Achter het achtervoegsel 22
Op 19 november 1983 verscheen in De Volkskrant het artikel ‘Etteritis’ van Robert-Henk Zuidinga. Hierin blijkt duidelijk dat hij de toename van het gebruik van het suffix -ette maar niets vindt. Want wat is nu eigenlijk ‘etteritis’? “Het is de rage, de langzamerhand dwangmatige trend om de naam van een produkt of bedrijf op het achtervoegsel -ette te laten uitgaan.” En Zuidinga gaat hierop door in duidelijke termen: ‘modieuze poging tot opsmuk’, ‘wansmaak’, ‘de taalbesmetting die etteritis heet’. Twee jaar later verschijnt dit artikel in het boekje Het Heden van Zuidinga. Camiel Hamans gaat er in een eveneens ‘Etteritis’ genoemd artikel op in.
Stoombloem
Zuidinga noemt in een soort van chronologie allerlei woorden die ‘de glans van eigentijdsheid’ moesten krijgen met behulp van het suffix -ette en als een van de voorbeelden noemt hij: “en voor een stoombehandeling hanteert de schoonheidsspecialist(e) de vaporette.” Nu kom ik op het Internet en in Delpher vele stoomreinigers tegen met vapo-achtige namen, maar deze zijn bedoeld om juist vloeren of meubels aan te pakken, zoals de Palte Vaporetto!
Tomado heeft trouwens nog een heel speciale vaporette: het stoommandje voor groente! In een advertentie op Bol.com krijgt het mandje om groente en aardappelen op gezonde wijze te bereiden een poëtische naam: de stoombloem. Maar meer weet ik er eigenlijk niet over.
Misschien is Zuidinga wat doorgeslagen in zijn ergernis. Maar, er bestaat wel degelijk een heel bijzondere vaporetteen wederom leverde de zoektocht naar dat woord een bijzonder verhaal op.
Stoombootje
Venetië, het Giethoorn van het zuiden, staat bekend om de kanalen die je met name met een gondel kunt bevaren. Het voordeel van de gondel is dat je werkelijk door de smalste kanalen kunt, maar voor efficiënt openbaar vervoer moet je de vaporetto hebben. Het is een kleine stoomboot, die gebruikt wordt voor openbare diensten in havens, kanalen of meren; ik heb geen voorbeelden van dergelijk openbaar vervoer buiten Venetië gevonden.
Deze waterbus schijnt een aanrader te zijn voor toeristen. Er zijn kaartjes waarmee je een aantal dagen onbeperkt kunt reizen, zo leerde Wikipedia me, en bovendien is er een netwerk van vele lijnen. Met name wanneer men naar de verder gelegen eilanden wil, waaronder het beroemde Lido, is de vaporetto ideaal. De meest recente vaporetto-kaart vond ik hier: Venice vaporetto (water-bus) route map | www.Venice.nu. Route 1 gaat over het Grand Canal en het schijnt dat je deze trip als toerist niet mag missen.
Vaporette
In Nederlandstalige bronnen is het Italiaanse vaporetto veranderd in vaporette. Het trambootje blijkt in 1970 handig om de paviljoenen van de Biënnale van Venetië te bezoeken en tot in 1993 zie je in advertenties voor reizen naar Venetië dat de ‘vaporette’-dagkaart inbegrepen kan zijn in de prijs.
We kunnen voor deze kanaalbus verder terug in de tijd. In 1947 verschijnt in allerlei kranten in feuilletonvorm de spionageroman Nacht express, de Nederlandse vertaling van Night Journey (1941) van de bekende Britse schrijver Winston Graham. Hierin bezoekt een Britse spion in Venetië een conferentie van nazionderzoekers om meer te weten te komen over chemische oorlogsvoering. Hij ontmoet een jonge vrouw aan wie hij vraagt waar ze woont. “Aan het Canal Grande. Bij mijn stiefvader. Ik kan hier van de kade af een vaporette nemen.” (Arnhemse Courant, 18 januari). Lijn 1, gok ik, en ik zou haar voor geen cent vertrouwen.
