• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Neerlandistiek. Online tijdschrift voor taal- en letterkunde

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Categorie
    • Neerlandistiek voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

De 13e eeuw was beter dan de 18e

14 januari 2016 door Marc van Oostendorp 4 Reacties

Door Marc van Oostendorp


Een van de wonderlijkste kwesties in de wetenschapsagenda – die verzameling vragen waarop de Nederlandse wetenschappers zich op aandringen van het Nederlandse volk moeten bezinnen – is: ‘Hoe objectief zijn canons?’
Ik heb geen idee wat het Nederlandse volk daarmee bedoelt. Het klinkt een beetje als de vraag ‘Hoe plat is de aarde?’: zou het Nederlandse volk menen dat canons objectief zijn en vervolgens dat we die objectiviteit kunnen meten?
Het Nederlandse volk doet er in dat geval goed aan De canon aan te schaffen, een vorig jaar verschenen boek van de Vlaamse Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, met als ondertitel ‘De 50+1 mooiste literaire werken uit de Nederlanden’. Uit de inleiding blijkt dat men in Vlaanderen niet worstelt met deze prangende vraag. “Deze canonlijst,” schrijft de anonieme inleider, “heeft betrekking op de hele Nederlandse literatuur maar is samengesteld vanuit een Vlaams perspectief en voor een publiek in Vlaanderen.” Vanuit een perspectief, voor een publiek: objectiviteit ho maar.

Zelfbeeld

Wie de toelichting op de Nederlandse canonvraag leest, komt erachter dat deze waarschijnlijk vooral ‘prikkelend’ bedoeld is. Eigenlijk is het ’t Nederlandse volk om iets anders te doen:

De studie van canons – in alle disciplines, cultuuruitingen en historische periodes – kan ons veel vertellen over opvattingen, normen, waarden en zelfbeeld van een bepaalde tijd.
Dit veronderstelt dus eigenlijk precies dat canons helemaal niet ‘objectief’ zijn. Iets dat objectief is staat immers los van opvattingen, normen, waarden en wat niet al en kan ons dus helemaal niets over die zaken vertellen.

Laten we nu om het Nederlandse volk terwille te zijn, de canon uit Vlaams perspectief eens beschouwen. In de eerste plaats: welke perioden zijn er precies belangrijk? Dat zet ik voor jullie uiteen in de volgende inzichtelijke tabel:

12e eeuw 1
13e eeuw 5
14e eeuw 2
15e eeuw 3
16e eeuw 4
17e eeuw 5
18e eeuw 0
19e eeuw 5
20e eeuw 26
Bekaaid

Je doet er in Vlaanderen kennelijk vooral toe als je in de twintigste eeuw geboren bent: de helft (26 van 51 werken) van de gekozen boeken komt uit die periode. Met name in de 18e eeuw zit een duidelijk gat: er is toen kennelijk niets geschreven dat ‘enthousiasmerend, intrigerend, belangwekkend of representatief genoeg’ is – dat waren de criteria voor opname volgens het voorwoord.

Nu zou je die nadruk op de 20e eeuw nog kunnen begrijpen als een handreiking aan ‘het publiek in Vlaanderen’ dat net als het publiek overal ter wereld nu eenmaal meer belangstelling heeft voor boeken die niet al te vreemd zijn, en die gesteld zijn in een taal die nog min of meer onmiddellijk te begrijpen is.

Maar in dat verband is de relatieve zwaarte van de middeleeuwen weer vreemd. De 17e en de 19e eeuw komen er zelfs enigszins bekaaid vanaf, wanneer je bedenkt dat er uit die periodes toch echt veel meer overgeleverd is dan uit bijvoorbeeld de 13e eeuw. De periode van 1200-1500 heeft precies evenveel gecanoniseerde werken opgeleverd als de periode 1600-1900.

