Achter het achtervoegsel 26
Met lage temperaturen en winterse neerslag zijn dichte schoenen een goede manier om uw voeten warm en droog te houden. Toch zijn er ook mensen die zich daaraan niets gelegen laten liggen en – weer of geen weer – hun tenen niet de hele dag opsluiten. Maar veruit de meeste mensen reserveren hun open schoenen voor de warmere periodes van het jaar. Om u daarop alvast een beetje voor te bereiden staat in deze aflevering van Achter het achtervoegsel schoeisel centraal. Zoals u inmiddels gewend zult zijn, is het voorkomen van het suffix -ette daarbij onontbeerlijk. Ik neem u mee op reis naar een merk, een type en een soort schoen.
Duurzame kokos
Zodra vrienden, bekenden en wildvreemden horen dat ik een meer dan gewone belangstelling heb voor woorden op -ette, krijg ik met enige regelmaat dergelijke woorden toegestuurd. Vaak begint een mail of app met de vraag “Heb je deze al?” of “Ken je dit woord?”. Soms is dat wel het geval – in online (historische) woordenboeken en tekstcorpora heb ik al gezocht – maar lang niet altijd. Vooral commerciële namen, zeker als ze gemunt zijn door lokale middenstanders, bieden talrijke nieuwe vondsten. Blijf die dus vooral opsturen!
Zo attendeerde Ad Foolen mij recentelijk op het bestaan van de Cocolette. De Cocolette is een modieuze en duurzame variant van de flipflop, gecreëerd door Laura Ullman. Deze jonge Duitse ontwerper woont in Hamburg en ergerde zich groen en geel aan het vele plastic afval dat te vinden is in het water en op het strand van de nabijgelegen zee. Wereldwijd belanden er maar liefst 40.000.000 plastic slippers in onze oceanen.
Door een slipper te vervaardigen van 100% natuurlijke materialen – kokosnootvezels, ananasplantbladeren en plantaardig gelooid leer – is deze volledig biologisch afbreekbaar. Niet voor niets heeft de Cocolette in 2020 de Green Concept Award en in 2021 de German Sustainability Award Design gewonnen.
De Cocolette heeft zijn naam ontleend aan een van de belangrijkste bestanddelen van de slipper: kokos. Omdat cocosette niet goed in het gehoor ligt, heeft Laura Ullman ervoor gekozen de letter s van het Engelse cocos weg te laten en daarachter de letter l en het suffix –ette te plakken. De keuze voor de l zal niet geheel willekeurig zijn geweest. Niet alleen is de naam van de slipper zo beter uit te spreken dan coco-ette, maar die medeklinker roept ook de associatie op met een bekend type schoen – de sandalette – en een bekend merk schoen – de Adilette. Over beide later meer.
Strikt genomen valt dit woord buiten onze verzameling, want in Nederland zijn deze slippers bij mijn weten nog niet te koop. Toch zou het mij niet verbazen als deze milieuvriendelijke slipper binnen enkele jaren ook de Nederlandse markt gaat veroveren.
Hippe badslipper
Een andere slipper, die inmiddels veelvuldig te zien is in het Nederlandse straatbeeld, is de Adilette. Met name onder jongeren en in kringen van hiphoppers wordt deze badslipper – meestal in combinatie met witte of zwarte badstoffen sportsokken – bijzonder gewaardeerd. De Adilette is de badkamer en de kleedruimte van de gymzaal ontstegen en is in bepaalde culturen een volwaardig alternatief voor sneakers of gewone schoenen. Dat blijkt ook wel uit de prijs. Voor de nieuwste modellen in allerhande kleuren moet gemiddeld toch al snel een euro of 40 worden neergeteld. En de “Jeremy Scott Monogram adilette Wings badslippers” kosten maar liefst 80 euro!
Wisten we bij de cocolette dat de slipper gemaakt was van kokos, bij de Adilette zal de consument direct denken aan het wereldberoemde sportmerk Adidas. De eerste drie letters laten daar geen twijfel over bestaan. De uit 1949 daterende naam Adidas bestaat trouwens uit Adi – een bijnaam van Adolf – en de eerste drie letters van de achternaam van de oprichters van het bedrijf: Dassler. Adolf Dassler begon in 1920 samen met zijn broer Rudolf met het fabriceren van schoenen. Na de Tweede Wereldoorlog ontstond er onenigheid tussen de broers, waarop Rudolf het bedrijf verliet en zelf het zeker niet onsuccesvolle merk Puma oprichtte. Daar verkopen ze tegenwoordig ook badslippers. Hoewel Puma ze zelf niet zo schijnt te noemen, wordt in advertenties van andere partijen wel degelijk gesproken van pumalette. Ook zangeres Rihanna draagt een pluizige variant ervan, volgens dit bericht uit 2016.
Goddelijke schoen
De uitgang –lette voor schoenen lijkt zijn oorsprong te vinden – het is hierboven al genoemd – in de sandalette. Voordat ik op dat woord inga, eerst kort iets over het grondwoord sandaal. Dat komt al voor in het Vroegnieuwnederlands. Woordenboekmaker Cornelis Kiliaen nam het in 1599 op in een woordenboek. Het Nederlands heeft het woord ontleend aan het Oudfrans sandale ‘sandaal’, waar het via het Latijn sandalium ‘sandaal’ uit het Grieks sandalion is terechtgekomen. Dat Griekse woord is een verkleinwoord en betekent ‘houten zooltje’. Gaan we nog verder terug in de tijd dan komen we uit bij het Perzisch, waar sandal een ‘schoen van de Lydische god Sandal’ was.
