Graag zou ik hier willen poneren dat ik niet graag dingen poneer. Daar ben ik helaas eigenlijk niet zo erg goed in. Dat komt denk ik omdat ik een twijfelaar ben, of misschien omdat ik een onderzoeker ben. Dat merkte je vast ook wel al toen je de vorige drie zinnen las. In de eerste vermeed ik de directe stelling “ik poneer niet graag” door hem in een bijzin te moffelen en twee modale werkwoorden te gebruiken. Ook in de tweede zin heb ik mijn eigen standpunt genuanceerd, met eigenlijk en niet zo heel erg. De afzwakking in de derde zin kwam er door te expliciteren dat mijn stelling slechts de vrucht is van mijn eigen denkproces en zo dus ook wel weer te annuleren is, en door een alternatieve verklaring even schoorvoetend in te luiden met misschien.
Hedges zijn het volgens George Lakoff, woorden die helpen aan te duiden dat de waarheid in graden komt, van nauwelijks via enigszins over nogal naar helemaal. Academisch taalgebruik is een broeihaard voor formules die juist en fout op een schaaltje plaatsen, tegen het absolute ingaan. Mijn loopbaan als onderzoeker, twijfelende aard van zijn en hedge-rijk taalgebruik zijn zo eigenlijk best wel een goeie match, al is het wat onduidelijk hoe de drievuldige kip-eirelatie hier precies in elkaar zit. Die lekkere fit verdwijnt wanneer ik wetenschapscommunicatie pleeg over mijn eigen onderzoek. De journalist die tegenover mij zit of aan de andere kant van de lijn hangt, hoe welwillend ook, is ultiem op zoek naar grote boodschappen om te delen. Die wil een stelling waarin de aarzeling baan heeft geruimd voor zekerheid, terwijl het vooruitzicht om mijn onderzoek te delen met het grote publiek me net nog meer tot voorzichtigheid duwt dan gewoonlijk.
Peter Burger vatte dit soort conflicten al in het Handboek Stijl. Als onderzoeker ben ik graag genuanceerd en voorzichtig, verantwoord ik als het even kan elk van mijn keuzes, en geef ik je alternatieve verklaringen voor patronen die ogenschijnlijk bevestigen wat ik hoopte te zullen vinden, om zo vanuit die voorzichtige observaties en reflecties weer een steen te verleggen in de brede rivier van theorievorming. Daar zit de lekenlezer natuurlijk niet op te wachten. Die wil een verhaal, een mens daarachter, wat sappigheid en lucht en een heldere take-home-boodschap.
Wetenschapscommunicatie wordt zo soms vergeleken met vertalen, als een transfer van informatie van Doelpubliek A (‘de expert’) naar Doelpubliek B (‘de leek’). Marc Van Oostendorp, bezieler van het platform waarop dit stuk verschijnt, biedt een alternatief voor dat beeld. Het gaat er volgens Marc om dat je niet zozeer moet gaan vertalen, maar eerder gewoon even dat ene ding moet vinden. Niet die ene Grote Boodschap, maar wel een observatie die je verrast, een feit dat je bijblijft, de actie die je nieuwsgierigheid prikkelde of het resultaat waar je over struikelde. Die je net daarom wil delen. Dan leg je vanzelf uit waarom het je verraste, bijbleef, prikkelde of deed struikelen, en kom je even vanzelf in de toelichting van die observatie wel langs de termen of nuances die je nodig hebt om ze te delen. Vanuit dit perspectief kun je zo toch, ook als twijfelaar-onderzoeker, met enige trefzekerheid voorzichtig richting poneren durven te gaan. En zo. Ziehier mijn poging.
Wetenschapscommunicatie: een klus het klussen waard!
Verder lezen?
- George Lakoffs oorspronkelijke werk “Hedges: A study in meaning criteria and the logic of fuzzy concepts” verscheen in 1972 in Journal of Philosophical Logic (2, 4, 458–508).
- Er is een heleboel onderzoek over hedging in academisch schrijven, onder andere Ken Hyland en Douglas Biber wijdde er veel aandacht aan. Een stuk in het Nederlands vind je hier: Paul Gillaerts & Freek Van de Velde, 2009, “Het lijkt met name ook een goede strategie”: interactionele metadiscursiviteit in abstracts van onderzoeksartikelen, Tijdschrift voor Taalbeheersing, 31, 2, 2009, p. 77 – 96.
- Carolien Van Soom en Lieve De Wachter geven je wat je nodig hebt om je onderzoeksoutput te perfectioneren in Academisch schrijven: Een praktische gids (Leuven, Acco).
- Zinvolle handvaten voor wetenschapscommunicatie vind je in hoofdstuk 11 van Handboek Stijl van Burger & De Jong 2009.
- Marc tipt zelf Steven Pinkers boek The Sense of Style als bron voor inspiratie.
Arno. zegt
Misschien zou je, om je pogen nog wat beter ‘gestand te doen’, eigenlijk hebben moeten schrijven (denk ik): ‘Wetenschap, een klus het klaren waard’ …