Eminente mediëvisten

Hoe valt dit te begrijpen? Wat vertelt ons dit over de “opvattingen, normen, waarden en zelfbeeld” van het hedendaagse Vlaanderen, zo wil het Nederlandse volk blijkens de wetenschapsagenda weten. In de eerder in 2015 in Nijmegen uitgegeven canoneske Leeslijst van 222 titels komen er ongeveer 30 uit de periode 1200-1500 en ongeveer 70 uit de periode 1600-1900. In Nijmegen heerst dus kennelijk een heel ander beeld van de literaire geschiedenis dan in Gent. (Overigens lijkt mij dat als je gaat tellen naar rato van het aantal verschenen werken, de selectie in de latere periode ook in Nijmegen nog steeds strenger is geweest dan in de eerdere. De middeleeuwen doen het canonshalve kennelijk heel goed.)

Je zou kunnen zeggen: onder de leden van de KANTL, Vlaamse neerlandici, zijn nu eenmaal meerdere eminente mediëvisten en kennelijk geen specialisten op het gebied van latere historische perioden. Die specialisten hebben nu eenmaal hun eigen voorkeuren laten meewegen. Maar dat lost de vraag niet op, maar doet de nieuwe vraag rijzen waarom dát dan eigenlijk zo is, wat voor mechanisme er gaande is in de Vlaamse samenleving die zoveel kennis over de middeleeuwen accumuleert en zo weinig over de 18e eeuw.

Herkenbaarheid

In enkele toelichtingen bij individuele werken in de canon wordt gewezen op het wonder dat deze boeken nog zo dicht bij de moderne lezer staan – dat is natuurlijk sowieso een topos in populair-wetenschappelijke literatuur die de moderne lezer probeert te interesseren voor oudere literatuur: het staat zo dicht bij u! Over Elckerlijc wordt bijvoorbeeld gemeld: “Het is een van de weinige laatmiddeleeuwse toneelstukken waarin de allegorische personages de moderne lezer niet vervreemden, maar hem door hun tijdloze herkenbaarheid juist aantrekken.”

In oudere literatuur zijn moderne lezers kennelijk op zoek naar dit soort ’tijdloosheid’ – dingen die hen nu aanspreken, die niet al te vreemd en anders zijn van wat ze gewend zijn. Herkenbaarheid is een belangrijk criterium. En oude werken bieden daarbij de historische sensatie dat je je kunt herkennen in mensen die objectief heel anders zijn.

Vandaar misschien die voorkeur voor literatuur die zo oud mogelijk is: daarin is het wonder des te groter. In Nederland is er dan vervolgens nog een tweede beginpunt: dat van de 17e eeuw, waarin de natiestaat begon. Dat trekt de aandacht in ieder geval ook naar wat latere perioden. In Vlaanderen ontbreekt dat focuspunt en geeft men zich dus veel meer over aan de trek van de niet-vervreemdende middeleeuwen. 

Delen:

  • Klik om af te drukken (Opent in een nieuw venster) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Opent in een nieuw venster) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Opent in een nieuw venster) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Opent in een nieuw venster) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Opent in een nieuw venster) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Opent in een nieuw venster) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel Tags: canon, recensies, wetenschapsagenda

Lees Interacties

Reacties

  1. Wouter Steenbeek zegt

    14 januari 2016 om 13:58

    Is er in de achttiende eeuw niet gewoon heel weinig Nederlands opgeschreven in Vlaanderen? Werd het Frans toen niet oppermachtig als cultuurtaal, met geschreven Nederlands verbannen naar de volstrekt anachronistische rederijkerskamers?

    Verder: we waren het er toch wel over eens dat de Nederlandse literatuur in de achttiende eeuw in verval raakte? Dat Rijnvis Feith gewoon minder goed is dan Joost van den Vondel, wat daar ook de reden voor mag zijn? En dat dit wat betreft Vlaanderen, wat in de zeventiende eeuw bepaald geen gouden eeuw beleefde, misschien wel voor de hele Vroegmoderne Tijd gold? De middeleeuwse Vlaamse literatuur kan zich meten met Engelse, Hoogduitse en Oudfranse bronnen, de boeken van de achttiende eeuw vermoedelijk niet.

