
Het wordt tijd om de zoektocht naar de taalbrok van het jaar te verleggen naar nieuwe gronden. Op mijn oproep voor een beter woord van het jaar, schreef Roland de Bonth streng dat de kwestie van het woord van het jaar wetenschappelijk beslecht kan worden: de is het meest gebruikte woord van het jaar 2025, in ieder geval volgens de bronnen van het Instituut voor de Nederlandse Taal.
Op mijn oproep kwamen wel wat interessante alternatieven. Mijn favoriet is probleemwolf, een manier van niet-menselijke dieren benoemen die mateloos intrigerend is en waarschijnlijk veelzeggend voor onze tijd. We zien de wolf niet als een wild verscheurend beest en ook niet als een knuffeldier, maar als een probleem: de ultieme manier om de totale vervreemding van de mens met zijn medebewoners op de planeet te benoemen. Ik voorspel de probleemwolf daarom een fijne toekomst, en zie uit naar de komst van het probleemzwijn op het moment dat ook de everzwijnen hun domein vergroten dan alleen de Veluwe.
Vertrouwdheid
Het probleem met deze verkiezing was alleen dat er zoveel verschillende inzendingen kwamen, dat er geen lijn op te trekken viel. De stem van het neerlandistische volk laat geen duidelijk geluid horen. Dus houden we het maar op de.
Dan de zin van het jaar. Daar kwam ook een zo mogelijk nog grotere hoeveelheid zinnen op, maar die waren voor een groot deel ongeldig omdat ze uit 2024 stamden (‘ik ben beleid’) of omdat ze door de inzender zelf verzonden leken. Bij uitsluiting van al die voorbeelden bleef er wel één duidelijke winnaar over:
- Wij spreken elkaar niet vaak één op één.
Het was de eerste zin van de e-mail die NS-directeur Wouter Koolmees in juni stuurde naar honderdduizenden klanten, naar aanleiding van de stakingen bij de NS. De zin, en de mail, haalde verschillende media. Het is proza dat kenmerkend is voor de manier waarop overheid en grote organisaties ons benaderen. In de eerste plaats probeerde Koolmees zo via zijn klanten zijn gelijk te halen in een arbeidsconflict met zijn werknemers – dat die stakingen heel vervelend waren voor de klanten was vast waar, maar die stakingen waren ook te voorkomen geweest.
Maar de zin zelf is natuurlijk ook heel veelzeggend. Hij suggereert een vorm van vertrouwdheid die volkomen ongeloofwaardig is. Meer dan 99% van de aangeschreven heeft waarschijnlijk nooit met ‘Wouter’ (die zijn mail met zijn voornaam ondertekende) gesproken, en zal dit ook nooit doen. ‘Niet vaak’ is dan strikt genomen wel juist (nooit is niet vaak), maar suggereert dat de mogelijkheid er wel inzit. Enfin, de mail werd in juli uitvoerig geanalyseerd door Jan Renkema.
Hoe dan ook feliciteren we vanaf deze plaats Wouter: de volgende keer dat we elkaar spreken, zullen we hem de prijs overhandigen.
Laat een reactie achter