Vacatures voor eerstegraadsdocent Nederlands (2)
“Overigens vind ik het ook heel leuk om in vacatures te lezen waar de sectie mee bezig is. Dát is iets wat mij overhaalt om te schrijven!” Deze reactie kregen we op het eerste artikel van onze serie over vacatures voor eerstegraadsdocenten Nederlands. Ook in berichten op sociale media kwam naar voren dat de visie op het vak een van de dingen is waar docenten benieuwd naar zijn. Uit onze inventarisatie zal blijken dat vrijwel geen enkele vacaturetekst aan deze behoefte tegemoetkomt.
Wij verdiepen ons in deze serie in de vraag wat scholen eigenlijk doen om hun vacatures aantrekkelijk te maken voor eerstegraadsdocenten Nederlands. In de vorige aflevering lag de focus op de transparantie over de salarisschaal (conclusie: de sollicitant tast in het duister). In dit tweede artikel richten we ons met een aangevuld vacaturecorpus op de vakdidactische visie en kijken we wederom naar de salarisschaal. Voor een school is het schetsen van de kijk op het vak Nederlands een uitgelezen kans om zich te profileren als een aantrekkelijk oord voor de gedreven docent. Deze visie van de school of sectie kan een potentiële sollicitant bij uitstek motiveren op een vacature te reageren.
Tweede set vacatures: brede werving
De vacatures uit onze eerste set (11 maart 2022) hebben we aangevuld met een tweede set. Daarvoor hebben we op 11 april 2022 alle vacatures voor docent Nederlands in het voortgezet onderwijs waarbij eerstegraads aangevinkt was, opgehaald van Meesterbaan. Dat waren er 67. Voor deze vacatures zijn we nagegaan of er expliciet voor het eerstegraadsgebied geworven werd. Ook hebben we enkele irrelevante vacatures verwijderd, bijvoorbeeld die van een instituut dat examentraining verzorgt en een die alleen over NT2-lessen gaat.
Hierna waren er nog 35 vacatures over. Dit grote verschil is met name te verklaren doordat veel scholen breed wierven voor het komende schooljaar: zij richtten zich zowel op eerste- als op tweedegraadsdocenten zonder daarbij een voorkeur kenbaar te maken. Wat deze scholen hiermee lijken te doen, is kijken welke docent ze kunnen aantrekken om vervolgens (is de docent bevoegd voor de bovenbouw?) intern met klassen te schuiven om de bezetting rond te krijgen.
Het merendeel van de vacatures uit de tweede set betrof een functie voor het komende schooljaar (30 vacatures; 86%). Bij de overige vacatures ging het om een functie per direct (3 vacatures; 9%) of binnen enkele weken tot maanden (1 vacature; 3%). Ook was er 1 vacature (3%) waarbij de startdatum in overleg vastgesteld zou worden. De oudste vacature van deze tweede set is geplaatst op 16 maart 2022 en de nieuwste op 11 april 2022. Drie provincies waren samen goed voor meer dan driekwart van de vacatures: Noord-Holland (12 vacatures; 34%), Zuid-Holland (12 vacatures; 34%) en Gelderland (4 vacatures; 11%). Van de steden sprongen Amsterdam en Den Haag er met respectievelijk 6 en 4 vacatures uit. 2 vacatures zijn uitgezet door particuliere scholen.
Doordat we de twee sets vacatures (11 maart en 11 april) samenvoegen tot een corpus van 72 vacatures, is het in theorie mogelijk dat een vacature voor dezelfde functie vaker voorkomt: als een vacature de eerste keer niet vervuld is, zou er later een nieuwe (al dan niet identieke) vacature op Meesterbaan geplaatst kunnen zijn. Wij tellen dergelijke gevallen gewoon mee: elke keer dat een vacature wordt geplaatst, beschouwen we als een afzonderlijke gelegenheid waarbij de wervende school zich presenteert. Oftewel: we kijken expliciet naar vacatures en niet naar functies.
Vakdidactische visie
Nieuw in deze aflevering van ons onderzoek is de inventarisatie van wat Rutte ‘de olifant in de kamer die het zicht belemmert’ heeft genoemd: visie. We zijn voor ons corpus nagegaan of uit de vacatures voor eerstegraadsdocenten Nederlands de visie op het vak te achterhalen is. We denken hierbij bijvoorbeeld aan de mate waarin het onderwijs op een lesmethode steunt, of de vakdomeinen geïntegreerd of verkaveld worden behandeld, wat er wordt gedaan aan leesbevordering, wat de rol en plaats is van literatuuronderwijs, of taalkunde deel uitmaakt van het programma en hoe de schoolexamens ingevuld worden. Vermelding van algemene didactische principes, meestal schoolbreed, zoals formatief handelen, activerende werkvormen en gepersonaliseerd onderwijs vallen hier niet onder.
