het werk van Wijnberg vaak een prominente rol, maar nog nooit thematiseerde hij ze zo als in deze bundel. Veel meer dan andere woorden (zelfs dan ik in een gedicht) suggereren ze een rechtstreekse relatie met iets in de realiteit. Namen zijn punaises die een tekst vastprikken op de werkelijkheid. Omdat je biografisch weet dat Wijnberg een Amsterdammer is en Eybers en Faverey dat ook waren, ga je ervan uit dat ‘het dorp’ een ironische verwijzing is naar Amsterdam. Daardoor wordt de eigennaam Dorpsstraat ineens metaforisch: er zijn heel veel Dorpsstraten in heel veel dorpen, maar ze zijn altijd de belangrijkste straat. In dit geval wordt van alles dat je als lezer weet over Eybers of Faverey daarmee ineens ook deel van het gedicht. (In een ander gedicht gaat het over Amsterdam., maar de meest voorkomende eigennaam is vermoedelijk Nederland.)

De ik is juist de enige die geen naam heeft, behalve in één gedicht, waarin hij door Tsead Bruinja wordt aangesproken als ‘Nachoem’. Wel heeft hij een vrouw die ‘Alessandra’ heet, klinkt zijn voornaam door in de titel (NAmen nOEMen) en kloppen er allerlei andere autobiografische details, maar andere misschien weer niet:

ik ben de dichter die enorme bedragen krijgt om een naam te bedenken
voor een huis in de bergen. Van Zeezicht
kon ik een week stil leven.

Een huis in de bergen dat Zeezicht heet – daar is dat woord geen beschrijving, maar enkel en alleen een manier om één individueel huis vast te pinnen. Als je geen namen hebt, heb je alleen nog beschrijvingen:

‘De jongen met de lippen,’

Maarten van der Graaff,

toen ik noch de boekhandelaar die bij mij kwam zitten wachten
zijn naam kon zeggen

en ik weet heel weinig over hem, maar in een paar gedichten
die ik van hem las noemt hij veel namen

Ik heb Maarten van der Graaff alleen op foto’s gezien, maar de beschrijving die Wijnberg verderop in het gedicht van zichzelf geeft is geloof ik treffender:

en als ik zo opgeroepen word zal het eerder zijn: ‘de jongen met de oren’,
(of de oude man met de oren, elk met een eigen wandelstok),

Er is een rijke taalfilosofische literatuur over het verschil tussen eigennamen en al dan niet unieke beschrijvingen. Die literatuur wordt hier in een paar regels samengevat.

Wat heb je nu aan zulke gedichten als je niet Nachoem M. Wijnberg bent? Je eigen neurale netwerken worden ermee verrijkt. Je gaat de wereld niet alleen anders zien, je wereld wordt ook een beetje anders, omdat er andere verbanden blijken te zijn dan waar je zelf aan had gedacht.

Delen:

  • Klik om af te drukken (Opent in een nieuw venster) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Opent in een nieuw venster) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Opent in een nieuw venster) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Opent in een nieuw venster) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Opent in een nieuw venster) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Opent in een nieuw venster) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel Tags: eigennamen, Nachoem M. Wijnberg, poëzie

Lees Interacties

Laat een reactie achterReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Gedicht van de dag

Tom Graftdijk • De electrische stoel (2)

er is altijd wel iemand
te vinden die naar je luistert
maar geen antwoord geeft een beetje
voor zich uit lacht

➔ Lees meer

Bekijk alle gedichten

  • Facebook
  • YouTube

Chris van Geel

Er is voortdurend wind, wind
door het dorre blad, dat afgewend, vergeten,
stijf hangt van kou.

Sneeuw knerpt onder mijn zolen,
wind drukt mijn jas, het skelet van dunne
besneeuwde bomen, van sneeuw op gras.

Bron: Uit de hoge boom geschreven, 1967

➔ Bekijk hier alle citaten

Agenda

6 februari 2026: Towards New Horizons of Scholarly Publishing

6 februari 2026: Towards New Horizons of Scholarly Publishing

17 december 2025

➔ Lees meer
28 december 2025: Zesde editie van Winterzinnen

28 december 2025: Zesde editie van Winterzinnen

16 december 2025

➔ Lees meer
14 januari – 6 maart 2026: Workshop Slimmer zoeken in Delpher

14 januari – 6 maart 2026: Workshop Slimmer zoeken in Delpher

10 december 2025

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle agendapunten

Neerlandici vandaag

geboortedag
1943 Jurjen van der Kooi
sterfdag
2023 Eva Essed-Fruin
➔ Neerlandicikalender

Media

Willem Otterspeer over Michaël Zeeman

Willem Otterspeer over Michaël Zeeman

21 december 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Historische klassiekers: Anna Bijns

Historische klassiekers: Anna Bijns

21 december 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Het verdwenen botje van Sint-Werenfridus

Het verdwenen botje van Sint-Werenfridus

18 december 2025 Door Redactie Neerlandistiek 2 Reacties

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle video’s en podcasts

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Inschrijven voor de Dagpost

Controleer je inbox of spammap om je abonnement te bevestigen.

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
 

Reacties laden....
 

    %d