Schaatsen op glad ijs over het Biesboschslib
In het noordoosten van het huidige Biesboschgebied, tussen Werkendam en Hardinxveld-Giessendam, lag ooit het ambacht Houwelingen. In een bisschoppelijk schrijven in het Latijn uit 1105 staat de plaats vermeld als Hougninke. In 1168 heet de plaats: Houninge; in 1181 Howeninge. In 1266 Houninghen (Oorkondenboek van Holland en Zeeland tot 1299). Voorts leest men: 1326: Houweninghen, 1334 Howeninghe en 1344: Houwening (Registers van de Hollandse grafelijkheid 1299-1345).
Houwelingen is in de 15e eeuw verdwenen. De Sint-Elisabethsvloed gaf de eerste aanzet tot de ondergang, latere vloeden voltooiden de ondergang. Het dorp verdween onder bijna 2 meter door de Merwede aangevoerd slib. Aan dit dorpje herinnert nog het Houweningswater, een kreek in de Biesbosch.
De familienaam Van Houwelingen of Van Houweninge is wijdverbreid, vooral in de Alblasserwaard en Altena. Dit is logisch, hierheen zullen de meeste inwoners van Houwelingen na 1421 gevlucht zijn, vergeefs hopend op veilige terugkeer naar hun verdronken onderkomen. Archeologen hebben in de vorige eeuw wel iets blootgelegd van Houwelingen. Daarover later meer. Wij gaan nu op zoek naar de betekenis van de naam Houwelingen.
Het Houweningenswater ligt tussen de Oude en de (gegraven) Nieuwe Merwede in.
Werkwijze
Bij middeleeuwse toponiemen gaat het vaak of om persoons- of familienamen, of om woorden die iets met natuur, landschap, water, landbouw, gebouwen of het feodale stelsel te maken hebben.
Centraal staat in het navolgende de betekenis van het woord houw. Houwe als persoons-of familienaam (zelfs Houweling als voornaam kwam voor in de Alblasserwaard) als verklaring voor de naam Houwelingen lijkt niet aan de orde.
Het woorddeel inge, inc of ingen is – als laatste woorddeel/lettergreep – doorgaans een suffix, een uitgangvorm achter een woord. De uitgang –ing ging in de vroege middeleeuwen wel van aanduiding van ‘behorend tot een familie’ over op een erf of boerderij. Maar dit gebeurde vooral in het oosten van het land, aldus Leendert Brouwer in de Nederlandse familienamenbank bij de naam Van Houwelingen. Historisch geografen denken bij het begrip (simplex) ing of eng aan hoger gelegen vroeg ontgonnen akkergronden. Een eventuele discussie over of –ingen bij Houwelingen een suffix is, zoals bij veel plaatsnamen het geval is, of toch oorspronkelijk een aanduiding was voor hogere teeltgronden is niet zinvol, juist omdat bewoning in dit gebied alleen mogelijk was op veilige hogere gronden, en dan vaak nog alleen op een terp boven op die hogere gronden.
Wij zullen daarom voor het westelijk gelegen Houwelingen in de etymologiebank en de historische woordenboeken van de geïntegreerde taalbank zoeken naar andere, meer uit de historische geografie voortkomende aanknopingspunten voor de verklaring van het woord houw(e). Dat aanknopingspunten zoeken vraagt om verkenning van het landschap voor 1421. Een lastige opgave. Het toenmalige landschap ligt onder 1,5 tot 2 meter uit de Merwede afkomstig slib. Maar met historisch geografische kennis valt er wel iets te zeggen over het middeleeuwse landschap bij Houwelingen. Met alle onzekerheden heeft deze zoektocht iets van schaatsen op glad ijs.
Het landschap ten westen van Werkendam in de middeleeuwen
Hieronder geven wij met de nodige voorzichtigheid een beeld van het landschap en de activiteiten in de noordelijke Biesbosch. Als belangrijkste kenmerken noemen wij de navolgende zaken.