Scholen hebben op die manier meer dan genoeg aanknopingspunten in handen om juist díé docenten Nederlands te werven die bij de school passen, zou je denken. In werkelijkheid benutten ze die zelden: slechts 5 van de 72 vacatures (7%) geven inzicht in de vakdidactische visie. Het is interessant om te zien hoe de paar scholen die hier wat over zeggen, deze visie beschrijven. Daarom willen we die graag citeren.
Een aardig voorbeeld is de tekst van het Maerlant in Brielle, gepubliceerd op 7 maart:
Wij, de vakgroep Nederlands, zoeken een eerstegrader of een tweedegrader met ambities voor het eerstegraadsgebied. Wij zien onszelf als een enthousiaste en professionele vakgroep, waarin ontwikkeling van didactiek en curriculum centraal staan. De focus ligt op spreek-, schrijf- en leesvaardigheidsonderwijs. We werken veel met eigen materiaal, ondersteund door de methodes Blink Nederlands in de onderbouw en Bruuttaal in de bovenbouw h/v. Wij zoeken iemand die onze visie deelt en die samen met ons wil uitbouwen.
Ditzelfde geldt voor die van het Pieter Nieuwland College in Amsterdam van 4 april:
Heb jij een frisse blik op het schoolvak Nederlands? Word jij enthousiast van geïntegreerd lees- en schrijfonderwijs? Leesvaardigheid met echte teksten en opdrachten in plaats van de standaardvragen bij een tijd- en zoutloze methode? […] We zijn een vrij open-minded sectie die het vak Nederlands steeds leuker vormgeeft door de samenwerking op te zoeken met andere vakken en met partijen buiten de school. Toch hebben we nog steeds een methode (Talent) die houvast biedt, zeker in de onderbouw. We zijn wel aan het onderzoeken of en hoe we met deze methode verder willen.
Ook de vacaturetekst van 11 april van het Maris College uit Den Haag geeft concreet aan hoe het vak Nederlands ingevuld wordt:
Het curriculum Nederlands in de bovenbouw van Maris Belgisch Park is gebaseerd op de gedachte dat het schoolvak Nederlands in de eerste plaats een kennisvak moet zijn en dat de vaardigheden dan vanzelf volgen. Dat betekent dat we taalkunde, letterkunde en argumentatieleer onderwijzen. We maken daarbij wel gebruik van actueel en relevant materiaal, maar niet van een lesmethode.
De vacaturetekst van het Helen Parkhurst in Almere van 1 maart geeft ook een beeld van de visie van de vakgroep. Daarbij merken we wel op dat het noemen van voorbeelden niet duidelijk maakt hoe de rest van het onderwijs vakdidactisch is vormgegeven:
We houden van nieuwe ideeën, één van ons werkt op de lerarenopleiding van de UvA dus we zitten dicht bij het vuur. Het afgelopen jaar hebben we een nieuw project rond framing opgezet en ook proberen we bij leesvaardigheid de actualiteit in te zetten. Dat resulteerde vorig jaar in een heel project rond Navalny. We passen er echter wel voor op niet te veranderen om het veranderen alleen: de werkdruk moet wel beheersbaar blijven.
Voor de beschrijving van De Goudse Scholengemeenschap Leo Vroman van 18 januari gaat dit eveneens op:
Van alle vakken op de middelbare school, komen onze leerlingen na hun schoolcarrière met Nederlands misschien wel het meest in aanraking. Onze docenten proberen daarom vooral de leerlingen te laten ervaren hoe belangrijk het goede gebruik van taal is door die taal heel concreet te maken, bijv. tijdens onze poetry slam, spoken word workshop, sollicitatieproject, debatclub, etc. Wij zijn op zoek naar iemand die vanuit deze invalshoek met de huidige collega’s mee kan denken. Zie jij jezelf dat wel doen? Kom dan eens kennismaken!
Vacatures met dergelijke informatie zijn uitzonderingen. Op het terrein van de vakdidactische visie is in vacatureteksten dus nog veel winst te behalen.