    Maar goed, dat deze canon erg uit balans hangt, staat buiten kijf. Nederlandse schoolboekjesmakers hebben steeds hun best gedaan om ook de achttiende eeuw een plaatsje te geven, dat hadden de schrijvers van dit boek ook wel mogen doen.

    Beantwoorden
  2. Marc van Oostendorp zegt

    14 januari 2016 om 14:14

    Dat 'we' het erover eens zijn dat de literatuur in de 18e eeuw in verval raakte, dat is natuurlijk precies het punt. De vraag is waarom 'we' het daarover eens zijn. Wanneer het antwoord is dat Rijnvis Feith *objectief* minder goed is dan Vondel, zijn we terug bij af.

    Beantwoorden
  3. ja gruys zegt

    14 januari 2016 om 17:53

    Voor de oudere perioden telt natuurlijk ook mee dat de tijd al een goed deel van de selectie heeft gemaakt. Wat later minder belangrijk werd gevonden, is weg.

    Beantwoorden
  4. Wouter Steenbeek zegt

    14 januari 2016 om 18:31

    Objectief, dat wil zeggen reductionistisch, is kunst nooit goed of slecht. Intersubjectiviteit is echter wel 'een ding', en heel iets anders dan iemands persoonlijke smaak. Bovendien zijn er algemeen geaccepteerde criteria – heeft het werk een langdurige invloed gehad, kunnen we er ook in deze heel andere tijd nog iets mee, was het werk vernieuwend/origineel – om de kunstzinnige waarde van een kunstwerk te toetsen. Zo kom je al aardig in de buurt van een canon waar iedereen het over eens is.

    En ja, een canon kan veranderen onder voortschrijdend inzicht van een nieuwe generatie letterkundigen. Maar dat kunnen we ook beschouwen als de geestenwetenschappen-pendant van een nieuw model voor stellaire evolutie, of een nieuwe kijk op kwantumverstrengeling. (Raakt natuurlijk aan de vraag of zuivere objectiviteit bij door mensen bedreven wetenschap überhaupt mogelijk is.)

    Beantwoorden

Laat een reactie achterReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Gedicht van de dag

Sint Nicolaas

Zie eens, Mietje! wat al lekkers
U, Sint Nicolaas al bragt;
Omdat ge’ als gehoorzaam Meisje,
Uw verpligting hebt volbragt.

➔ Lees meer

Bekijk alle gedichten

  • Facebook
  • YouTube

Chris van Geel

De koeien schemeren door de heg,
het paard is uit taaitaai gesneden,
in ieder duindal ligt dun sneeuw.

De branding vlecht een veren zee
waar zon over omhoog stijgt, licht waarin
geen plaats om uit te vliegen is.

Bron: Uit de hoge boom geschreven, 1967

➔ Bekijk hier alle citaten

Agenda

11 december 2025: Anne Frank, schrijfster

11 december 2025: Anne Frank, schrijfster

3 december 2025

➔ Lees meer
11 december 2025: Proefcollege Nederlands

11 december 2025: Proefcollege Nederlands

2 december 2025

➔ Lees meer
5 december 2025: Intreerede Jolyn Philips

5 december 2025: Intreerede Jolyn Philips

28 november 2025

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle agendapunten

Neerlandici vandaag

geboortedag
1946 Dick Wortel
➔ Neerlandicikalender

Media

Dichter Esther Jansma (24 december 1958-23 januari 2025)

Dichter Esther Jansma (24 december 1958-23 januari 2025)

2 december 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
De postkoloniale podcast met Remco Raben over Pramoedya Ananta Toer

De postkoloniale podcast met Remco Raben over Pramoedya Ananta Toer

30 november 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Peter van Zonneveld over Tjalie Robinson/Vincent Mahieu (1993)

Peter van Zonneveld over Tjalie Robinson/Vincent Mahieu (1993)

29 november 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle video’s en podcasts

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Inschrijven voor de Dagpost

Controleer je inbox of spammap om je abonnement te bevestigen.

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
%d