Lang geleden, toen ik mijn eerste serieuze academische taalkundige baan had, was mijn directe leidinggevende (die term kende ik toen gelukkig nog niet) een in Leuven opgeleide Vlaming (in de zin van Nederlandstalige Belg). Hij sprak zeer verzorgd Nederlands, maar was in allerlei taalkundige aspecten herkenbaar als Belg. Een van de constructies die hij weleens gebruikte, en die diepe indruk op mij gemaakt blijkt te hebben, was
- Dat ziet er een mooi boek uit.
Ik begreep wat hij zei, maar ik zou dat nooit op die manier kunnen zeggen. Ik zou dezelfde gedachte uitdrukken met
- Dat ziet eruit als een mooi boek
Of
- Dat lijkt me een mooi boek
Vandaag had ik een bijeenkomst met mijn collega-taalkundigen van het Meertens. Daarbij kwam terloops mijn leeftijd ter sprake. Na afloop zei een van de collega’s – een in Leuven opgeleide Vlaming:
- Je ziet er nog geen [zekere leeftijd] uit
Ik vertelde hem dat ik dat nooit zo zou kunnen zeggen, wat hem dan weer verbaasde – terwijl hij toch echt heel veel weet van syntactische variatie binnen het Nederlandse taalgebied. Ik bood hem als alternatief
- Je ziet er nog niet uit als [zekere leeftijd]
Kennelijk kan de bepaling van gesteldheid, op verschillende manieren worden gerealiseerd; corpustellingen bevestigen mijn vermoeden dat de variant in (1) en (4) vooral in het zuiden te vinden is. Wie schrijft hier een mooie scriptie over? Twee begeleiders staan te trappelen.
Met dank aan Jeroen Van Craenenbroeck
Walter Haeseryn zegt
Deze constructie komt me heel bekend voor en ik vind die heel gewoon’ Grote kans dat dit standaardtaal in België is.
Overigens, het zal ongetwijfeld niet zo bedoeld zijn, maar die opmerking over het taalgebruik van die in Leuven opgeleide collega klinkt nogal paternalistisch en daardoor zelfs enigszins neerbuigend. Zijn er dan Nederlanders die zeer verzorgd Nederlands spreken en talig niet als Nederlander herkenbaar zijn? Ik ben ze nog niet tegengekomen. Wat doet dat er trouwens toe? Volstaat het niet om te constateren dat iemands taalgebruik anders is dan dat van jezelf en dan uit taalkundige interesse te onderzoeken hoe dat precies zit?