Door Marc van Oostendorp
Met het woordje huh? kun je over de hele wereld terecht. Probeer het maar: ga naar een ver en vreemd buitenland, liefst een waar niemand een taal spreekt die u ook spreekt. Meng u onder de lokale bevolking en laat deze tot u spreken. Hoor een en ander geduldig aan en zeg dan: huh? Men zal opgelucht merken dat u een van de hunnen bent, en het voorafgaande nog eens herhalen.
Uit onderzoek dat een groepje Nijmeegse onderzoekers vandaag op PLOS One publiceert (de eerste auteur is Mark Dingemanse, een snel rijzende ster aan het firmament van de vaderlandse taalwetenschap), blijkt het zonneklaar: wij sprekers van het Nederlands staan niet alleen met ons huh? We delen het woord met sprekers van het Cha’palaa (in Ecuador), het IJslands, het Italiaans, het Lao, het Mandarijn, het Murrinh-Patha (in Australië), het Russisch, het Siwu (in Ghana) en het Spaans.
De onderzoekers beweren daarom dat huh een ‘universeel woord’ is. Hebben ze daarin gelijk? Is het universeel? Is het een woord?
Je kunt er natuurlijk over discussiëren over een groep van 10 talen genoeg is om zo’n bewering te doen, vooral als vijf van die talen uit dezelfde taalfamilie komen. Maar taalkundigen hebben wel drastischer beweringen gedaan op nog kleinere verzamelingen voorbeelden, en dat bleek lang niet altijd onzin. Het is hoe dan ook veelzeggend en wonderlijk dat er op allerlei continenten talen te vinden zijn met zo’n woordje.
Is huh inderdaad een woord? Je zou dan eerst moeten definiëren en dat doen de Nijmegenaren ook keurig. Voor hen is een woord een taaluiting die moet worden geleerd. Dat is voor huh? het geval: de precieze klanken verschillen van taal tot taal. Het Italiaans en het Spaans hebben bijvoorbeeld geen h, en die klank komt dan ook niet voor in hun equivalent van deze taal. Daar zegt men respectievelijk èè? en ee? In het Nederlands gaat de toon tijdens huh? omhoog, net als tijdens alle vragen, maar in het IJslands gaat de toon eerder omlaag.
Zo bezien is het begrip ‘universeel woord’ dus een logische onmogelijkheid: je weet pas dat er iets te leren valt wanneer twee woorden van elkaar verschillen. Toch is er iets aan de hand. De woorden in al die talen lijken veel te veel op elkaar om alleen maar toeval te zijn.
De oplossing van de Nijmegenaren komt op het volgende neer. Huh? is de minimale vraag. Die bestaat alleen uit de kenmerkende intonatie: de toonbuiging die je ook gebruikt om Thee? anders te doen klinken dan Thee! Alleen een toonbuiging kun je echter niet uitspreken. Daar moet op zijn minst een klinker onder; dat wordt dan de eenvoudigste klinker die de taal in de aanbieding heeft. Voor een taal als het Nederlands is dat de uh ([ə]) en voor het Italiaans de è ([ɛ]). De h die er in het Nederlands nog wordt voorgevoegd is een soort minimale medeklinker, die de lettergreep compleet maakt, maar die het Italiaans nu eenmaal niet heeft.
De verschillende talen hebben het woord huh dan ook niet van elkaar overgenomen; dat het in al die talen voorkomt wijst bovendien niet op een gemeenschappelijke oorsprong van al die talen. Ze hebben alleen allemaal hetzelfde probleem – je wil de minimale vraag stellen om je gesprekspartner duidelijk te maken dat hij het niet begrepen heeft – op dezelfde manier opgelost.
De onderzoekers bouwden zelf een interessante kleine website, waarop onder andere het huh?-woord te horen is in de onderzochte talen.
Laat een reactie achter