Zeg me willekeurig wat en ik zal u zeggen wie u bent. Je kunt uit één gesproken zin al een enorme schat aan gegevens halen. Ja, die zin heeft waarschijnlijk een inhoud, maar die inhoud is meestal maar een fractie van alle informatie.
Aan de stem hoor je van alles over de emotionele staat van die persoon (is zij boos of is hij verdrietig?), over zijn of haar leeftijd, zijn of haar geslacht, zijn of haar sociale en geografische herkomst en zelfs over zijn of haar seksuele geaardheid.
Hakken
Uit nieuw – de officiële publicatiedatum is september 2015! – onderzoek in het Journal of Phonetics blijkt dat voor dat laatste soms één klinker al genoeg is, in ieder geval in het Amerikaans Engels. In eerder onderzoek luisterden proefpersonen vaak naar fragmentjes van een aantal seconden en ze bleken dan redelijk effectief in het vaststellen van de geaardheid van de spreker. (Die geaardheid werd overigens bepaald door het aan de sprekers zelf te vragen: hetero was wie zich hetero verklaarde.)
In dit nieuwe artikel lijken de onderzoekers een nieuwe ondergrens te hebben willen stellen: ze deden eerst een onderzoek waarin ze mensen naar enkele woorden lieten luisteren. Toen dat bleek te werken, namen ze voor een volgend experimentje de woorden van de mannen die het vaakst (correct) als homo of hetero waren herkend. Die woorden hakten ze op in klinkers en medeklinkers, en nu lieten ze alleen die enkele klanken horen.
Papoea
Nog steeds bleken vooral de klinkers nog een herkenning op te leveren die groter was dan wanneer men zomaar wat had gegokt.
Je kunt een hetero dus als het even meezit herkennen aan zijn klinkers. Een vraag die de onderzoekers daarbij niet stellen is: wat heb je daar eigenlijk aan? Om die vraag te beantwoorden zou je eigenlijk eerst moeten weten of de herkenning cultureel bepaald of biologisch is, en daarvoor had men eigenlijk de Amerikanen niet alleen naar andere Amerikanen moeten luisteren, maar ook naar homo- en heteroseksuelen uit Papoea-Nieuw Guinea. Nu ja, dat komt hopelijk nog, we hebben immers nog duizenden jaren van fonetisch onderzoek voor de boeg. Het zal uiteindelijk wel een mengeling van beide blijken te zijn.
Onschuldig
We kunnen nu in ieder geval wel een wat eenvoudigere vraag stellen: waarom horen we zoiets vooral aan de klinkers en niet aan de medeklinkers? Het antwoord is denk ik vooral: met een klinker heb je meer speelruimte. Om een medeklinker te maken moet je vrij nauwkeurig mikken in de mond, maar bij klinkers gaat de lucht relatief ongehinderd, zij het enigszins vervormd, door je mond.
Die vervorming kun je op subtiel verschillende manieren maken, en in taal geldt: subtiel verschillende manieren om iets te doen zijn nooit onschuldig. Iedere variatie wordt benut om uit te drukken wie je bent en wordt ook meteen geïnterpreteerd als een belangrijk statement over wie je zou willen zijn: een homo of een hetero, bijvoorbeeld.
Sterre Leufkens zegt
In hoeverre kun je dit verklaren m.b.v. stemhoogte? Ik vermoed dat veel mensen de aanname hebben dat homomannen een hogere stem hebben dat heteromannen. Zou het kunnen dat het vooral dat aspect is op basis waarvan proefpersonen tot hun relatief goede inschattingen kwamen? En is het inderdaad zo dat homomannen gemiddeld hogere stemmen hebben? En kun je de boel dan omdraaien voor lesbische vrouwen? Inderdaad stof genoeg voor duizenden jaren fonetisch onderzoek!
Marc van Oostendorp zegt
Om te onderzoeken wel aspect er belangrijk is, zou je het signaal fonetisch moeten manipuleren en dat is hier duidelijk niet gedaan. Ik meen me wel uit eerder onderzoek (vooral in Amerika is er een bescheiden traditie over dit onderwerp, bij mijn weten vooral bij mannen) te herinneren dat toonhoogte in ieder geval zeker niet de enige belangrijke factor is.