Net als Frank Lekens ken ik ulevellen ook alleen uit Lucky Luke en Billy the Kid. Het zijn de snoepjes die Billy gapt van de kruidenier en die uiteindelijk tot zijn ondergang leiden. Het curieuze is dat die ulevellen maar op een paar momenten ulevellen worden genoemd in dat album. De inconsequentie van de (anonieme) vertaler (of vertalers) van dat album is verbijsterend en misschien zelfs uniek in de annaliën van Vertaliën. Kijk mee en huiver.
Eerst is het een toffee (blz. 14) maar op het volgende strookje wordt het al een caramel (tweemaal) en in de strook daaronder opnieuw:
Op blz. 25 zijn de ulevellen veranderd in rode ulevellen die meteen, in het strookje daaronder, in de mond van dezelfde spreker (de kruidenier Rawson), toffees worden:
Op blz. 27 blijven het tweemaal rode ulevellen, maar op blz. 28 worden ze daarentegen plotseling, notabene door dezelfde Rawson, caramelletjes genoemd – alsof de goede man niet eens weet wat hij in het assortiment heeft:
Op blz. 39 en 40 worden het dan weer rode ulevellen (tweemaal), en als uitsmijter krijgen we toch weer caramellen (blz. 45):
Het snoepgoed wordt veertien keer genoemd en heeft die veertien keer vijf verschillende benamingen:
1x caramelletjes,
2x ulevellen,
3x toffees,
4x rode ulevellen en
5x caramellen.
Uniek! Wat nu precies de caramels rouges waren (zoas ze in het Frans heten), zal waarschijnlijk de Franstalige spreker evenmin meer weten als de Nederlandstalige lezer zijn ulevellen nog paraat heeft. Een recente caramel is de volgende, kortgeleden op de Ferme de la Guichardière in Dollon (Sarthe) meegenomen uit een bakje divers ingewikkeld snoepgoed dat daar ter gelegenheid van de komende kerstdagen voor het grijpen lag. De caramellen waren, zo werd mij verzekerd, mous (zacht), maar bij nadere proeving nu ook weer niet zo zacht als Nederlandse, rechthoekige toffees. Ze waren ook niet rood, maar ik weet niet of die kleuraanduiding indertijd op het wikkeltje sloeg of op de caramel zelf – te oordelen naar de kleur in het stripalbum op allebei.
Zijn ulevellen met die caramels te vergelijken? Wellicht. Ulevellen waren harde snoepjes in een papiertje gewikkeld waar een spreuk op stond. Ik kom ze net toevallig in Woutertje Pieterse tegen:
– Ik niet lezen! O papa, luister eens!
Herman nam ’n ulevel, ploos er ’t devies uit, en las:
Een vader die z’n zoontje plaagt…
– Dat staat er niet, riep Sietske. l’Amour est un enfant tromp…
– Trompette, zei Willem.
Frank Lekens zocht ook uit hoe het snoepgoed door de nieuwe vertaler James Vandermeersch is vertaald, en dat bleek weliswaar veel consequenter gebeurd te zijn, maar ook veel slapper, als snoepjes en snoep.
Terwijl – en dat zal iedere oudere lezer beamen – ulevellen het woord is dat is blijven hangen en dat daarom node gemist wordt. Dat is de kracht van taal! De magie van woorden!
Natuurlijk kun je van de caramels rouges behalve snoepjes ook toffees, caramellen of zuurtjes maken, maar je kan er ook net zo goed borstbollen (de Gentse lekkernij), babbelaars (de Zeeuwse), Haagse hopjes van maken – of je laat de ulevellen de ulevellen. Zo slecht was die vertaling niet. Maar de voornaamste pre van ulevellen is juist het exotische ervan: het woord blijft hangen, je leert er nog eens wat van. Een nieuwe vertaler mag er heus wel iets anders van maken, als het dan ook maar iets net zo bijzonders is.
Dat mogen vertalers zich in de oren knopen: maak het bijzonder, maak het vreemd, zorg dat het blijft hangen. Dus niet alles normaler, begrijpelijker willen maken, afstemmen op de leefwereld van het beoogde publiek, integendeel: de beoogde lezers snakken ernaar om iets op te steken en niet als halve debielen te worden behandeld.
_____
Verwijzingen. De blog van Frank Lekens staat hier – verplichte leeskost! In het vervolg van Billy the Kid, het album Het escorte, komt de lekkernij nog een paar keer voor, maar minder exuberant vertaald, namelijk als rode toffee’s (blz.9), als toffees (zelfde bladzijde), weer als toffees verpakt in toffeepapiertjes (blz. 23), als toffees rouges geschreven op een doos (blz. 36) en weer als toffees (blz. 41). Mijn Woutertje Pieterse is de editie van Dr. J. van den Bergh van Eysinga-Elias, Elsevier, 1920. Over James Vandermeersch, zie blog 228 en 236.
Dit stuk verscheen eerder op VandaagsVertaalProbleem.
Gerard van der Leeuw zegt
En jarig Jetje dan? Daar ken ik ulevellenc van. Maar ik vind als kind Lucky Luke al niks…….
Irina zegt
Precies, Ik dacht ook meteen aan jarig Jetje. Ulevellen bracht zij mee, ieder kreeg er minstens twee!
Wim van de Zandt zegt
Ik kan me de ulevellen nog goed herinneren. In de jaren veertig en vijftig waren ze nog te koop bij Jamin. Onverpakt. Rood waren ze, inderdaad.
Ik kreeg er wel eens een van de buurvrouw, die mijn broer en ik oma noemden. Wat haar ulevellen bijzonder maakte, was dat ze de lekkernij eerst vochtig maakte en met een zilveren klontjestang even door de suikerpot haalde. Dat maakte ze nog extra lekker.
Ruud Poortier zegt
Als kind kende ik wel “Jarig Jetje”, maar had geen idee wat ulevellen waren. Deden me denken aan onaantrekkelijke vellen op gekookte melk. Maar ze waren volgens het liedje wel lekker, want Jetje en de vriendinnen hadden de traktatie al op voor ze op school waren…
hansvanderveen1kpnmailnl zegt
Heerlijk, mijn moeder zong dit liedje 60 jaar geleden al voor haar kinderen. Werd er altijd een beetje droevig van…. Voor mij waren het dunne, rechthoekige snoepjes met verschillende smaken, omwikkeld met een papiertje waarop een spreuk stond dacht ik.
Hans van der Veen
Wim van de Zandt zegt
Hans, ik weet waar je het over hebt. Dat waren ijsbonbons, volgens mij.
Zie https://images.app.goo.gl/jr7sTadrXv1TMpqU7
Frans zegt
Ik meen dat Frits Uhlefeltjes of iets in die richting zegt, althans volgens Droogstoppel. Maar het zou best eens vanwege Billy the Kid kunnen zijn dat me dat is opgevallen.