Wat betekent het als je iets tussen haakjes zet? Ik probeerde deze week literatuur te vinden over deze belangwekkende kwestie, maar ik kon niets vinden. Misschien heeft er ooit weleens iemand over geschreven, maar een bloeiende tak van wetenschap lijkt de leestekenkunde niet te zijn.
Leestekens zijn de stiefkinderen van het taalonderzoek. Ze horen bij de geschreven taal; de meeste taalkundigen zijn daar minder in geïnteresseerd omdat ze vooral belangstelling hebben voor gesproken taal, die natuurlijker zou zijn. En degenen die de geschreven taal wél serieus nemen, richten zich dan weer vooral op spelling van woorden. Zoals dictees alleen gaan over verkeerde d’s en t’s, en nooit over een misplaatste puntkomma, zo richt ook het onderzoek zich vooral op het woordbeeld.
Ik kwam erop doordat ik een compliment wilde uitdelen op Facebook.
De schrijfster Ann De Craemer meldde op Facebook dat ze voortaan in Onze Taal gaat schrijven over taal in Vlaanderen. Ik vind dat fijn, want De Craemer schrijft heel goed en met kennis van zaken. En als je iets fijn vindt, dan meld je dat – zo gaan die dingen op Facebook. In eerste instantie tikte ik:
– Dan worden we een soort collega’s, wat een eer (voor mij).
– Dan worden we een soort collega’s, wat een eer voor mij.
Wat was er mis met die haakjes? Waarom is die tweede vorm zoveel aardiger (en juister)?
Wat betekenen die haakjes? Wat is het verschil tussen pakweg de volgende twee zinnen:
– In Italië is het eten lekkerder en goedkoper.
– In Italië is het eten lekkerder (en goedkoper).
In de eerste zin staan lekkerder en goedkoper vrijwel volkomen parallel aan elkaar, het zijn even belangrijke kwaliteiten van het eten; er ligt misschien wat nadruk op goedkoper omdat het aan het eind staat, maar veel verschil is er niet. In de tweede zin wordt lekkerder gepresenteerd als de belangrijkste van de twee kwaliteiten, en goedkoper als een soort nagekomen gedachte, iets dat eerder een bijkomend voordeel is dan een overweging om naar het land waar de citroenen bloeien te trekken.
Maar er zit ook een andere kant aan. Door dat ‘(en goedkoper)’ tussen haakjes te zetten, suggereer je dat de lezer misschien even herinnerd moet worden aan die kwaliteit. Waarom zou je anders de moeite nemen om iets op te schrijven dat kennelijk minder belangrijk is?
En precies daarom zijn de haakjes in ‘wat een eer (voor mij)’ wat minder aardig. Ze suggereren dat de lezer misschien weleens in verwarring zou kunnen zijn aan wie de eer precies is, en dat dit beter nog even kan worden toegelicht. Zonder die haakjes wek je die suggestie niet, of minder. Dan staat dat voor mij er in alle onschuld alleen maar bij.
Anoniem zegt
Ook interessant (en ik dacht dat dit artikel daar over zou gaan): waarom zeggen veel sprekers 'tussen haakjes' waar ze 'tussen aanhalingstekens' bedoelen?
JannieTR zegt
Nu de geschreven taal steeds meer zijn aandeel opeist in onze communicatie (Twitter, Facebook, e-mail èn weblogs) zullen leestekens steeds belangrijker worden. Verkeerd begrepen worden is in gesproken taal snel rechtgezet. Opgeschreven kan dezelfde zin tot consternatie leiden en het geschrevene dient dan ook zo correct mogelijk te zijn. Daar horen leestekens beslist bij. Daarom vind ik uw opmerking over Ann de Craemer zonder haakjes juister :-).
(Ook interessant misschien: smileys dienen tegenwoordig ook om de geschreven tekst toe te lichten en niet verkeerd begrepen te worden)
Mient Adema zegt
Haakjes kunnen m.i. grofweg een zijstap impliceren of een verduidelijking. Wanneer iets lekker, maar ook goedkoop is, kun je dat goedkope tussen haakjes zetten, omdat het vermeldenswaard is maar net iets minder belangrijk dan lekker. Je dwingt je lezer tot het volgen van de grote lijn en stipt even een aardigheidje aan waardoor de lezer vooral niet van de wijs moet worden gebracht. Haakjes als framing.
Maar nu krijg je er zo'n kanjer van een collega bij. En dat vind je een hele eer. Ja, voor haar is dat ook een hele eer, maar dat zeg je natuurlijk niet. Toch wil je zeker de indruk vermijden dat de lezer uit je woorden zou kunnen afleiden dat die eer op je collega zou slaan en je moet dus, een beetje sneeky, aan je tekst rommelen. En dan hebben die haakjes een averechts effect. Want door ze te gebruiken laat je bij de lezer de mogelijkheid van een alternatief achter. Als het voor jou een eer is, is het dat dan niet voor die ander? Weg met dat idee, denk je en dus: weg met die haakjes. Je veegt het mogelijke alternatief onder de tafel.
In zo'n geval gebruik ik altijd het ! in plaats van die ( ).
Die mevrouw werd mijn collega. Ik viel van mijn stoel, toen ik het hoorde! Een aanwinst! Welk een eer viel mij ten deel?!
Anoniem zegt
In het Groot Dictee van dit jaar waren geen haakjes te bespeuren, evenmin als gedachtestreepjes. (De vorige 24 Dictee's heb ik daar niet op nageslaan.) Het viel mij op dat Chabot's tekst bijwijlen verwarrend was, – ook voor de voorlezers zelf, die soms het overzicht op de zinsconstructies kwijt leken.
Ooit ben ik begonnen aan het ontwerp van een "leestekenchecker", maar toen de eerste grammaticacheckers" verschenen heb ik afgehaakt. Het formele aspect bleek (voor het Nederlands) in een beperkt aantal "formules" te vatten, maar het verband tussen leestekens en betekenis of begrijpen vond ik zo stijlafhankelijk dat ik m'n projectje heb afgeblazen, – precies omdat de "stijlcheckers" zo deplorabel waren (en nog steeds zijn).
Waar is de tijd van perfect geconstrueerde, betekenisvolle, paginalange volzinnen gebleven? Zijn we allemaal danig kortademig geworden (op het astmatische af) dat we zinnen van vier regels niet eens meer kunnen ophoesten, laat staan voorlezen?
Het zakelijke, beknopte, tijd- en papierbesparende taalgebruik heeft de finesse uit onze taal gezogen. Daarom zijn haakjes, aanhalingstekens en gedachtestreepjes zo belangrijk: ze geven je tenminste de nodige ademruimte en bevorderen daarmee de doorbloeding van de hersenen.
Gegroet,
Patrick.