
Hoort! Trouw aan de verheven spraak van de maker bied ik u Bijwolf, mijn vrij te lezen stafrijmvertaling van het beroemde Oudengelse heldendicht—over de man en de monsters en menig anders in de oudheid van de noordelijke wereld.
Het is mijn bescheiden mening dat iedere loot van de Lage Landen met dit gedicht vertrouwd zou moeten zijn, niet alleen omdat het verhaal zich tevens hier afspeelt, tussen de Friezen en de Franken lang geleden, maar ook omdat het met zijn stijl en stafrijm een verleden geesteswereld weergalmt die evengoed van onze eigen voorouders was. Het is, recht gezegd, een zaak van erfgoed en algemene ontwikkeling.
Te meer is het mijn hoop dat dit werk mensen aanzet om zelf ook de Germaanse dichtkunst te bedrijven, nieuw leven in te blazen. Er zijn geen reuzen en draken meer noch helden die er de strijd mee aanbinden, met of zonder wapens, maar er is altijd genoeg te bezingen in het wild en de wijdere wereld waarin we ons bevinden. En ik zie graag schilders, tekenaars en klankenaars klein en groot zich wagen aan de verluchting en uitbeelding van dit en andere oude verhalen, opdat ze weer aanzienlijk in het zedendom worden.
De inleiding tot mijn vertaling heb ik opzettelijk zeer bondig gehouden, om de lezer niet te lang te laten waden. In de uitleiding neem ik meer de tijd, al was er alle mogelijkheid om nog veel langer door te gaan. Want er is over Béowulf al tweehonderd jaar nagedacht en opgeschreven door mensen van grote geleerdheid. Ik heb evenwel, meen ik, wat nieuwe dingen kunnen toevoegen.
Naar de vertaling.
IJzersterke vertaling, en heel spannend om te lezen!