- De wereld van oeverwallen en kommen liep hier op zijn einde. In zuidelijker delen van de huidige Biesbosch liepen nog wel rivieren als de Romeins-middeleeuwse Maas, de Dusse, de historische Biesheuvelrivier en de post-Romeinse Alm. Daar lagen brede, soms overlappende oeverwallen, zij het dat de hoogte veel minder was dan in oostelijk Altena. In de buurt van Werkendam liep de rivier De Werken, ooit hoofdtak van de Alm, bij Werkendam in de Merwede. Verder lag er een enkele lage, smalle oeverwal van een historische rivier.
De Merwede was pas na de Romeinse tijd hoofdafvoer van de Rijn (deze liep eerder via Utrecht en Katwijk).
- Het gebied was nat. De bestuurders van de streek probeerden het gebied droger te krijgen. Enerzijds door de Graaf aan te laten leggen, een afwateringskanaal vanaf de huidige A27 boven Nieuwendijk naar de Merwede bij Dordrecht. Anderzijds door aanleg van de Wierinxwal van de Merwede naar die Graaf, zodat voorkomen kon worden dat regen- kwel en overstromingswater uit het hoger gelegen Altena naar het Hollandse gebied westelijk van Werkendam stroomde. In hoeverre dit in de latere middeleeuwen succesvol was is niet bekend. Het zal lastig geweest zijn het gebied tussen de oeverwal van de Merwede en de Graaf goed te ontwateren.
- Gelet op de natte voorgeschiedenis zal er na ontginning vooral grasland geweest zijn. Op de bescheiden oeverwalletjes zal graan- en groententeelt mogelijk geweest zijn. In lagere delen was er wellicht nog een griend-achtige situatie of nog steeds veen.
- Houwelingen kende een lange geschiedenis van overstromingen. Men moest er dus op hogere gronden wonen. Maar overstromingen konden ook vruchtbare overslaggronden opleveren.
Relevante “houw-woorden”
Wij weten niet wanneer Houwelingen ontstaan is. In een artikel uit 1963 op https://www.archeologiegorinchem.com wordt zonder nadere onderbouwing door H. Voogd, amateur-archeoloog, gesteld dat de nederzetting te dateren zou zijn op de Merovingische tijd, 5e tot 8e eeuw. De eerst bekende schriftelijke vermelding uit 1105 gaat over een conflict over de Botteskerke, dat dan al enige tijd sleept. Hoe dan ook, de naam Houwelingen kan terug te leiden zijn op taal van voor 1100, mogelijk zelfs van voor de kerstening en verhollandsing van het gebied. Een oud-Friese naam, er werd hier in de het rivierdeltagebied in de vroege middeleeuwen een variant Fries gesproken, hoort daarom nadrukkelijk tot de mogelijkheden.
Houwen als activiteit met hakhout
In het Oudfries en Middelnederlands wordt houwen gebruikt voor ‘houthakken’. Er zijn toponiemen die aan dit hout houwen worden toegeschreven. Houw is de naam van een plaats bij Letterhoutem, Aalst, provincie Oost-Vlaanderen. De plaatsnaam Aanhouw, bij Outer, Aalst, prov. Oost-Vlaanderen bevat ook dit houthak-element.
Moeten we Houwelingen ook zien als plaatsnaam die iets met hout hakken te maken heeft? Historisch geografisch gezien zal er in het gebied toen dit nog ontgonnen moest worden volop elzenbroekbos of wilgenbos geweest zijn. Net als in de wijde omtrek. Nog los van de vraag of men dit ‘boerengeriefhout’ zo belangrijk vond dat men er een plaats naar vernoemde, het zou voor een plaatsnaam in een landsdeel met veel hout niet onderscheidend zijn. Kostbaarder hout, zoals van eiken en beuken, kon men in dit gebied niet verwachten. De kans dat houthakken achtergrond is van de naam Houwelingen is om al deze redenen heel klein te achten.
Houwe als hooinaam
In de historische woordenboeken komt men houwe tegen als woord voor hooi. In het lage, natte gebied zal ongetwijfeld veel hooibouw zijn geweest. Het toestromende water bevatte mineralen. Als de weides in het voorjaar opgedroogd waren, kon zich een voedzaam hooigewas ontwikkelen. Net als in uiterwaard- en veenontginningsgebieden in de verre omtrek. Los van de vraag of een aan hooibouw ontleende plaatsnaam onderscheidend was, is het de vraag of houwe wel het woord voor hooi was in deze regio. Woorden als ‘hooi, kooi, tooien’ kregen in ons land wel de uitspraak houw, kouw, touwen, maar dat was vooral eigen aan de oostelijke tongvallen. Houwelingen lag buiten Gelderse gebieden als de Bommelerwaard en de Vijfherenlanden, bij wijze van spreken onder de rook van Dordrecht. Dat maakt het minder aannemelijk dat hier het woord houwe gehanteerd zal zijn voor hooi.
