Door Ariane van Santen
Het boek Judas van Astrid Holleeder blijkt al na een dag een bestseller, het verkoopt goed/lekker/als een trein/als warme broodjes. Dat succes inspireert kennelijk tot innovatie. De Volkskrant online (05/11/2016) schreef erover:
Het boek waarin Astrid Holleeder vertelt over de terreur van haar oudste broer Willem, verkocht zaterdag alle 80 duizend exemplaren.
De (e)-ANS noemt bij enkele transitieve werkwoorden die intransitief gebruikt kunnen worden (‘mediumconstructies’) de volgende kenmerken:
- “het onderwerp is altijd een derde persoon enkelvoud of meervoud en duidt geen menselijk wezen aan;
- er is een bijwoordelijke bepaling vereist die een waarderend element aan het gezegde toevoegt;
- het werkwoord treedt doorgaans als persoonsvorm op en staat meestal in de tegenwoordige tijd”.
Voorbeeld: Dat nieuwe boek verkoopt goed.
In de geciteerde zin ontbreekt de bijwoordelijke bepaling. Wordt dat gecompenseerd door het lijdend voorwerp ‘alle 80 duizend exemplaren’? Zeker drukt dat ook een ‘waarderend element’ uit, maar vreemd is het wel. Volgens de ANS gaat t steeds om zinnen met “een passieve betekenis doordat het onderwerp een element is dat bij overgankelijk gebruik van het desbetreffende werkwoord als lijdend voorwerp kan fungeren”. Nieuw is dat de passieve betekenis gepaard gaat met een (grammaticaal) lijdend voorwerp.
Ludo Permentier zegt
Inspireert tot innovatie? Of tot slordig formuleren?
Overigens, ook ‘Dat succes inspireert tot kennelijk innovatie’ lijkt me eerder slordig dan innovatief.
Marc van Oostendorp zegt
‘Slordigheid’ is zelden een interessante verklaring. Je moet je dan namelijk afvragen waarom men wel op de ene manier ‘slordig’ is en niet op de andere. Voor mij klinkt de onderhavige zin bijvoorbeeld ook niet zo slecht; beter in ieder geval dan bijvoorbeeld ‘die koekjes knabbelen vijf kilo’. Het is dan interessant om te proberen te achterhalen hoe dat zit – leerzamer, en daarom slimmer, dan zo’n constructie zomaar terzijde te schuiven als ‘slordig’.
Ludo Permentier zegt
De verklaring lijkt me vrij eenvoudig, zeker als je weet dat het om een krantenbericht gaat. De auteur en/of eindredacteur heeft zitten herformuleren en raakte het spoor kwijt tussen ‘van het boek werden zoveel exemplaren verkocht’ en ‘Astrid Holleeder verkocht zoveel exemplaren van haar boek’.
Voor je kunt zeggen dat hier sprake is van innovatie moet je toch veel meer voorbeelden kunnen aandragen, niet?
Ik vraag me ook af hoe de auteur van het stuk zou reageren als je hem/haar vraagt deze zin nog eens te lezen. Ik schrijf ook soms dingen waarvan ik achteraf denk: ‘Oeps’. Je kunt dan hooguit zeggen dat er een aanleiding is om die ‘slordigheden’ te maken. Maar om nu te zeggen dat er ‘innovatie’ onderweg is…?
Marc van Oostendorp zegt
Het is natuurlijk waar dat je meer voorbeelden nodig hebt voor je zeker weet dat er sprake is van een ‘innovatie’. Omgekeerd moet je trouwens ook aantonen dat dit soort dingen al niet veel langer worden gezegd. Maar dit stukje claimt natuurlijk niet dat er een grote ontdekking is gedaan: er staat niet voor niets een vraagteken.
En, zoals gezegd, het belangrijkste is misschien dat deze constructie helemaal niet zo slecht aanvoelt, zeker niet als je een causatieve interpretatie postuleert, zoals Johan Rooryck hieronder suggereert. Ik gaf al een voorbeeld, hier is er nog een: ‘Dit boek leest 100 blz.’ Dat lijkt me onacceptabel, misschien omdat een mogelijke causatieve lezing ontbreekt.
