De bomen voor het koffiehuis
De bomen voor het koffiehuis
zijn koffiehuizen voor de mussen
zij schuilen samen op de takken
en gekwetter klinkt zinledig tussen
het muziekje van de bladerkruin
Zij vliegen langs het raam en denken:
de stoelen in het koffiehuis
zijn de bomen voor de mensen
die samenschuilen verder van hun nest
dan wij woorden ver van de wind verloren tussen
het muziekje van een strijkorkest
Zij vliegen langs het raam en denken:
mensen hebben geen vleugels
geen bomen en geen nest.
Zij zien misschien mijn hand
die zich in jouw hand legt
herkennen dons gras twijgen
daarin die men tot onderkomen
voor vleugelwarmte vlecht.
Ankie Peypers (1928-2008)
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail
Laat een reactie achter