De sandaal is een zeer oude vorm van voetbescherming. De eenvoudigste varianten bestonden uit een zool van stug materiaal – zoals leer of hout – dat met behulp van touw of leren riemen onder de voetzool wordt gebonden. Meestal is de neus open, waarmee de tenen zichtbaar zijn. Aanvankelijk droegen zowel arme als rijke mensen sandalen. In de middeleeuwen deden – althans in West-Europa – vooral arme mensen en monniken dat. De daaropvolgende eeuwen raakte de sandaal in het westen in onbruik. Pas in de jaren twintig van de vorige eeuw deed de sandaal weer zijn intrede.
Ook de sandalette kwam op aan het begin van de twintigste eeuw. Het woord is op 31 augustus 1922 voor het eerst in het Frans opgetekend, in een advertentie uit La Chaussure. De oudste vermelding ervan die ik in een Nederlandse krant heb kunnen vinden, dateert van 1 mei 1929. Met een prototypische sandaal heeft de kalfsleren sandalette waarvoor in de Delftsche courant wordt geadverteerd, in mijn ogen weinig van doen.
Ook in Nederlands-Indië wordt reclame gemaakt voor de sandalette. In De Locomotief van 9 oktober 1931 wordt de schoen aangeprezen als ‘iets heel nieuws’.
Anders dan bij de eerder besproken Cocolette en Adilette bestaan er grote verschillen tussen schoenen die sandalette worden genoemd. De modellen wijken onderling sterk af. Ze zijn uitgevoerd in leer, raffia, suede of – later – in plastic. Het ene model heeft een grote hak, het andere model is hakloos. Sommige sandalettes bestaan vooral uit kleine leren bandjes die de voet grotendeels laten zien, andere daarentegen zijn vervaardigd uit geperforeerd leer en onttrekken de voet van de drager grotendeels aan het zicht. Hieronder staan enkele afbeeldingen van modellen uit de jaren 1920-1999, afkomstig uit Delpher.
Er zijn modellen die zowel in baby-, kinder- als damesmaten verkrijgbaar zijn – sandalettes voor mannen zijn op de vingers van een hand te tellen – terwijl er ook sandalettes speciaal voor kinderen zijn ontworpen. Onder hen is de sandalette in korte tijd zeer populair geworden als we de advertentietekst in de Nieuwe Winterswijksche Courant van 8 april 1938 mogen geloven: “Sandalette geliefdkoosde dracht voor jongens en meisjes”.
In de Telegraaf van 1 juni 1963 stond een artikel van Eline Capit die daarin beschrijft hoe haar eerste bezoek aan een wasserette verliep. Aan het eind van haar stuk voorspelt ze een grote toekomst voor deze plek om eigen kleren te wassen, maar in het begin was zij enigszins gereserveerd:
“Voor mij heeft het woord “Wasserette” de bekende eigentijdse sfeer, die de bedoeling heeft iets mooier voor te stellen dan ’t is. Een maisonnette is een verfraaiende benaming voor een akelig klein huisje. Een sandalette is een vondst van reclamemannen om een zool met een paar riempjes op volwaardig schoeisel te doen lijken.”
Daarmee laat de schrijver twee gebruiksmogelijkheden van het suffix -ette zien: het geeft aan dat iets klein is, zoals bij de maisonnette, of dat iets mooier lijkt dan het in werkelijkheid is. We zijn die betekenissen in eerdere afleveringen van deze rubriek vaker tegengekomen. Dat het gebruik van –ette de goedkeuring van columnist Pieper uit het Algemeen Dagblad niet kon wegdragen, blijkt uit het stukje ‘ette-rig’ in de krant van 13 mei 1972:
“Naast de modinette, de wasserette, de vedette en andere al bestaande -ette’s, ontdekte Pieper dezer dagen de menuette (meeneemservice van een restaurant) en in een advertentie de “sandalette” – sandaaltje.”
Anders dan wat Capit in 1963 en Pieper in 1972 dacht was de sandalette geen modieuze nieuwvorming van snelle reclamejongens maar toen een al meer dan veertig jaar oude benaming voor een schoen. Toch is de sandalette niet te vinden in het Woordenboek der Nederlandsche Taal of in de Dikke Van Dale. In Van Dale Frans-Nederlands komt het wel voor, met als betekenisomschrijving ‘lichte sandaal’.
Een jaar later vond in de Amsterdamse Leidsestraat een tweetal modeshow plaats bij het huis Metz. In de tweede presenteerde Danlon nieuwe modellen panty’s en kousen. Anticiperend op de laatste schoenenmode waarbij de teen wederom zichtbaar is, en de populariteit van sandalen en klompen introduceerde Danlon de Sandalette, “een panty zonder versterkte hiel- en teenstuk.” Erg onderscheidend is die naam niet, maar de consument weet zo wel direct bij welk schoeisel deze panty gedragen hoort te worden.
Een nieuw suffix?
De sandalette, de Adilette, de Pumalette en de Cocolette. Als je ze zo dicht bij elkaar ziet, zal duidelijk zijn dat het geen toeval meer is dat aan de uitgang –ette de letter l voorafgaat. Het lijkt erop dat –lette zich aan het ontwikkelen is tot een nieuw suffix om schoeisel aan te duiden. Zou Floris binnenkort een Bommelette op de markt brengen? Ik ben benieuwd.
Laat een reactie achter