Marc van Oostendorp zegt
Hier zijn wat links met meer voorbeelden – zowel uit Nederland als uit Vlaanderen, mocht iemand denken dat dit hier een rol speelt:
https://twitter.com/jmeblommaert/status/727820793586028544
https://denachtvlinders.nl/2011/world-war-z-verkoopt-1-miljoen-exemplaren/
http://www.taalblad.be/e-zine/nieuws/charlie-hebdo-verkoopt-miljoenen-exemplaren/aangrijpend
Johan Rooryck zegt
Dit lijkt me eerder een structuur met een stille causatief: ‘Het boek DOET 80.000 exemplaren verkopen. Vgl ook ‘Dit boek doet 80.000 exemplaren. In dat ‘light verb’ ‘doen’ kan je dan ‘verkopen’ incorporeren…
Gert Loosen zegt
Als je uitgaat van een mediumconstructie, dan is dit inderdaad een eigenaardig verschijnsel. Maar laten we wel wezen: een transitief werkwoord dat soms intransitief gebruikt kan worden en dan vreemd opkijken als er een lijdend voorwerp bij staat? Waarom het zo gecompliceerd maken?
“Dit boek [in zijn abstractie, als in de openbaarheid verschenen tekst] verkoopt 80.000 [concrete, gedrukte] exemplaren.”
is toch niet zo heel anders dan
“ING sluit honderden kantoren” met ‘ING’ als totum pro parte en ‘kantoren’ als partes pro toto?
Olaf K. zegt
Als dit een stille causatief is (zoals Johan oppert) of vergelijkbaar met “ING sluit 100 kantoren”, zoals Gert oppert, dan moet de zin passiviseerbaar zijn. Wat vinden we van de volgende zin:
“800.000 exemplaren worden door dit boek verkocht”
Marc van Oostendorp zegt
Ik vind die volkomen onacceptabel. In veel voorbeelden wordt er een concrete titel genoemd ‘miljoenen exemplaren werden door Lord of the Rings verkocht’. Die vind ik marginaal beter.
Johan Rooryck zegt
‘Dit boek doet 80.000 exemplaren’ is ook niet passiveerbaar: “*80k ex worden door dit boek gedaan’. Mijn voorstel is dat het hier gaat om het specifieke DOEN (dat vervolgens ‘verkopen’ incorporeert of, wellicht beter, gelexicaliseerd wordt door ‘verkopen’), met alle eigenschappen aandien. De constructie lijkt een beetje op het Engelse “This stadium seats 30k people”, waar ook geen passivering mogelijk is (“*30k people are seated by this stadium”, en een vergelijkbare (zij het niet identieke) betekenis van LATEN ipv DOEN aanwezig is.
Johan Rooryck zegt
Nog enige overpeinzingen.
Verder valt (1) nog te vergelijken met (2) en (3)
(1) Dit boek verkoopt 80.000 exemplaren
(2) Deze voorstelling trekt tienduizenden toeschouwers
(3) Deze klas telt 23 leerlingen.
(2) en (3) zijn ook niet passiveerbaar:
(4) *tienduizenden toeschouwers worden door deze voorstelling getrokken
(5) *23 leerlingen worden door deze klas geteld.
(2) en (3) lijken niet herleidbaar tot een mediumconstructie met als basis (6) en (7):
(6) De controverse trok tienduizenden toeschouwers naar de voorstelling
(7) De directeur telde 23 leerlingen in de klas
Mediaanconstructies vereisen immers een lijdend voorwerp in de transitieve structuur waarvan ze afgeleid zijn. (2) is wel weer causatief interpreteerbaar als “DOET KOMEN”. (3) is dat niet, en betekent eerder “hebben/ omvatten”.
De vergelijking van (1) met de mediaanconstructie in (8) loopt nog om andere redenen mank.
(8) Dat boek verkoopt goed
(8) kan makkelijk onder een causatief ingebed worden:
(9) De controverse deed het boek goed verkopen
Maar (1) lijkt mij bepaald slecht wanneer ingebed onder een causatief:
(10) *? De controverse deed het boek 10.000 exemplaren verkopen
Dat is ook zo voor (3):
(11) *De toevloed van vluchtelingen deed de klas 23 leerlingen tellen
Maar dit begint op een brainstorm te lijken. Ik moet er maar mee stoppen…