Over het belang van schrijvers voor de klas
De auteur staat op het speciaal voor dit moment opgezette podium, dat ingericht is met twee sofa’s, een salontafeltje en een boekenrekje met oude boeken. Headset op, boek in de hand en voor zijn neus 200 jonge luisteraars, aan hun stoel en aan zijn stem gekluisterd, gevangen in een verhaal. Setting: geen theaterruimte met professionele belichting en dito techniek, maar een multifunctionele ruimte in onze school. Het publiek: de oudste leerlingen op onze school. De eetzaal/feestzaal/lezingenzaal kan omgetoverd worden tot wat men maar wil. Over een uurtje worden er ballonnen opgeblazen, partytafels gezet en kan de oudleerlingenavond beginnen. Maandagochtend wordt er weer studie gegeven. De woorden van de auteur hangen misschien nog in de lucht, wie weet?
Het is bij ons op school inmiddels een traditie om auteurs voor de klas te brengen. De voorbije schooljaren passeerden onder meer Ilja Leonard Pfeijffer, Ish Ait Hamou, Charlotte Van den Broeck, Els Beerten, Bart Moeyaert en Tom Lanoye de revue. Op het programma staat nog de winnaar van de Boonprijs, Safae el Khannoussi.
Auteurslezingen zijn dus niets nieuws bij ons op school, maar de laatste paar jaar ligt de focus anders. De band die wij als leerkrachten met boeken, taal en bijgevolg ook met de auteurs hebben heeft zich vermenigvuldigd. Het vuur dat lezen voor een aantal collega’s ademt, drijft naar boven en grijpt om zich heen. Dat de kracht van woorden, literatuur, verhalen belangrijk is, staat buiten kijf. De eerlijkheid dwingt ons in te zien wat overduidelijk is: meer lezen is broodnodig en onderschatting en onverschilligheid zijn nefast. De ontlezing is veel te groot, zowel bij jong als bij oud. Het was onze werkgroep Taalbeleid duidelijk dat er verandering moest komen: een werkgroep Lezen Op School (LOS) werd in het leven geroepen, met een duidelijke focus op leesmotivatie en leesplezier. Auteurs op school uitnodigen is een belangrijke sleutel in het proces om het tij te keren en het leesplezier weer aan te zwengelen. Het enthousiasme is aanstekelijk, de leesgoesting stijgt gestaag. Leerlingen worden wakker geschud door het enthousiasme van de leraren: wie is die vreemde snuiter die bij ons op school komt? We mogen ons niet vergissen: jongeren lezen wel degelijk, soms meer dan we denken, en ook als ze dat niet doen, zijn het vaak kritische geesten. Wij moeten zelf ons vak aan hen verkopen, met wisselend succes. Generatie Z is bij momenten behoorlijk kritisch en afwachtend.
Samen zo’n lezing beleven brengt verbinding. Oud begeestert jong: ‘Weet je wel wie er naar school komt om voor ons te vertellen?’ En die jonge garde, die wij vaak zuchtend wegzetten als tam of niet geïnteresseerd, niet vooruit te branden, geen energie meer aan te verspillen, die wordt wakker geschud. Ze kijken op van ons enthousiasme, bij momenten ons gezwijmel. Het is de passie die het hem doet. Er is geen wij-zij meer, maar een duidelijk ‘ons’. Het samen uitkijken naar wie daar voor ons op dat podium klimt werkt verbindend. We doorlopen alle stadia van een Griekse theatervoorstelling: ergens weten we al wat er staat te gebeuren – de auteursbezoeken worden immers grondig voorbereid in de klas – maar toch ondergaan we iets wat absoluut op een soort katharsis lijkt (of dat misschien wel is): een loutering, een verandering, het zingen van de ziel. We zijn mee in het verhaal, of juist niet, maar desalniettemin kan dat verhaal er wel een tijdje over doen om te landen. De boekenstand en de signeersessie naderhand worden zeker niet door iedereen bezocht, maar het aantal stijgt elke keer weer. Op dat moment zijn we een heel duidelijke ‘wij’, verenigd in het verhaal dat verteld werd. Verenigd in enthousiasme poseren leerlingen en leerkrachten met de auteur voor selfies, we laten onze boeken samen signeren en gniffelen stiekem wat om dat groupie-gehalte. Of het nu de woorden zijn van Alkibiades, een gedicht, de rappende schuttingtaal van die schalkse schurk ReinAard, aangrijpende woorden over het einde van moeders, of woorden over het moois dat we delen: alle stemmen verenigen zich in die verhalen en die magie overstijgt tijd en ruimte.
En later zal misschien wel blijken dat het is blijven hangen, uit reacties van – jawel – diezelfde oud-leerlingen die naderhand de met ballonnen versierde ruimte binnentreden, waar verhalen van al die jaren tussen de muren zweven.
Als je heel stil bent, kan je ze misschien nog horen.
Laat een reactie achter