Door Jorik van Engeland
Mijn eerste maanden als aio gingen gepaard met veel tegenstrijdig advies. Doe maar rustig aan, je zit pas in je eerste jaar. Als je iets wilt, moet je er voor gaan! Is het niet te vroeg om al over publiceren na te denken? Een publicatie laat altijd op zich wachten, je kan niet vroeg genoeg beginnen. Je thesis schrijf je bijna helemaal in je laatste jaar. Je kan het beste elk jaar minstens één hoofdstuk afmaken. Hartelijk dank daarvoor.
Blik op de toekomst
Na drie maanden werd het tijd dat ik mij een weg baande door dit advies. Als AiO is het de bedoeling dat je je planning maakt voor de volledige vier jaar, tot in de details. Dus, wat staat er vast? Er moet een boek komen, het liefst binnen vier jaar. En dan wil ik niet zomaar een boek, ik wil dat het een uitstekend boek wordt en ik wil graag presenteren op prestigieuze conferenties en artikelen publiceren in de beste tijdschriften. Mijn eerste publicatie had ik al liever gisteren dan vandaag. Blik op de toekomst dus. Tijdens het maken van mijn planning kwam ik erachter dat die vier jaar zo vol zitten. In mijn eerste jaar lees ik veel, werk ik aan mijn eerste casestudy, creëer ik samen met mijn team een corpus, ga ik naar conferenties en houd ik hopelijk mijn eerste praatje over mijn onderzoek. In jaar 2 schrijf ik de resultaten van het eerste onderzoeksonderwerp op, zowel in het tweede hoofdstuk van mijn dissertatie, als in een te publiceren artikel, presenteer ik mijn resultaten op een prestigieus congres en begin ik aan mijn volgende casestudy. In jaar 3 doe ik ongeveer hetzelfde, alleen dan over een ander onderwerp, in een ander tijdschrift, op een ander congres en verblijf ik drie maanden aan een buitenlandse universiteit. In jaar 4 weer een ander tijdschrift en congres, en natuurlijk het afronden van mijn proefschrift. Ik ben in die vier jaar ook medeorganisator van twee workshops over ons project, ik doceer verschillende cursussen en ik ga naar verschillende conferenties. Tussendoor maak ik ruimte voor vakantie.
Wie ben ik nu eigenlijk als onderzoeker?
Nu, met mijn planning voor mijn neus, denk ik terug aan die tegenstrijdigheid. Ik besef dat er verschillende juiste manieren zijn om het PhD-traject in te vullen. Je kan strikt plannen, maar ook relaxed je gang gaan. Iets wat voor mij niet meteen duidelijk was. Ik moet nog leren wie ik ben en wie ik wil zijn als onderzoeker, en hoe ik mijzelf kan laten samenkomen met mijn functie als AiO. Mijn ambities zijn helder, mijn doelen zijn gesteld, mijn planning gemaakt, nu nog dóén. Laat ik maar stapje voor stapje verder gaan, en dan zal vanzelf wel blijken wat voor advies ik over vier jaar geef.
Jorik van Engeland is sinds september dit jaar als taalkundige AiO betrokken bij het project Language Dynamics in the Dutch Golden Age.
En dan maakt het nog uit in welk vakgebied je zit, binnen welke stroming, of je binnen een project werkt of je eigen onderzoek doet.
Ik geef elk jaar een korte presentatie aan researchmasterstudenten, en mijn verhaal verandert elke keer. De enige rode draad is dat vier jaar je kunnen richten op je passie geweldig is.
Mijn planningen waren op zijn best handvatten: ze geven een idee van welke richting je uit kunt. Van mijn planningen is nooit veel terecht gekomen, zelfs inhoudelijk ben ik niet in mijn onderzoek waar ik dacht dat ik zou zijn. Pas nu ik in een meer afrondende fase zit en ik naar een coherent geheel moet toewerken begin ik me wat meer aan mijn planningen te houden.
Volgens mij is promoveren vooral leren omgaan met veranderende omstandigheden, en vooral proberen gebruik te maken van kansen die je krijgt.