Houwe als naam voor tuinbouwproducten
Houwen zijn peulen, de vruchten van erwten en bonen. Soms werd het zelfs voor het vruchthuis van koolzaad of voor de aar van graan gebruikt. F. de Brabandere geeft in zijn Brabants etymologisch woordenboek voor houw aan:
houw 1, zn.: zaadhuisje, peul (van kool- of raapzaad). Wvl. auwe ‘aar, korenaar, peul van koolzaad’. Hypercorrecte spelling houw(e). Vnnl. 1546 gaen ougsten nochte te hauwen van den granen op raepen (WNT); 1562 hauwe oft slooster van erwéten oft boonen.
Deze Brabantse woorden zijn wellicht relevant voor Houwelingen; het lag ten zuiden van de (oude) Merwede. In het nabijgelegen Altena spreekt men nog steeds over hauwkes voor o.m. peulen.
De vraag die dan uiteraard rijst is: kan men aannemen dat in Houwelingen tuinbouw en graanteelt plaatsvond? Het antwoord is lastig te geven. Tuin- en akkerbouw zal er niet grootschalig hebben kunnen plaatsvinden omdat het een nat gebied was. Maar op de oeverwallen van historische rivieren en de Merwede? En op eventuele overslaggronden van inbraken en overstromingen vanuit de Merwede?
In stroomopwaarts aan de Merwede gelegen plaatsen in Altena zoals Werkendam, Sleeuwijk en Woudrichem was er her en der enige tuinbouwgeschikte grond dankzij de Merwede of historische rivieren. Nu moet men bedenken dat de oeverwallen van historische rivieren ten westen van Werkendam niet zo hoog en breed waren omdat het meeste zand al eerder was afgezet. De oeverwallen van de Merwede waren nog jong dus klein en laag (bestonden pas sinds de Romeinse tijd). Maar niemand kan aantonen of zich bij de Merwede bij Houwelingen toch om één of andere samenloop van omstandigheden een redelijk areaal hoger, lichtere grond lag die van het late voorjaar tot de vroege herfst prima geschikt was voor bonen- en erwtenteelt. Uit archeologisch onderzoek, waarover C. van Esch schrijft in Westerheem 1985, is sprake van door overstromingen opgehoogde gebieden, rivierzand en – relevant voor tuinbouw – zavelige grond, waarin middeleeuwse aardewerkvondsten zijn gevonden. Waarbij de aantekening past dat Houwelingen mogelijk ouder was dan het pas later tot stad uitgegroeide Dordrecht, zodat Dordrecht nog geen afzetgebied was toen de naam Houwelingen ontstond. We weten het niet. Maar de zavel als geschikte tuinbouwgrond fascineert. Al met al is de kans dat we met houwe bij het toponiem Houwelingen te maken hebben met peulvruchten of graanaren redelijk klein.
Houw als hofstede
Een laatste betekenis van houw is in de sferen van hof, adellijk huis, ommuurde ruimte, boerderij, omheind stuk grond. Van Berkel en Samplonius noemen in hun Nederlandse plaatsnamen verklaard de plaats De Houw:
De Houw (De Marne, Gr)
10e-11e eeuw Houa1, 1542 tho Houw ynde Marne2, ca. 1660 Hou3, 1781 de hou4; Ofri. hova, datief enkelvoud van → hof5 met als betekenis ‘bij de hofstede’. De ontwikkeling van hova tot houw is Fries.
In een ambacht als Houwelingen was er ongetwijfeld een adellijk huis. In dit huidige Zuid-Hollandse gebied zal in de Teisterbant-periode, ten tijde van de vermoede Merovingische stichtingstijd, nog Oudfries gesproken zijn. Een hofstede of adellijk huis met een houwe-naam is daarom beslist niet onwaarschijnlijk.
