Door Robert Chamalaun
Gisteren viel mijn oog op een artikel met de kop ‘Ik hoop dat kijkers realiseren dat empathie niks kost’ (de Volkskrant, 5 november 2015). Deze zin verwonderde me, niet door de boodschap, maar door het ontbreken van het wederkerend voornaamwoord ‘zich’. Nu bestaat het werkwoord ‘realiseren’ zonder voornaamwoord ook in het Nederlands, maar de betekenis van ‘verwezenlijken’ komt me in de context van het artikel enigszins vreemd voor.
Het Nederlands kent talloze (noodzakelijk) wederkerende werkwoorden waar een wederkerend voornaamwoord aan toegevoegd dient te worden, zoals ‘me’, ‘je’, ‘zich’, ‘ons’, ‘jullie’. Vaak gaat dit wel goed, zeker bij de vormen ‘zich’ en in het verlengde daarvan ‘zichzelf’, maar bij een verwijzing die slaat op een eerste of tweede persoon (ik, jij, wij, jullie), verandert het woord in de voorwerpsvorm van het persoonlijk voornaamwoord (me, je, ons, jullie). Dan gaat het mis, maar ook in de genoemde krantenkop is het voornaamwoord verdwenen.
Nu is deze trend niet nieuw. Taalonderzoekers Jan Stroop en Peter-Arno Coppen signaleerden eerder al de trend dat sommige wederkerende werkwoorden hun voornaamwoorden verliezen. Ook in klaslokalen geven leerlingen dagelijks blijk van hun verstrooidheid wanneer zij opmerken dat ze ‘hun boeken niet bij hebben’. De docent voegt vaak corrigerend het juiste voornaamwoord toe, maar het lijkt een achterhoedegevecht. Wederkerende werkwoorden lijken steeds vaker hun voornaamwoorden te verliezen.
Een mogelijke verklaring voor het feit dat wederkerende werkwoorden hun voornaamwoord verliezen kan zijn dat werkwoorden als ‘realiseren’ ook bestaan zonder voornaamwoord, zij het dat dan de betekenis anders is. Tegelijkertijd merk ik ook bij mijn leerlingen dat ze vaker wederkerende voornaamwoorden toevoegen, zoals in ‘ik besef me’. Vervolgens leg ik ze uit dat ‘zich beseffen’ een contaminatie is van ‘zich realiseren’ en ‘beseffen’, maar opvallend is wel dat bij het ene woord het wederkerend voornaamwoord verdwijnt terwijl het er bij het andere woord bij komt. Ook deze ontwikkeling is al langere tijd gaande.
Een andere verklaring is misschien dat we steeds vaker teksten typen in plaats van schrijven. Als je een tekst hebt getypt in Word en je laat vervolgens de spelling- en grammaticacontrole zijn werk doen, krijg je de melding dat ‘realiseer je je’ geen correct Nederlands is. Dit verklaart misschien ook waarom ‘besef je je’ niet of nauwelijks voorkomt. Bij het wederkerend voornaamwoord ‘zich’ doet zich dit probleem niet voor, maar het is niet uit te sluiten dat we ons niet langer bewust zijn van de noodzaak van het voornaamwoord ‘zich’.
Of het nu gaat over taalconstructies waarbij het persoonlijk voornaamwoord als bezittelijk voornaamwoord gebruikt wordt, of over het verdwijnen van wederkerende voornaamwoorden, er is klaarblijkelijk iets aan de hand met de voornaamwoorden. En dan heb ik het nog niet eens gehad over de absolute topper: “Hun zeiden dat ik me boeken niet bij had!”
Robert Chamalaun is werkzaam als docent Nederlands op een middelbare school en is als promovendus taalwetenschap verbonden aan de Radboud Universiteit Nijmegen / Max Planck Instituut
Marcel Plaatsman zegt
"Mijn boeken niet bij" klinkt mij Zuid-Nederlands in de oren. In het noorden is deze weglating niet gebruikelijk. Hoe oud deze zuidelijke trek is weet ik niet, in ieder geval zijn zinnen van dit type heel algemeen in Vlaanderen en in Brabant heb ik 't ook al dikwijls gehoord, zeker niet alleen bij jonge sprekers.
Dat "realiseren" zonder "zich" een hypercorrectie is naar het voorbeeld "beseffen" klinkt inderdaad wel aannemelijk.
Drabkikker zegt
Een taalkundig onderzoek met prescriptivistische inslag. Dat kan interessant worden.
De Tegenwoordige Staat van Erik zegt
Ik sluit me bij Marcel Plaatsman aan. Ik hoor het inderdaad steeds vaker, maar het viel me al op in de jaren 90 op dat medestudenten die uit Noord-Brabant kwamen van die vreemde zinnen maakten, niet alleen hadden ze dingen 'bij', ook van die uitdrukkingen als: "Heb jij wel eens paëlla op?" in plaats van "Heb jij wel eens paëlla gegeten?" Dat was toen er al wel tekstverwerkers met spellingscontrole waren, maar nog niet veel die ook grammaticale correcties voorstleden en er bovendien nog volop met de hand werd geschreven.
felix van de laar zegt
Dat het wederkerend voornaamwoord door de voordeur aan het verdwijnen is en er door de achterdeur weer inkomt, is inmiddels wel een oude constatering. Schoolmeesters mogen zich vertwijfeld afvragen hoe ze hier iets aan kunnen doen, maar taal doet wat ze doet. De meeste zinsconstructies zijn zonder het wederkerend voornaamwoord perfect begrijpelijk, en waar het wederkerend voornaamwoord verschijnt hebben de sprekers/schrijvers kennelijk behoefte aan een versterking van de wederkerende betekenis. Zit er aan de Radboud niet een Taalprof die hier zijn heldere licht over heeft laten schijnen?
Peter-Arno Coppen zegt
Er bestaat zelfs al theorievorming over prescriptivistische invloed op grammaticaliteitsoordelen. In een artikel van Lasnik & Sobin (Lasnik is een toonaangevend generativist) worden die invloeden als 'grammatical viruses' beschreven. Inderdaad interessant!
Jet Quadekker zegt
"Wij herinneren hem" zie je ook steeds vaker.
janien zegt
Inderdaad. In de betekenis van 'gedenken'?
janien zegt
Zeg niet / zeg wel. "Ik heb mijn boeken niet bij" hebben we in Vlaanderen op school weg moeten blokken. Decennialang kwam het voor in de lijsten met foute uitdrukkingen. Taalzuivering heette dat onderdeel van het schoolvak Nederlands. En de boekjes met de lijsten waren van de legendarische pater J. Noë s.j. Op taalzuivering werd streng toegezien, ik herinner me (!) dat hij me kwam inspecteren in het begin van mijn loopbaan van leraar Nederlands.
Drabkikker zegt
Ha, boeiend, ik zal me daar eens in verdiepen, dank!