Het is misschien wel de beruchtste lettercombinatie van het Nederlands: dt. Alleen al die twee letters roepen bij iedereen direct het idee van werkwoordspelling en daarmee bij velen stress en onzekerheid op. Schrijf je in deze zin nou word of wordt? Is werdt echt altijd fout en waarom schrijven sommige Vlaamse auteurs, en niet de minsten, het dan toch? Zo schrijft Griet Op De Beeck in haar romans gij vondt, gij riept en gij werdt en dat is niet fout, zegt ze zelf. Ook hier op Neerlandistiek is er een en ander over gezegd. Over werkwoordspelling weten we al een en ander en door een aantal neerlandici wordt volhardend onderzoek gedaan naar wat door Van der Veldes proefschrift uit 1956 ook wel de ‘De tragedie der werkwoordsvormen’ is gaan heten, maar het is komkommertijd en dat betekent dat ook onderzoekers eens een zijpaadje mogen inslaan. Dit is een van die zijpaadjes en ik kwam het tegen tijdens een rondje op de racefiets in de buurt.
Na een kleine vijftig kilometer flinke tegenwind bevond ik mij in de buurt van het kleinste dorp van Nederland, ’t Woudt, waar je naast slechts 33 inwoners (inclusief de jongste, geboren in 2022) en een prominente, laatgotische kerk ook een leuk terrasje vindt bij Koffiehuis De Hooiberg, naast natuurlijk het plaatsnaambord met die mooie lettercombinatie op het einde. Gekscherend appte ik, terwijl ik op mijn koffie wachtte, mijn student-assistente Mette Rebel, met wie ik eerder aan publicaties over de spelling van Engelse leenwerkwoorden en homofone persoonsvormen voorafgaand aan persoonlijk/bezittelijk je (te verschijnen) werkte, dat we ons volgende artikel wel over dt in plaatsnamen kunnen schrijven. Waarom niet eigenlijk?
Het is een mooi contrast – van een kerkdorp waarvan de naam al in 1262 wordt genoemd naar 2024, waarin ik met een paar drukken op de knop plaatsnamen doorzoek met behulp van online plaatsnamenlijst Metatopos. Om maar te beginnen met de vraag die menig lezer nu zal hebben, hoeveel plaatsnamen eindigen nu eigenlijk op die vermaledijde lettercombinatie? Het zijn er, van in totaal 6.464 plaatsnamen inclusief de kleinste buurtschappen, welgeteld negen: ’t Woudt, ’t Zandt, Achter-Lindt, Aerdt, Brandt, Gendt, Kleine-Lindt, Nieuwstadt en Onder Eindt. Het gaat hierbij overigens alleen om officiële plaatsnamen – een afkorting zoals Dordt voor Dordrecht, half zo lang maar dubbel zo leuk, waarover Mette mij terugappte en dat onder andere bekend is van de historische uitdrukking ‘Hoe dichter bij Dordt, hoe rotter het wordt’, doet dus niet mee. Ook plaatsnamen waarin dt voorkomt, maar niet aan het einde, doen niet mee – sorry Aldtsjerk, Geldtienden, Griendtsveen, Nieuwebildtzijl, Oude Bildtzijl, Readtsjerk en Stadterij. Qua dt-dichtheid is er een gedeelde eerste plaats: zowel Zuid-Holland als Limburg kent er drie. In Groningen vind je er twee, in Gelderland een en in de overige provincies geen.
Van de negen dt-dorpen heeft een aantal homofone tegenhangers. Als je wordt gevraagd naar de weg naar ‘t Woudt, is de eindletter van belang; ’t Woud, zonder t, bestaat namelijk ook, maar ligt niet in Zuid-Holland, maar in Gelderland. Waar de plaats ’t Zandt met dt alleen in Groningen te vinden is, vinden we ook ’t Zand zonder t in Groningen, dus daar is het oppassen geblazen. Het t-loze ’t Zand vind je overigens ook in Noord-Brabant en wel vier keer: in de gemeenten Alphen-Chaam, Land van Cuijck, Schagen en Altena. ’t Zand komt in de provincie Gelderland tweemaal als plaatsnaam voor, in de gemeenten Hattem en Nijmegen. Waar Brandt met dt alleen in Limburg te vinden is, vind je Brand zonder t uitsluitend in de gemeente Maashorst in Noord-Brabant. Nieuwstadt met dt blijkt in Limburg te liggen, terwijl je de t-loze pendant zowel in Groningen als Overijssel kunt tegenkomen.
Terug naar ’t Woudt. De plaatsnaam duikt, volgens het kloeke Nederlandse plaatsnamen verklaard van Gerald van Berkel en Kees Samplonius (zie ook de etymologiebank), voor het eerst op in 1262 en slaat op wold ‘moerasbos, zompig bos’. Volgens ’t Woudt, De rijke geschiedenis van het kleinste dorp van Nederland van Jacques Moerman komen toponiemen met woud veelvuldig voor rond Delft en geeft de naam informatie over het gebruik van het gebied in relatie tot de omliggende gebieden. Zo lag het moeras van ‘t Woudt vlak bij een nesse, een ‘soort landtong’, dat de naam Hoog-Harnasch kreeg. De schrijfwijze van ’t Woudt is in de loop van de eeuwen van Woude, Wout en Twout tot ’t Woudt geworden. Hoe de combinatie dt daar precies terechtgekomen is, vertellen de genoemde boeken niet, maar wellicht zijn er plaatsnaamkundigen die daar ideeën over hebben.
Het aantal plaatsnamen dat op alleen een d of een t eindigt, is vele malen groter dan het aantal dt-dorpen, respectievelijk 482 en 671, maar die plaatsnamen zijn natuurlijk niet half zo interessant. Zodra ik de hardloopschoenen aantrek, op de racefiets stap of in de auto of trein langs een bord kom, trekken die plaatsnamen zelden mijn aandacht, maar een plaatsnaam die eindigt op dt – instant beroepsdeformatie. Ik zie dan ook een challenge aankomen: wie reist zo efficiënt mogelijk langs de negen dt-dorpen deze zomer? Dat moet toch te doen zijn voordat aan het Hollandse zomerweer en de komkommertijd een einde komt.
Bernard Heijne zegt
Beste Marc,
’t Zand is een dorp in de gemeente Schagen, in de Nederlandse provincie Noord-Holland.
Peter Hannemann zegt
Zou het kunnen dat het Limburgse “Nieuwstadt” een Duitse invloed heeft? In Duitsland eindigen immers alle plaatsnamen met “-stadt” op -dt, zoals de vele plaatsen die “Neustadt” heten. Nieuwstadt ligt immers vlak bij de grens.