We kijken nog even verder naar het woord hof. In 1181 sprak men over Houwelingen als Howeninge. Hierin lijken we het meest duidelijk een variant van het woord hof of hove te moeten zien. Over het woord hof lezen we in de historische woordenboeken onder meer het navolgende: ‘Het bij eene woning behoorende, daar rond om gelegene (afgesloten, ”beloken”) erf; de werf. In Z.-Ndl. en op de Zuidholl. en Zeeuwsche eilanden’. Als we ervan uitgaan dat het huis waarnaar Houwelingen genoemd is het huis is van een prominent, bijvoorbeeld van de ambachtsheer, zit er geen licht tussen de naamsverklaring van het Friese De Houw bij Van Berkel en Samplonius en deze laatste verklaring van hof nabij de Zuid-Hollandse eilanden en Zuid-Nederland.
Als we in de diverse in de inleiding van dit artikel genoemde oude spellingswijzen de letters u en w vervangen door v, staat er consequent een variant van het woord hof of hove. Dit versterkt de gedachte dat het bij houwe gaat om een hove. Afhankelijk van vooral het areaal goede, hoge grond zullen er meer hofstedes geweest zijn.
Slot
In dit artikel beschouwden we diverse mogelijke naamsverklaringen voor het verdwenen ambacht Houwelingen. Wat begon als een schaatstocht over glad ijs, eindigde als het laatste stuk van een ontspannen toertocht, waarbij de overtuiging groeide dat we bij Houwelingen met een hof– of hove-toponiem te maken hebben.
Paul van Houwelingen zegt
Wat leuk om dit artikel tegen te komen.
Er wordt gesproken over hout houwen / hakken. Maar het bestaat natuurlijk ook in de slagerswereld, vlees houwen. Of iets vervelender… het hoofd afhouwen.. Het ligt breed.
Ik ben benieuwd of jullie hier nog duidelijkheid in kunnen geven. Mijn vader sprak altijd over een van Houwelingen kasteel met een gouden hek dat in Dordrecht zou hebben gestaan en nu een paar meter onder de blubber zou moeten liggen…:)
Bas van Houwelingen uit Barneveld is ooit uitgebreid bezig geweest met een van Houwelingen stamboek.
Paul van Houwelingen / Katwijk
bas van andel zegt
De doodstraf werd regelmatig uitgevoerd in de middeleeuwen, maar daarvoor had je het galgenveld. Dat toponiem kom je tegen in Gorinchem en Woudrichem, een plaatsje als Houwelingen had daarvoor niet de rechtsmacht, vermoed ik. Bovendien, onthoofding was een straf voor de elite, een soort luxe doodstraf. Egmont, Horne 1568….
En natuurlijk zijn er vleeshouwerijen in de wereld geweest. Maar die vleeshouwers kregen, als er veel op een rijtje zaten, hooguit een Vleeschhouwersstraat. Van Houwelingen moet je je niet voorstellen dat daar een ´winkelstraat´ zat.
En de legende over een kasteel. Mooi. De hove van Houwelingen lijkt in de volksoverlevering deftiger te zijn geworden. Ooit vindt men de hove misschien terug. Dat wat er ooit is opgegraven zou geen gebouw van eminente betekenis zijn geweest, zeggen archeologen bij nader inzien.
Jan van Houwelingen zegt
Wist al best veel over de achtergrond van mijn naam en de geschiedenis van de woonplaats Houweninge. Maar deze taalkundige zoektocht is ook interessante informatie. Waarvoor dank.
Heb ook het resultaat van de zoektocht naar de stamboom van het geslacht van Houwelingen.
Hein Elemans zegt
Beste Bas,
Ik ben op zoek naar toponiemen als Houw en Houwer in de betekenis van spuikom, spoelmeer, vankput,
Jij noemt dit niet, maar zeker in het rivierengebied, met eb en vloed en/of rivierhoogwaters, moeten hier ook houwpolders zijn geweest om hun water te kunnen lozen. Dit zal in eerste instantie met vrije lozing plaats gevonden hebben via een zijl of heul in de dijk, later met molens. Hoe zie jij dit ?
Hein Elemans