Door Marc van Oostendorp
“Mijn praatje”, zei een spreekster gisteren terwijl ze nog maar net begonnen was, “is een uitgelezen mogelijkheid voor u om een middagdutje te doen. Ik zeg zodadelijk wel vijf keer hetzelfde.” Ze kwam er in de 45 minuten die haar lezing duurde – ze was één van de keynotes in het congres dat ik dezer dagen bijwoon – zo vaak op terug dat ik van de weeromstuit meteen rechtop ging zitten.
Het is een van de bekendste en tegelijkertijd een van de vaakst overtreden regelen van de kunst van het lezingen geven: je moet je nooit verontschuldigen. Je mag alles zeggen, maar niet dat je lezing niet helemaal klaar is. Of dat je niet zeker weet of het publiek er wel iets aan zal hebben. Of dat het eigenlijk zinloos geworden is na de vorige lezing.
Al die zaken worden echter regelmatig gezegd, en heus niet alleen door beginners.
Ik ben me dan altijd te veel bewust van het feit dat er hiermee een regel wordt overtreden om goed te kunnen evolueren. Ik smeek de hele tijd alleen maar in gedachten ‘Nee! Niet doen!’, zodat ik niet goed weet wat ik nu écht denk.
Dus ik besloot deze keer eens goed op te letten. Als die lezing zo saai was als de spreekster beweerde, kon ik de tijd ook gebruiken om wat te experimenteren op mezelf. Wat voor gevoelens riepen die excuses in me op?
Er zijn denk ik twee argumenten die worden gegeven tegen die excuses. De eerste dat het publiek zelf wel uit zal maken wat ze van je lezing vinden; dat argument geldt dus ook tegen al te overdreven enthousiasme over je eigen resultaten. De tweede is dat je op deze manier de kans loopt dat je publiek je gelijk gaat geven: inderdaad, wat een tijdverspilling.
Maar het is natuurlijk ook een manier om contact te leggen met je publiek, en ik neem aan dat dit de reden is dat die regel best vaak overtreden wordt. Wij wetenschappers zitten niet in het vak om mooie verhalen te vertellen, maar om de waarheid te vertellen. En als die waarheid nu toevallig is dat de onderzoeksresultaten slaapverwekkend zijn, moet je dat ook vertellen.
Het probleem met die verontschuldigen is, kortom, misschien wel vooral dat je een regel schendt en dat sommige luisteraars daar dan even door worden afgeleid. Maar is dat een reden om die regel dan niet te schenden!
Zo zat ik wat te suffen, toen ik ineens werd wakker geschud door een ijselijke kreet: “Kijk! Kijk nou!” De spreekster wees met afgrijzen op het scherm. “Uit alle vijf experimenten kwam steeds hetzelfde resultaat! Wat saai!” Toen pas begreep ik wat bijzonder het was dat er inderdaad op vijf verschillende manieren hetzelfde was aangetoond.
Taalprof zegt
Heet dit ook niet een 'captatio benevolens'?
Mient Adema zegt
Er mag anderzijds veel om de aandacht van je publiek vast te houden. Wat te denken van die zogenaamde verwarring als een redenaar, kruipend in het vel van zijn publiek, zegt "eh, waar was ik ook alweer, oh ja…"
Taalprof zegt
benevolentiae, bedoel ik natuurlijk