Salarisschalen met nieuwe categorieën
Net als vorige keer hebben we naar de salarisindicatie gekeken. In de nieuwe vacatures troffen we bij de arbeidsvoorwaarden enkele nieuwe beschrijvingen aan die niet in onze oude indeling pasten. Daarom zijn er vier nieuwe categorieën in het leven geroepen. Dit zijn: salarisschaal LC-LD, conform cao + extra, conform cao + ervaring + kennis, conform cao + opleiding + ervaring + kennis. Hieronder zijn hiervan voorbeelden te zien.
Categorie | Voorbeeld uit een vacature (letterlijk overgenomen) |
Salarisschaal LC-LD | LC/LD; Salaris conform CAO-VO |
Conform cao + extra | Onze goede primaire arbeidsvoorwaarden zijn natuurlijk conform CAO VO. Daarbovenop bieden we extra salaris (1,9%) en een bonus regeling (tot 9,0%). |
Conform cao + ervaring + kennis | [Salarisschaal] in overleg en afhankelijk van kennis en ervaring |
Conform cao + opleiding + ervaring + kennis | De functie wordt gewaardeerd volgens de CAO-VO op basis van opleiding, kennis en ervaring. |
Het is opvallend dat er bij de 72 vacatures die wij tot dusver bestudeerd hebben, 1 school is die extra salaris biedt bovenop de loonschalen van de cao. Extra salaris, wie wil dat nou niet? Toch zegt het weinig: behalve wanneer een docent in de hoogste regionen van schaal LD zit, is er altijd ruimte om het salaris te verhogen door een hogere trede of loonschaal te bieden. De vacature in kwestie was overigens van een school die zich ook op andere vlakken probeert te onderscheiden (SvPO, school voor persoonlijk onderwijs).
Uitkomsten telling salarisschalen
In het onderstaande taartdiagram is te zien dat het algemene beeld van onze vorige inventarisatie niet is veranderd. Er is te zien dat weinig vacatures concreet zijn over de salariëring: 3 vacatures (4%) noemen LD als salarisschaal voor de te werven eerstegraads docent Nederlands, 2 vacatures noemen LC-LD (3%), 1 vacature noemt LC (1%) en 4 vacatures noemen LB (6%). De meeste scholen laten de schalen echter in het midden met conform cao (13 vacatures, 18%), conform cao + ervaring (7 vacatures, 10%), conform cao + ervaring + kennis (1 vacature, 1%), conform cao + opleiding + ervaring (10 vacatures, 14%), conform cao + opleiding + ervaring + kennis (1 vacatures, 1%), conform cao + extra (1 vacatures, 1%), marktconform (9 vacatures, 13%) en het helemaal niet noemen van een schaal (20 vacatures, 28%).
Wanneer we onze categorieën samenvoegen tot de groepen wel een indicatie (een salarisschaal noemen) en geen indicatie, blijkt dat slechts 10 vacatures (14%) een salarisschaalindicatie geven tegenover 62 vacatures (86%) die het in het midden laten. Hierbij hebben we LC-LD (2 vacatures) gerekend tot de groep wel een indicatie, ook al is die natuurlijk minder concreet dan het noemen van een enkele schaal.
Conclusie: geen zicht op visie
De conclusie van de vorige keer, namelijk dat scholen zich bij de werving van eerstegraadsdocenten Nederlands kunnen onderscheiden door concreet te zijn over het salarisaanbod, houdt stand. Na het analyseren van 35 nieuwe vacatures is het beeld niet veranderd: een concrete salarisschaal wordt meestal niet genoemd (86%).
We kunnen we daar nu een tweede belangrijke conclusie aan toevoegen: een beschrijving van de visie op het schoolvak komt nauwelijks voor bij de werving via Meesterbaan (7%). Het ligt dus voor de hand om hier in de vacaturetekst gewag van te maken, zodat de vacature in positieve zin opvalt bij de schaarse eerstegraadsdocent Nederlands die bij de sectie past. Diegene kan dan bijna niet anders dan ogenblikkelijk een sollicitatiebrief schrijven!
Arina Banga en Dirk Hage werken als lerarenopleider Nederlands bij respectievelijk Fontys Lerarenopleiding Tilburg en Hogeschool Utrecht. Zij volgen de werving van eerstegraadsdocenten Nederlands voor schooljaar 2022-2023 met grote belangstelling.
Laat een reactie achter