Als het waar is wat onze collega’s klimaatwetenschappers zeggen, en we hebben geen reden dat niet aan te nemen, is de kans groot dat de mensheid afstevent op een ramp. Er zijn ook allerlei tekenen die daarop wijzen: men hoeft de klimaatgerelateerde natuurrampen van het afgelopen jaar maar op een rijtje te zetten. We staan met grote waarschijnlijkheid aan de vooravond van moeilijke tijden.
En nu?
In Trouw publiceerden de lerarenopleider Jan Willem van der Weij en een aantal van zijn collega’s gisteren een artikel waarin ze oproepen om het schoolvak Nederlands drastisch aan te passen. Dat moet in hun opzichten op een drastische manier gebeuren: het is niet genoeg dat leraren zelf aandacht besteden aan klimaatfictie, aan manieren om je te wapenen tegen desinformatie, of aan manieren om zelf uiting te geven aan je gedachten en gevoelens over het klimaat, de relatie tussen het schoolvak en Nederlands moet officieel verankerd worden, in de kerndoelen en eindtermen voor het vak.
Het betoog overtuigt mij niet. De genoemde vaardigheden zijn allemaal zonder twijfel belangrijk, maar ze maken natuurlijk al lang deel uit van de kerndoelen en de eindtermen. Het is niet duidelijk dat die vaardigheden ineens substantieel anders worden als het gaat om het klimaat. Dat probleem is misschien van een existentieel grotere orde dan andere kwesties waarover je kunt lezen of schrijven of naar informatie zoeken – maar het is niet duidelijk waarom dat verschil maakt.
Het lijkt de collega’s er dus om te doen dat er officieel moet worden vastgelegd dat het klimaat een onderwerp is bij Nederlands. Dat zou een unicum zijn, want er is nog nooit eerder vastgelegd waarover de te lezen literatuur of de te voeren debatten zouden moeten gaan, afgezien van de eis dat er aandacht wordt besteed aan de inhoud van het vak zelf (bijvoorbeeld aan literatuurgeschiedenis).
Het idee is natuurlijk op zich sympathiek dat je het gevoel hebt dat de crisis zo groot is dat het alle hens aan dek is en dat iedereen dus aandacht aan de problemen moet besteden, maar ik geloof toch niet dat dit de weg is. Er zijn tal van andere problemen om te bespreken (vluchtelingenstromen op de wereld, kunstmatige intelligentie, de almaar groeiende rijkdom in handen van een almaar kleiner groepje wereldburgers). Die hebben allerlei banden met het klimaat, maar dan kun je net zo goed meteen zeggen dat er gelezen en gedebatteerd moet worden over problemen. En daar hebben we toch ook altijd nog andere vakken voor.
Maar daar komt nog iets bij. Ik vraag alvast vergeving voor mijn sentimentaliteit. Er is een bekende, aan verschillende personen toegeschreven en op verschillende manieren vertelde anekdote over een generaal en een politicus die met elkaar in gesprek zijn. De politicus vertelt dat hij geld gaat investeren in het muziekleven in zijn land. “Hoe helpt een symfonie-orkest om ons land te verdedigen?” vraagt de generaal. “Dat symfonie-orkest”, zegt de politicus, “is de reden waarom we ons land willen verdedigen.”
Dat lijkt me ook het geval met het klimaat. We willen dat de mensheid overleeft, maar waarom? Wat mij betreft is minstens een deel van het antwoord: omdat we menen dat het universum mooier is met menselijkheid, met de creativiteit, de diepgang, het nadenken over problemen, het debatteren, het informeren en zelfs het desinformeren.
Ik zou zeggen: als het schoolvak iets van inhoud moet hebben is het de menselijkheid. Met name zoals we die zien weerspiegeld in de menselijke taal en de menselijke literatuur. Onder andere omdat die een belangrijke reden is om je zorgen te maken over het klimaat.
Laat een reactie achter