Door Marc van Oostendorp
Wat is het verschil tussen zij en ze? Ja, de eerste heeft meer nadruk dan de tweede, maar verder? Uit allerlei onderzoek van de laatste paar jaar blijkt dat de vormen zich – net als je en jij of hij en ie en meer van dat soort paren – langzaam uit elkaar bewegen. Gaandeweg krijgt ieder van die vormen zijn eigen, speciale betekenisnuance. Wie weet zien onze achterkleinkinderen ze ooit als totaal verschillende woorden.
Dat blijkt nu ook weer uit een nieuw artikel in het wetenschappelijke tijdschrift Lingua. De auteurs hebben bij Vlaamse en Nederlandse proefpersonen een experimentje laten doen waarbij ze de gaten in de volgende zinnetjes lieten invullen:
- Plotseling valt de klok tegen de inbreekster aan. Is __ nu kapot?
- Plotseling valt de klok tegen de inbreekster aan. Is __ nu verraden?
Als je weet dat klok een vrouwelijk woord is – Nederlanders weten dat meestal niet, Vlamingen boven de vijftig vaak nog wel, al verdwijnt het verschil tussen mannelijk en vrouwelijk langzaam maar zeker ook in Vlaanderen – waar was ik, oh ja, als je weet dat klok een vrouwelijk woord is, dan is de kans groter dat je in het eerste geval ze hebt ingevuld en in het tweede geval zij, dan dat je het bijvoorbeeld andersom hebt gedaan.
Let wel, het gaat hier om een kans. Zij en ze kunnen allebei in allebei de zinnen. Alleen is de kans op ze groter in de eerste dan in de tweede. Wanneer je klok liever niet als een vrouwelijk woord ziet, kun je het testje nog eens overdoen met inbreker. Dan blijkt iets soortgelijks: in de eerste zin wordt vaker ie gezegd dan in de tweede, waar mensen juist dew voorkeur geven aan hij.
Het verschil is er een tussen levende en niet-levende wezens (of misschien tussen mensen en alle andere objecten in de werkelijkheid). Er is zowel onder Nederlanders als onder Vlamingen een neiging waarneembaar om naar de eerste vaker met zij te verwijzen, en naar de tweede met ze.
Wat de verklaring hiervoor precies is, daar komen de onderzoekers niet helemaal uit. Misschien komt het, schrijven ze, doordat zij iets meer de nadruk legt op het vrouwelijke geslacht – en zelfs voor mensen die nog aanvoelen dat klok een vrouwelijk woord is, is een inbreekster natuurlijk toch duidelijker vrouwelijk dan een klok. Anderzijds komt het misschien wel doordat zij meer de nadruk legt, en daardoor gaat over belangrijke informatie; en we zijn nu eenmaal altijd geneigd om mensen belangrijker te vinden dan klokken.
andre rodenburg zegt
De meeste ('Noord') Nederlanders weten wel dat er vrouwelijke woorden bestaan, maar hebben geen idee welke dat zijn. Dus gebruiken ze te pas en te onpas 'ze', 'zij' en 'haar' om alles aan te duiden wat niet het natuurlijk mannelijk geslacht heeft, bijvoorbeeld niet alleen de regering (v.), maar ook de ministerraad (m.) en het kabinet (o.).
Mient Adema zegt
Ik houd het erop dat "ze" de nonchalante vorm van "zij" is, zoals "ie" de wegdenkende vorm van "hij" is. De begrippen "zij", "hij", "ze" en "ie" focussen op verschillende manier op het object in dat ze bedoelen, waarnaar ze verwijzen. De context moet de rest doen. Het zou b.v. al heel anders zijn als in het eerste voorbeeld de zin werd gebruikt "is ze er nu kapot van?" en in de tweede "is ze nu, ondanks al die mooie reclame, verraden?"
Los van de achterliggende drive denk ik overigens dat "zij" terrein verliest aan "ze", met name waar het gaat om vrouwelijke personen die al eerder in een praatje o.i.d. aan de orde zijn geweest. Bij echte objecten speelt het al heel veel minder.