La sciagura Venezia
Zo’n drieëndertig jaar eerder vinden we de allereerste vermelding van een vaporette in een Nederlandstalige bron. Het is ook het meest dramatische bericht. Op 19 maart 1914 is er namelijk een verschrikkelijke aanvaring op het Canal Grande, waarover we in opeenvolgende artikelen steeds meer te weten komen.
Provinciale Drentsche en Asser courant, 20 maart 1914:
Venetië, 20 Maart. Hier heeft een aanvaring plaats gehad tussen een torpedoboot en een zoogenaamde Vaporette. 58 mensen verdronken. De schuld ligt bij den stuurman van de Vaporette, die in plaats van op zijn koers te letten naar de vlucht van een watervliegmachine keek en blindelings op de torpedoboot invoer. De Vaporette werd in twee deelen gesneden. De passagiers waren bijna allen toeristen of welgestelde Venetianen. Onder hen bevond zich de Russische vice-consul. In alle theaters werden voorstellingen afgezegd. De schepen in de haven hebben ten teeken van rouw de vlaggen halfstok geheeschen. De bladen verschijnen met rouwrand.
De aanvaring was een ramp met een enorm aantal slachtoffers en in vele kranten vindt men later nieuwe, soms ook preciezere informatie.
Uit Nieuwe Apeldoornsche courant van 20 maart weten we dat het gebeurde om 5 uur in de middag. Slechts 22 van de 80 passagiers konden worden gered. De torpedoboot had bovendien een vlot op sleeptouw. Bijna alle passagiers hielden zich in de grote kajuit op vanwege het koele weer en daardoor waren zij allen als in een val opgesloten en werden naar de diepte gesleurd. Van de doden waren op dat moment alleen de Russische consul Morsekinski en de Italiaanse luitenant Cossi en zijn vrouw met name bekend.
De Maasbode van 20 maart heeft weer andere informatie: de burgemeester van Venetië, de prefect en admiraal Cavelli, die de leiding van de redding op zich nam, waren op de plaats des onheils. De sleepboot Titan en een torpedojager hielpen bij de redding: “het ongeluk verwekte groote ontsteltenis in de stad, temeer daar veel vreemdelingen, die met het oog op het bezoek van den keizer, nog langer zouden zijn gebleven, thans waarschijnlijk voor een groot deel zullen vertrekken.”
In de Haagsche courant van 21 maart vinden we nog meer, ook persoonlijke, verhalen. Zo sprongen de matrozen van de geraakte torpedoboot ‘T 56’ ogenblikkelijk in zee na de aanvaring en probeerden de ‘met de golven kampende menschen te redden.’ De eerdergenoemde verdronken Italiaanse luitenant, hier Bossi genoemd, was ook in het water gesprongen om mensen te redden. Dit eindigde dramatisch: “de tot wanhoop gebrachte menschen klemden zich aan Bossi vast, zoodat deze in zijn bewegingen belemmerd werd en in de diepte verdween.”
In totaal zijn er zo’n twintig krantenartikelen te vinden waarin de toeschouwers, de duikers, de elektrische lampen, de berging zelf, de schuldvraag enzovoort te vinden zijn. Soms zijn de berichten bezorgd, maar ook verontwaardigd, bijvoorbeeld over de stuurman van de vaporette die buiten het raam hing om het watervliegtuig goed te kunnen zien en dus niet op de koers lette. Hoewel ik alles wel zou willen noemen en aanhalen in dit stukje, doe ik het niet. Het is echt te veel voor hier.
Stof voor een boek, zo dacht ik, en wat bleek toen ik vanmorgen, 1 oktober, even googelde naar informatie over deze aanvaring? Er zal een boek verschijnen over deze scheepsramp! (Venice, the vaporetto massacre in 1914 becomes a book – europe-cities.com, 19 maart 2022). Toeval bestaat niet. De zoektocht naar een ette-woord heeft me wederom naar een bijzondere plek in de geschiedenis gebracht.
Weia Reinboud zegt
Hoe zou je het Italiaanse woord vertalen? Gewoon “stomer”?
Cefas Van Rossem zegt
Volgens mijn Italiaanse leerling Cleo is de beste vertaling ‘stomertje’, Maar… zou het bij vaporette ook om verfijning of exclusiviteit kunnen gaan?