Die samenstelling van het OMT ten tijde van Covid-19, wat zou de minister-president daarover kunnen zeggen? Premier Rutte op 1 februari 2023 in de Tweede Kamer: “De leden in het OMT zijn natuurlijk mensen van naam en faam, dus die hebben ook kennis van die griepepidemieën. Maar ik begeef me nu als historicus op een ander terrein, dus wellicht kan de heer Kuipers daar nader op ingaan.” De heer Kuipers: lees de minister van VWS, medicus.
De historicus over wie de heer Rutte hier spreekt is hij zelf. Zo verwijst hij vaker naar het vak waarin hij ooit afstudeerde. Soms vindt hij dat niet terecht. Volgens dezelfde Handelingen van de Tweede Kamer (maar nu die van een paar dagen tevoren, 25 januari 2023) zegt hij: “Ik pas op met mezelf historicus te noemen. Ik heb het ooit eens gestudeerd, maar daarmee ben je nog geen historicus. Je moet dat dan ook iedere dag blijven beoefenen en dat lukt me qua tijd nu gewoon niet.” Iedere dag! Geschiedenis moet een serieus vak zijn.
Hoe dan ook, het gaat in de Tweede Kamer vaker over iemands opleiding – de minister van Justitie en Veiligheid merkte over zichzelf niet lang geleden nog op dat ze géén juriste was.
De huidige voorman van haar partij mag geschiedenis gestudeerd hebben, aan zijn taal te oordelen klinkt hij – met al zijn ervaring – inmiddels geregeld juist wel als jurist. Nou laten we zeggen, iemand die een poosje rechten gestudeerd heeft. Dat horen we in de Kamer, maar ook op de wekelijkse persconferenties. Neem een uiting als deze (de pc van 3 december 2010) waarmee hij zich als student rechten lijkt te onderscheiden: “(…) dat alle bureaucratie die in de weg kan staan van de oplossing van dit probleem, dat die wordt opgeheven”.
Of deze (29 januari 2013, een speciale persconferentie met het oog op de troonswisseling): “dat staat niet in de weg dat het een prachtige dag wordt”.
Het klinkt wat officiëlerig, denk aan het serietje in dit blog over Gestand doen, soepel is de taal in dit opzicht nog niet en een ingezetene zou zich af kunnen vragen: kan het ook wat rechtstreekser? De premier had het de eerste jaren van zijn baan véél over niet in de weg zitten, staan of lopen – het duurde volgens de verslagen tot 16 oktober 2015 dat hij zich met deze taal echt als jurist uitliet op een vraag over de MH17: “omdat wij natuurlijk dat willen doen voorzover dat niet in de weg staat aan een succesvolle uitvoering van het 3e spoor”. Aan! De jurist-in-opleiding, JIO Rutte zei hier voor het eerst op een persconferentie dat X niet in de weg stond aan Y. Niet-juridisch geschoolden zeggen simpeler X staat Y niet in de weg, juristen hebben het over X staat niet in de weg aan Y. (Bijvoorbeeld: “Ten aanzien van de verdragen die hieraan in de weg zouden staan, merk ik het volgende op.”)
Op de wekelijkse persconferenties noteren we van Rutte vanaf die vrijdag in oktober van 2015 dit soort uitingen, sprekend een jurist:
- “dan gaat dat uiteindelijk energie kosten en ook in de weg zitten aan het oplossen van die belangrijke vraag ‘Hoe gaan we nou om met de uitslag?’”
- dat wat hier gebeurd is niet in de weg staat aan bewindspersoon zijn.
- Ik behoor tot degenen die zich thuis voelt bij het grondwetsartikel 23. En dat staat ook niet in de weg aan te kunnen ingrijpen.
Die laatste van het trio voorbeelden is wat stroefjes, maar juridisch-talig klínkt het. Of neem deze curieuze samenloop-van-zeggen waar de vraag bij op zou kunnen komen: wat is nu eigenlijk het specialisme van Rutte?: “Ik heb zelf niet de indruk dat deze zaak daaraan in de weg staat. Maar goed, ik ben geen jurist. Maar ik heb niet de indruk dat dat in de weg staat.”
Rutte is misschien geen jurist, afgaande op zijn taal lijkt hij zijn propedeuse gehaald te hebben.
Maar dan is daar opeens het CDA dat rammelt aan Rutte-IV en heronderhandelingen verlangt over het regeerakkoord, althans op een nader te bepalen datum. De persconferentie van 6 april 2023 van de minister-president:
- en dat staat ook niet in de weg om ervoor te zorgen dat we nu zo snel mogelijk stikstof gaan reduceren
- heeft het CDA gevraagd ‘willen we opnieuw bespreken’ en dat zit niet in de weg om nu vaart te maken
- wat dus niet in de weg staat bij het nemen van maatregelen
Niet in de weg om, niet in de weg bij? Is de minister-president van schrik van het juridische pad? Een week later (14 april 2023) is de premier weer bij de les: “Dat is nou echt een politiek vraagstuk, maar dat staat niet in de weg aan de inhoudelijke oplossing.”
En van dezelfde datum: “(….) maar die discussie staat niet in de weg nu aan de uitvoering van het stikstofbeleid”.
Vandaag is het debat over het Landbouwakkoord dat er niet kwam en er rijden weer trekkers naar Den Haag. Wat staat de deelneming van Rutte in de weg? De NATO.
Dit stuk verscheen eerder op het blog van Siemon Reker.
Laat een reactie achter